Diabetes type 1 en type 2: het verschil
24 maart 2014
De 2 belangrijkste soorten diabetes zijn diabetes type 1 en diabetes type 2. De 2 lijken op elkaar, maar zijn toch verschillend. Het belangrijkste verschil: aan diabetes type 2 kun je soms iets doen, aan type 1 helaas niet.
De 2 belangrijkste soorten diabetes zijn diabetes type 1 en diabetes type 2. De 2 lijken op elkaar, maar zijn toch verschillend. Het belangrijkste verschil: aan diabetes type 2 kun je soms iets doen, aan type 1 helaas niet.
Bij gezonde mensen wordt de bloedsuiker geregeld door het hormoon insuline. Als je diabetes (suikerziekte) hebt, werkt dit niet meer goed. Of je helemaal geen insuline meer aanmaakt of een tekort aan insuline hebt, hangt af van het type diabetes dat je hebt.
Diabetes type 1:
Diabetes type 1 is een auto-immuunziekte die er voor zorgt dat je lichaam helemaal geen insuline meer aanmaakt. De cellen die insuline aanmaken worden per ongeluk kapot gemaakt door je afweersysteem, met als gevolg dat je jezelf een paar keer per dag met insuline moet inspuiten of een insulinepomp moet dragen. De ziekte werd vroeger ook wel ‘jeugddiabetes’ genoemd, omdat veel kinderen diabetes 1 krijgen als ze jong zijn. Ze kunnen er zelfs mee worden geboren. Diabetes 1 kan helaas niet worden voorkomen of genezen. Er wordt veel onderzoek naar de ziekte gedaan om ervoor te zorgen dat dit in de toekomst hopelijk wel kan.
Diabetes type 2:
Diabetes type 2 is de meest voorkomende soort van diabetes. Als je deze ziekte hebt kan je lichaam de bloedsuiker niet meer goed regelen, omdat er een tekort aan het hormoon insuline in het lichaam is. Vroeger kregen vooral oudere mensen diabetes type 2. Daarom heette het 'ouderdomssuiker', van ouderdom en suikerziekte. Maar nu krijgen ook steeds meer jonge mensen het, zelfs kinderen.
In Vriendin 11 lees je vanaf pagina 82 meer over diabetes type 2.