Esther liep ongetraind een marathon voor haar ongeneeslijk zieke vriendin
14 april 2020
Esther (38) liep vorig jaar de marathon van Rotterdam. Ongetraind. Omdat ze iets wilde doen voor haar beste vriendin Vivian (44) die ernstig ziek was. Ze finishte als allerlaatste.
Esther leerde Vivian tien jaar geleden kennen in een café in Rotterdam. De spiegel, heette dit café heel toepasselijk. Want toen Esther haar een hand gaf: “Was het alsof ik mijn spiegelbeeld tegenkwam. Het voelde alsof ik mijn soulmate had gevonden, we hadden meteen een enorme klik. Er kwam een man het café binnen die rozen verkocht. Ik kocht zijn hele bos en gaf alle rozen aan haar. Vivian had nog nooit iets met een vrouw gehad, maar dat wist ik toen nog niet. Zij wist ook niet dat ik lesbisch was. Het voelde een beetje ongemakkelijk voor haar dat zij al die rozen kreeg, denk ik. Zoals Vivian dan is: zij ging al die rozen uitdelen aan iedereen in het café. Dat vond ik een mooi gebaar.”
Toen de avond voorbij was, appten Esther en Vivian nog wat. “Ze vroeg of ik nog even bij haar langskwam. Ik ben die nacht niet meer naar huis gegaan.” Daarna hadden Esther en Vivian een jaar lang een relatie. Tot ze beseften dat ze niet als stel bij elkaar hoorden. “We waren meer vrienden dan geliefden van elkaar. Maar Vief bleef mijn beste vriendin. We zijn inmiddels allebei getrouwd met iemand anders, maar ze is een mooi en bijzonder mens en ik wilde haar graag in mijn leven houden.”
Noodlot
Vier jaar geleden sloeg het noodlot toe. Vivian kreeg te horen dat ze schildklierkanker had. “Dat was op zich prima te behandelen. Maar nadat de behandeling klaar was en ze genezen was verklaard, wilden ze in het ziekenhuis ter controle een echo maken.” Vivian wilde een pet-scan – een duurder soort scan waarmee artsen meer details zien. “Vivian geloofde niet dat de kanker weg was. Ze vertrouwde het niet, want ze voelde zich niet goed. Ze heeft ervoor moeten vechten om die pet-scan te krijgen, dat doen ze niet zomaar als er geen aanleiding voor is. Toen ze toch haar zin kreeg, bleek dat ze het goed had aangevoeld.”
Vivian had darmkanker met uitzaaiingen in haar lever en longen. “Dan zit het door je hele lijf en daar genees je niet meer van. De artsen konden het tijdelijk verhelpen, maar het komt altijd weer terug als je pech hebt.”
Veel bewondering
“Als je hoort dat je darmkanker met uitzaaiingen hebt, stort je wereld natuurlijk in. Maar ik heb veel bewondering voor de manier waarop zij ermee omging. Ze zei dat ze echt niet morgen dood zou zijn, en dat ze ervoor ging vechten. Ze voelde zich geen slachtoffer van de situatie, maar vond: dit is wat het is, en ik moet roeien met de riemen die ik heb. Dat liet ze mij ook inzien. ‘C’est la vie’, zei ze dan. Dat gaf haar veel mentale kracht. Voor mij is dat wel een les geweest. Ik kan nogal fel zijn, zij blijft altijd rustig en relaxed. Je kunt je al snel een slachtoffer voelen, maar dat deed zij niet. Ik heb daar veel aan gehad in mijn eigen leven. Na elke behandeling pakte ze haar leven weer op, dan zat ze binnen twee dagen weer op de hometrainer in het ziekenhuis en had ze weer die positieve instelling.
Toen ze uit haar achtste operatie kwam, vroeg ik haar: ‘Hoe doe je dit? Je gaat maar door.’ Ze zei: ‘Ja, Es, dit voelt alsof je ongetraind een marathon loopt. Je kunt je er niet op voorbereiden, de kanker staat ineens voor je deur en dan ga je het maar aan. Het gaat er dan om hoe sterk jij in je koppie bent. Je kunt ermee stoppen, maar je kunt ook doorgaan.’ Het maakte veel indruk op mij dat ze zo aan het vechten was.”
Knettergek
Het was op dat moment een week voor de marathon van Rotterdam. De volgende dag, op een zondagochtend, dronk Esther een kopje koffie met haar vrouw Kitty op een terrasje. “Ineens wist ik het. Ik zei tegen Kitty: ‘Ik ga volgende week de marathon lopen voor haar.’ Op Markplaats vond ik een kaartje. Ik wist op dat moment ook wel dat dat knettergek was. Ik was niet getraind, ik rook, ik drink, ik sport niet. Ik haat hardlopen, dat ook nog, ik snap niet wat veel mensen er zo leuk aan vinden. Al vind ik het wel knap als mensen er maandenlang voor trainen. Maar zelf heb ik die discipline helemaal niet. Als je een marathon hebt gelopen, krijg je een medaille. Dat is iets bijzonders, want niet iedereen kan een marathon lopen. Ik wilde mijn medaille aan Vivian geven om haar te laten weten dat ze het zo goed deed, dat ze zo goed gevochten had. Dat verdiende ze. Toen ik Vivian vertelde wat ik voor haar wilde doen, vond ze dat heel bijzonder. Maar ze zei ook dat ze dit niet had bedoeld toen ze die opmerking maakte, het was maar een metafoor. Ze besefte dat het niet zonder risico was wat ik ging doen. ‘Ik wil niet dat je doodgaat. Ik hou toch wel van je’, zei ze. Maar ik ben nogal impulsief. Ik had dit in mijn hoofd en ik ging dit doen. Ik zei tegen haar dat ze zich die dag een beetje moest oppompen zodat ze bij de finish kon staan. Want ik ging voor haar die medaille halen.”
Stapels pannenkoeken
Esther kon op internet weinig vinden over hoe je ongetraind een marathon moest lopen. “Dat zegt misschien al genoeg, haha. Maar ik wilde het flikken. Ik ben naar een voedingsdeskundige gegaan, die me adviseerde om de week ervoor goed te eten, vooral veel koolhydraten, ik moest echt gaan stapelen. Dus ik heb in die tijd veel pannenkoeken gegeten, Kitty heeft zich suf gebakken. Ik werd er misselijk van, maar ik moest mijn tank volladen en daar kon ik niet pas een dag van tevoren mee beginnen.”
Op de dag van de marathon was het warm, tegen de dertig graden. Bij de start voelde Esther zich zenuwachtig. “Waar ben ik mee bezig, dacht ik? Gelukkig kon ik mezelf vooraan in de eerste startgroep wurmen, anders was ik überhaupt nooit op tijd binnengekomen. Ik ging voor mijn doen best snel, maar iedereen die die dag de marathon liep, is mij voorbijgegaan. Na de eerste driehonderd meter was ik al buiten adem. Ik had nieuwe sportkniekousen aan die ik nog nooit eerder had aan gehad. Al bij de Erasmusbrug knelden die kousen mijn voeten af. Aan een meisje uit het publiek vroeg ik of ik haar sokken mocht. Gelukkig mocht dat. Maar ondanks die andere sokken waren de eerste vijf kilometer al de hel. Ik voelde de man met de hamer wel tien keer.”
Verstand op nul
“Natuurlijk wilde ik stoppen. Het was een geestelijke kwelling. Maar dan komt het aan op geesteskracht. Ik zette mijn verstand op nul. Ik ben mezelf ontzettend tegengekomen, ik heb zo’n gevecht met mezelf gehad. Maar de gedachte dat ik het voor Vivian deed, hielp me er doorheen. Ik kon het niet maken om af te haken en haar die medaille niet te geven. Vivians instelling heeft me enorm geholpen. Stoppen was gewoon geen optie.”
Halverwege de marathon stopte Esther even om iets te drinken. “Van mijn voedingsdeskundige moest ik veel drinken, en me blijven koelen, vanwege de warmte. Dus ik heb die dag veel water over mezelf heen gegooid. Maar toen zag ik opeens dat ze de hekken al dichtdeden. Zo langzaam had ik dus al die tijd gelopen. “O nee,” dacht ik, “nu moet ik door.” Dus ik trok een sprint en was ik die hekken nét voor. Daarna kwam een stuk door de stad. Dat was het allerergste, daar was het druk en rumoerig, en ik was moe. Tot daar ineens Vivian stond. Ik brak, ik omhelsde haar en moest heel erg huilen. Tegelijk gaf me het de kracht om door te gaan toen ik haar zag. Ik wist opeens weer waarvoor ik het deed.”
De allerlaatste
En toen was Esther bijna bij de finish, na bijna zeven uur hardlopen. Ze was de allerlaatste. Ze liep het laatste stuk met een heel cordon van politieagenten op de motor achter haar aan, Vivian en haar vrienden renden mee en een cameraman van de lokale omroep filmde haar laatste kilometers vanaf de motor. “Op een gegeven moment had ik in de gaten wat voor aandacht er voor mij was. Het is natuurlijk belachelijk dat iemand die ongetraind een marathon loopt, op die manier wordt binnengehaald, ik wil verder ook niemand motiveren om dat ook te doen ofzo. Maar ik vond al die aandacht tegelijk prachtig voor Vief. Het was zo bijzonder, al die mensenmassa’s om ons heen. Alsof ik de koningin was, het sloeg nergens op. Ik kreeg opeens vleugels, zo voelde het. Ik ging het redden!”
Na de finish kreeg Esther haar medaille, die ze omdeed bij Vivian. “Dat was zo’n ontlading. Ik voelde sterk: zie je wel, alles wat je wilt in het leven, kun je gewoon. Op het moment dat je denkt dat je niet meer kunt, kun je het wél. Dan kom je op die T-splitsing waarop je kunt kiezen of je een winnaar of een verliezer bent. Het is mensen eigen om de makkelijke weg te kiezen en te stoppen. Maar wat ik van Vivian heb geleerd, is om te kiezen voor de winnaarskant. Om door te gaan. Vivian heeft van mij een beter mens gemaakt.”
Doodsangst
Bijna een jaar na de marathon gaat het slecht met Vivian, vertelt Esther aan de keukentafel. “Ze zit in haar laatste weken, het gaat ineens snel, je ziet haar elke dag achteruitgaan. Dat doet veel pijn. Ik heb er moeite dat het zo slecht met haar gaat, het liefst trek ik een deken over mijn hoofd heen. Maar ik probeer er voor haar te zijn en haar te steunen. Ik ben bij elke operatie en elke chemo geweest. Nu ze is uitbehandeld, ben ik ook veel bij haar. Het is bizar hoe zij gevochten heeft. Maar dat maakt haar ook bijzonder.”
Vivian kan nog steeds niet accepteren dat ze straks niet meer leeft, zegt Esther. “Ze wil gewoon niet dood. Ze is bang voor de complicaties waaraan ze kan overlijden en dat maakt angstig. Ze heeft veel doodsangst, op dit moment.”
Beladen datum
Vanwege de coronacrisis is de Rotterdamse marathon op 5 april afgelast. “Het wordt sowieso een beladen datum, want ik denk dat ze er dan niet meer is.” Maar ook als de marathon was doorgegaan, had Esther niet mee gedaan. “Ik doe nooit meer mee. Dit kan ik niet meer overtreffen, het was eenmalig. Maar nu Vief gaat sterven, ben ik zo blij dat ik die waardevolle beelden met haar samen heb. Na de marathon heb ik twee weken niet kunnen lopen. Kitty moest me ondersteunen als ik naar het toilet moest, daar deden we tien minuten over omdat ik alleen kleine stapjes kon zetten. Alles deed pijn, en ik had dikke blaren op mijn voeten. Ik besef dat dit een bijzondere prestatie was. Het heeft me ook veel kracht gegeven in het leven. Ik besef dankzij Vivian dat het mensen eigen is om de makkelijkste weg te nemen, maar dat je veel meer kunt bereiken als je dat niet doet. Dat geldt voor je carrière, je huwelijk, voor zoveel dingen in het leven. Wat ik van Vivian heb geleerd, is om reëel naar een situatie te kijken. Als je problemen hebt, bedenk dan wat er niet goed gaat en wat je kunt doen om het op te lossen. Als je gezond en gelukkig wilt zijn in het leven, moet je daarnaar handelen. Geen medelijden met jezelf hebben, maar kijken naar de feiten. En lief zijn voor jezelf. Dan kun je dat ook voor anderen zijn. Dat heeft Vief mij gegeven. Ik ga haar straks ontzettend missen.”
Esther liet ons weten dat Vivian op 17 maart is overleden. Wij wensen Esther en al Vivians andere naasten veel kracht toe in deze moeilijke tijd.
Tekst: Ella Mae Wester. Foto’s: Ruud Hoornstra. Visagie: Wilma Scholte.