zwanger

Roos: ‘Mijn man blééf herhalen: het was hij of de baby’

Vier jaar geleden keek Roos (47) blij naar twee blauwe streepjes: ze was zwanger! Haar man David, met wie ze al twee puberzoons had, vond het minder goed nieuws. “Hij had geen zin meer in kindergejengel. Dit kind mocht niet komen.”

Roos: “Elk weekend als haar grote broers op de fiets stappen om naar hun vader te gaan, staat Merel te springen: ‘Mag ik ook mee?’ Ze heeft geen idee wat de jongens gaan doen, maar wil er ook bij zijn. Gelukkig weet ze niet wat een weekend bij papa betekent. Ze vraagt er ook nog niet naar, anders zou ik haar moeten uitleggen dat haar broers naar hun vader gaan. De man die bijzonder genoeg ook háár vader is, maar haar volkomen negeert. Omdat hij haar niet heeft gewild. Ik kan het niet anders zeggen. Haar vader, mijn ex-man David, stond erop dat ik abortus zou plegen. Toen ik dat weigerde en voor ons kind koos, is hij vertrokken.”

Bekende kwaaltjes

“Het moment waarop David en ik ontdekten dat ik zwanger was geraakt, was vreemd genoeg ontzettend leuk. We moesten zo hard lachen. Hoe kón dit nu gebeurd zijn? Ik was 43, moeder van twee grote knullen en had last van wat ik dacht dat overgangsklachten waren. Ik had soms ’s nachts zweetaanvallen, dan moest ik halverwege de nacht een droog shirt aantrekken omdat het vorige doorweekt was. Mijn moeder kwam al op haar 45ste in de menopauze, dus ik dacht dat het bij mij ook niet lang meer zou duren. Toen ik al een tijdje niet ongesteld was geweest, zag ik daar daarom geen kwaad in. Het was vast een voorbode van onregelmatige menstruaties. Maar toen ook mijn borsten pijnlijk aanvoelden en opzetten, ik doodmoe was en ineens geen etensluchtjes meer kon verdragen, ging er een belletje rinkelen. Ik herkende die klachten. Ik moest er veertien jaar voor terug in de tijd, maar het leken wel zwangerschapskwaaltjes. Ik zei het tegen David en die fietste meteen naar de apotheek voor een zwangerschapstest. Lachend riep hij nog dat die vast positief zou zijn, omdat hij superzaad had. Met een bekertje trok ik me terug in de wc. Meteen verschenen er twee dikke blauwe strepen. ‘David,’ gilde ik opgewonden, ‘we zijn zwanger!’ Waarop we allebei keihard begonnen te lachen. Achteraf kon ik het wel verklaren: ik had een paar maanden ervoor medicijnen gekregen tegen een schimmelinfectie. De apothekersassistente had me zelfs nog gewaarschuwd dat de combinatie met mijn anticonceptiepil niet optimaal was, die zou minder betrouwbaar worden. We konden beter met condooms vrijen, maar dat advies had ik weggewuifd. Ik was de veertig al gepasseerd en praktisch in de overgang. Zo’n vaart zou het niet lopen.”

Van melig tot mokken

“David en ik hebben nooit over een derde kind gesproken: na de geboorte van Joris was ons gezin gewoon compleet. Ik had altijd gezegd: ik heb twee kinderen gebaard, jij mag nu ook iets doen. David zou zich laten steriliseren, maar hij stelde die afspraak steeds uit. Ik denk dat hij stiekem bang was voor de ingreep, dus bleef ik trouw de pil slikken. De laatste jaren verwachtte ik dat het qua vruchtbaarheid bij mij snel minder zou worden, dan kon ik eindelijk stoppen met de pil. Na de ontdekking van de zwangerschap en onze meligheid erover (David zei: ‘Kijk ons nou, we lijken wel twee pubers die niet weten dat je van seks zwanger kunt worden’), werd David serieus. We lieten het toch wel weghalen? Hij had geen zin meer in luiers en kindergejengel, zei hij. Hij vond onze vrijheid heerlijk. De jongens gingen steeds meer hun eigen weg. Weer een baby betekende in zijn ogen terug naar af.

Maar zover was ik helemaal niet. Ik moest het hele idee eerst laten bezinken. Me realiseren dat er nieuw leven in me groeide. Ik wilde sowieso een echo laten maken, om te kijken hoever ik was en of het allemaal goed was. Wat David betrof, kon ik direct een afspraak maken voor een abortus. Hij wilde op zich wel mee naar een verloskundige, omdat hij wilde weten of er überhaupt een vruchtje was te zien.
Maar toen we daar zaten en de verloskundige opgetogen riep dat ze een práchtig hartje zag kloppen en ik tot tranen geroerd was, zat hij te mokken in de stoel naast me. David wilde persé niet meekijken. Het deed hem ook niets toen ze vertelde dat ik al twaalf weken zwanger was en alles er perfect uitzag. Hij wilde alleen de garantie dat we recht hadden op een abortus. Huilend liep ik de praktijk uit. Door de zwangerschapshormonen was ik al emotioneel, maar ik schrok van zijn hardheid. Zo kende ik hem helemaal niet. Waarom mocht dit kind er niet komen? Daarop kon hij geen echt antwoord geven. Hij wilde het niet. Punt.
Vanaf het moment dat ik wist dat ik zwanger was, ging gek genoeg mijn buik als een malle groeien en moest ik al positiebroeken kopen. Maar elke keer als ik weer wilde beginnen over de zwangerschap, snauwde David me af. Ik mocht geen positiekleding kopen! Wanneer koos ik nu eens voor een abortus? Of hij mailde me allemaal websites  van klinieken waar ik terecht zou kunnen.”

Schelden en ontkennen

“Uiteindelijk is de boel geëscaleerd. De sfeer in huis werd met de dag grimmiger. We maakten geen ruzie, maar echt aardige dingen zeiden we ook niet meer tegen elkaar. Ik zei steeds tegen hem dat ik ‘baas in eigen buik was’ en daarop noemde hij me dan ‘een lelijke feministe’. David ontweek me ook: hij kwam pas laat uit zijn werk en ging laat naar bed, als ik er al lang in lag. David bleef mijn dikker wordende buik ontkennen en weigerde na die eerste keer ooit nog mee te gaan naar de verloskundige. In mijn eentje liet ik een combinatietest en vruchtwaterpunctie uitvoeren. Vanwege mijn leeftijd had ik namelijk een verhoogde kans op een gehandicapt kindje. Met twintig weken kreeg ik een negatieve, en voor het kind dus positieve, uitslag: het kind had geen chromosoomafwijking. En het was ’n meisje. Ik was dolgelukkig dat de baby gezond was en nog blijer dat ik een dochter kreeg. Wat een cadeau! Ik hoopte dat het David milder zou stemmen, maar die werd alleen maar bozer. Hoe verder mijn zwangerschap vorderde, hoe kleiner immers de mogelijkheid tot een abortus. Hij bleef het herhalen: ik moest voor hem óf het kind kiezen. Ik zei dat ik dat niet kon en dus liet ik het zo. Toen ik ruim 22 weken zwanger was, zag David in dat ik onze dochter niet zou laten weghalen. Hij werd kwaad en schold me uit voor alles wat lelijk was. Tegen onze zoons zei hij dat ik niet toerekenings vatbaar was vanwege de zwangerschapshormonen. Volgens hem verwoestte ik hun levens. De jongens kregen onze ruzies mee, maar lieten zich er niet over uit. Ze begonnen hun vader te ontwijken en naar mij toe waren ze juist bezorgd en superlief. Soms sliep een van hen bij me, zodat ze me extra konden knuffelen. David was inmiddels naar de logeerkamer verhuisd en mailde me weer allemaal websites, deze keer van echtscheidingsadvocaten.”

Gesmeekt

“Gek genoeg hield ik tot die tijd hoop dat David zou bijtrekken. Tegen beter weten in natuurlijk. Misschien wás ik ook wel minder toerekeningsvatbaar door de hormonen. Ik voelde me gewoon een blij ei. De hele dag door liep ik te zingen en vrienden zeiden allemaal dat ik straalde. Zwanger zijn vond ik een feestje. Ik genoot van mijn groeiende buik, van het getrappel erin en van alle aandacht die ik kreeg. Dat David zo nors en boos deed, raakte me wel. Ik werd er erg verdrietig van. Zijn buien maakten het feestje minder mooi, maar ik dacht dat hij zou bijtrekken als de baby er eenmaal was: ik kende hem al mijn halve leven. Ik was dus met stomheid geslagen toen ik zeven maanden onderweg was en David zijn koffers pakte en zei dat zijn advocaat binnenkort contact met me zou opnemen. ‘Het zou handig zijn als jij dan ook een advocaat hebt’, zei hij er nog bij. Ik heb gegild, ik heb aan zijn jas gehangen en heb hem gesmeekt niet weg te gaan, maar hij ging toch. Het was een nachtmerrie. Die avond en nacht heb ik uren gejankt. Maar de volgende dag stond ik heel vastberaden op: oké, haar vader wilde dan niets van haar weten, deze baby was wel heel welkom. Ik keek verlangend uit naar haar komst, net als haar twee grote broers en mijn familie. Mijn zus en moeder hadden al toegezegd bij de bevalling te zullen zijn, als back-up. Zowel zij als mijn schoonouders snapten niets van Davids gedrag. Iedereen bleef ook herhalen: ‘Joh, die trekt wel bij, hij heeft koudwatervrees.’ Maar ik voelde dat het een definitieve keuze was. Ik had te vaak van hem gezien en gehoord hoezeer hij tegen de komst van dit kind was. Deze keer geloofde ik hem. Ook omdat hij intussen de scheiding doorzette en een flat kocht, verderop in de wijk.”

Niet te begrijpen

“Inmiddels zijn we drie jaar verder, loopt hier een prachtmeid rond en is David bijna helemaal uit beeld. De enige keer dat ik hem nog zie, is als hij de jongens komt thuisbrengen. We communiceren alleen nog per e-mail en dan uitsluitend over Stefan en Joris. Merel zwijgt hij dood. David betaalt ook geen kinderalimentatie voor haar, heeft haar niet erkend en heeft nog geen rompertje voor haar gekocht. Meteen na de geboorte appte ik hem, maar er kon niets meer vanaf dan ‘gefeliciteerd’. Hij wilde niet op kraamvisite komen en wil niets met haar te maken hebben. Ik had hem kunnen dwingen om een dna-test te doen, maar ik heb er geen kracht voor. Vraag me niet waarom hij zo doet, hoe het kan dat hij zijn twee zoons wel wil zien en gek op ze is en zijn dochter negeert. Ik word gek als ik erover nadenk. Ik heb wel honderden scenario’s bedacht en die ook besproken met mijn omgeving, maar ik kom er niet uit. Ook mijn schoonouders snappen het nog steeds niet. Ze hebben nog wel contact met hem, maar minimaal. Gelukkig zijn ze een betrokken opa en oma. Toen Merel laatst drie jaar werd, kwamen ze met een gigantische, luxe poppenwagen aanzetten. Ik weet zeker dat ze dat ter compensatie deden, omdat ze zich schamen voor het gedrag van hun zoon. En Stefan en Joris houden zich buiten deze toestand. Daar ben ik blij om.”

Pijnlijk

“Vooralsnog vertel ik Merel niets over David. Vaderschap is nog geen issue voor haar. Ze is een vrolijke, lieve meid die stapel is op haar grote broers en zij op haar. Maar er komt een dag waarop ik haar de waarheid moet vertellen en daar ben ik bang voor. Ik weet niet goed wat ik moet zeggen, omdat alles even pijnlijk is. Daarom denk ik er nog maar niet te veel over na. Tot die tijd knuffel ik Merel wanneer ik maar kan. Ze is een enorme verrijking in mijn leven, ik ben elke dag dankbaar dat ik haar heb laten komen. De prijs voor haar komst was hoog. Ik verloor mijn grote liefde, mijn maatje en mijn man. Tegelijkertijd was het de beste beslissing van mijn leven.”

Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.