Waarom er in het noorden van het land minder besmettingen zijn
27 augustus 2020
Het aantal coronabesmettingen ligt in Drenthe, Friesland en Groningen een stuk lager dan in de rest van het land. Wat is de verklaring hiervoor? Hier komen immers toch ook toeristen?
Nieuwe besmettingen
In het noorden van het land lijkt het vooralsnog mee te vallen met het aantal nieuwe coronapatiënten. Hoewel er een aantal clusters zijn geweest – zoals de corona-uitbraak in het azc in Delfzijl – blijven de cijfers laag. Zo zijn er sinds 1 juli maar 69 nieuwe gevallen in Drenthe gemeld, 162 in Friesland en 204 in Groningen. Ter vergelijking: in Noord-Holland kwamen er in diezelfde periode 4420 nieuwe besmettingen bij.
Verklaring
Wat is de verklaring voor het kleine aantal besmettingen? Volgens de GGD Groningen is dit al vanaf het begin van de coronacrisis het geval. Ten eerste heeft dit te maken met het feit dat de uitbraak in Brabant begon. “De vakanties begonnen dit jaar eerder in het zuiden van het land”, aldus een woordvoerster. “Daar gingen mensen op vakantie naar de gebieden waar corona al aanwezig was. Dit speelt nog steeds een rol. Het aantal loopt ook niet zo hoog op doordat het hier minder dichtbevolkt is.”
Uitgaanssituatie
Ook de GGD ziet de lage bevolkingsdichtheid als mogelijke verklaring voor het lagere aantal besmettingen. Ook speelt volgens hen een andere factor mee: “Er zijn weinig grote studentensteden in Drenthe en de uitgaanssituatie is hier ook gunstig.”
Toeristen
Over de toeristen, zegt GGD Drenthe het volgende: “Het algemene beeld is dat de toeristen niet voor een toename van het aantal coronabesmettingen hebben gezorgd. Dat betekent dat alle getroffen maatregelen goed zijn geweest.”
Toch benadrukken de GGD’s in Drenthe en Groningen dat het allemaal gissen blijft. Later onderzoek zou moeten uitwijzen wat de precieze reden is van het lage aantal besmettingen.
Bron: RTL
Foto: Getty Images
Meer van Redactie
