Canva1 2021 07 15t102947.748

Lezeressen over hun tiny house: ‘Met 3 personen en een kat op 15 m2’

Wonen op een paar vierkante meter, kan dat? Ja! Gewoon een kwestie van ontspullen, weten Mirjam, Rhona en Wendy.

Mirjam woont met 3 personen en een kat op 15 m2

Canva1 2021 07 15t102947.748

Mirjam (46, zelfstandig ondernemer) woont met haar man Ben (42, sociaal psychisch hulpverlener), zoon Silke (8) en kat Dodo sinds een jaar in een tiny house met 2 slaaplofts. Nu tijdelijk op een camping, maar ze zijn op zoek naar een vast perceel.

Mirjam: “Emigreren naar Nieuw-Zeeland staat al heel lang hoog op mijn verlanglijstje. Ik denk dat ik daar gelukkiger zou zijn, omdat er hier te veel dingen zijn waar ik me niet prettig bij voel. Hoe we met de aarde omgaan, bijvoorbeeld. Daar maak ik me grote zorgen om. Door privéomstandigheden bleef het helaas bij een wens. Toen de kans voorbijkwam om in een tiny house op een oud campingterrein te gaan wonen, realiseerde ik me dat dat al een grote stap in de goede richting zou zijn.
In onze eengezinswoning miste ik contact met de buurt. Iets wat we hier wel hebben, omdat we met gelijkgestemden wonen. Als iemand de barbecue aansteekt, stuurt hij of zij een berichtje met de vraag wie er zin heeft om mee te eten. Iedere dag hebben we als buren wel even contact met elkaar, dat zorgt voor verbinding. Daarbij kun je meer positiefs voor het milieu en de natuur doen als je je krachten bundelt. Door zonne-energie op te wekken of regenwater op te slaan, bijvoorbeeld. En als je spullen van elkaar kunt lenen, zoals een auto of grasmaaier, hoeft niet iedereen die zelf aan te schaffen. Allemaal praktische, duurzame oplossingen.

Minimalistisch wonen bevalt me goed. Ik zie spullen als ballast: je moet ervoor zorgen en ze staan in de weg als je te veel hebt. Toch blijkt onze vijftien vierkante meter leefruimte net iets aan de krappe kant: als het geregend heeft, hangt het binnen al snel vol met natte jassen die je moet ontwijken als je iets wilt doen.
We willen graag een veranda aanbouwen, zodra we een nieuwe, vaste plek hebben gevonden. Daarmee verdubbelen we ons woonoppervlak en hebben we meteen meer ruimte voor onze liefhebberijen. Ik doe aan yoga en krachttraining, maar binnen heb ik daar nauwelijks ruimte voor. Zeker niet als iedereen thuis is. Silke mist vooral ruimte om al zijn Lego kwijt te kunnen en er uitgebreid mee te spelen. En Ben wil graag een goede oven om te koken. Die buitenruimte zal straks goed benut worden.
Hoewel we altijd dicht op elkaar zitten, heb ik niet het gevoel dat ik privacy mis. We zijn er juist door naar elkaar toe gegroeid. Ik kan me wel voorstellen dat Silke als hij ouder wordt misschien wat meer privacy zou willen, maar daar bedenken we dan wel een oplossing voor. Voor nu is dit goed en leef ik een stuk gelukkiger en blijf ik dichter bij mezelf, gewoon in eigen land!”

Rhona woont met 3 personen op 30 m2

Canva1 2021 07 15t103157.042

Rhona (29, eigenaar buildingmemories.nl) en Menno (31, interieurvormgever) wonen met hun zoon Vik (2) sinds 3 jaar in een tiny house. Het staat samen met nog 30 zelfgebouwde huisjes op een voormalige vuilstortplaats.

Rhona: “Na onze studie interieurvormgeving wilden Menno en ik graag samenwonen. Maar we hadden alle twee een studieschuld en niet gespaard, waardoor kopen er niet in zat. Ook particulier huren bleek niet haalbaar. Wat overbleef was antikraak: lage lasten en toch een fijne plek. Ideaal, maar met onze kinderwens wisten we dat we iets anders moesten bedenken voor de toekomst. Als gezin mag je namelijk niet antikraak wonen. En alleen maar hard werken om duur te wonen is niet ons ideaal.
In de krant lazen we toevallig iets over Minitopia: een perceel waar nog ruimte was om zelf een huis te bouwen. Als interieurvormgevers trok ons dat wel. We zijn er op de bonnefooi naartoe gereden en raakten er in gesprek met een van de bewoners. Daarna waren we om. We konden zelf een huis ontwerpen en er tegen heel wat lagere kosten wonen, zodat we meer tijd en geld overhouden om te doen wat we echt willen.
Menno heeft vrij snel zijn baan opgezegd en is zich gaan specialiseren in het ontwerpen van tiny houses. Daardoor kwamen de vaste lasten meer op mijn schouders, terwijl hij zijn bedrijf kon opbouwen. Inmiddels heb ook ik mijn vaste baan kunnen opzeggen en ben ik ook voor mezelf begonnen. Dat dat kan, is pure luxe. Het geeft zo veel vrijheid om de dingen te kunnen doen op de momenten dat je het zelf wilt. Daarbij scheelt klein wonen je ook tijd: als je je even kwaad maakt, is het huis opgeruimd en schoon.
In het begin dacht ik dat ik het lastig zou vinden om in een gemeenschap te wonen. Maar in plaats van nieuwe buren heb ik er nieuwe vrienden bij gekregen. Ook dat heeft tijds- en kostenbesparende voordelen. Zo koken we met drie huishoudens om de beurt. Ik kook op maandag en breng dat naar mijn twee buren. Op woensdag en donderdag krijg ik van hen eten terug.
Wat ik wel jammer vind, is dat we niet veel mensen kunnen uitnodigen. Met nog een stel erbij zit het huis wel vol. In de zomer kun je buiten zitten, maar in de winter niet. En we lopen er nu tegenaan dat de slaapkamers allemaal open zijn. Vik slaapt momenteel wat moeilijker en de trap naar ons bed is in zijn kamer. We moeten ’s avonds dus heel stil doen. Daar zit wel een verbeterpuntje in het ontwerp. Maar dat vinden we met ons vak helemaal niet erg.”

Wendy woont met 2 personen op 21 m2

Canva1 2021 07 15t103347.220

Wendy (42, student logopedie) en Timothy (43, locatiemanager Wikkelhouse) wonen sinds 2016 in een tiny house. Ze staan in hun eentje op hun vierde plek: een bouwterrein waar ze nog 1,5 jaar mogen blijven.

Wendy: “Inmiddels kunnen we met zo weinig spullen toe, dat ik zelfs de opbergmanden die ik op de kast had gepland, heb vervangen door plantjes. Ook in de kast onder de trap, waarvan ik had verwacht dat die helemaal vol zou staan, is nog meer dan genoeg ruimte over. Ik kom dus helemaal geen ruimte tekort. Je leert gelukkig te zijn met minder, maar ook om geen voorraad aan te houden. Ik heb zeker minder kleding dan mijn vriendinnen, maar ik heb ook echt niet weinig. Ik ben gewoon selectief en kan inmiddels heel goed klein opvouwen. Het geeft me rust om zonder al die ballast te leven.

Bijkomend voordeel is dat het zo opgeruimd is. Want of ik een shirtje nou terugleg in de kast of op een stoel gooi, dat is even veel ‘moeite’ en dus leg je dingen vaak meteen terug op hun plek. Voor mij ideaal, want eigenlijk ben ik een rommelkont. Toen ik nog een appartement van negentig vierkante meter had, lag alles altijd overal. Nu ben ik nooit iets kwijt.
In een tiny house wonen was niet per se een wens van ons, we zijn er min of meer ingerold toen Tim en ik wilden samenwonen. Ik had een groot appartement, maar zat eigenlijk altijd bij Tim omdat dat dichter bij mijn werk was. Hij woonde destijds in de verbouwde garage van zestien vierkante meter bij zijn broer. We wisten dus dat we helemaal niet veel ruimte nodig hadden. Een vriend stuurde voor de grap een documentaire over tiny houses, dat was in 2015 nog vrij onbekend in Nederland. Het sprak ons meteen aan en we sloegen aan het fantaseren: hoe zouden wij dat aanpakken?
Hoe meer we ons erin verdiepten, hoe leuker het ons leek. Ook het duurzame aspect. Als we ervoor gingen, wilden we wel helemaal zelfvoorzienend zijn. Een kennis moedigde ons aan: als we geen plek konden vinden om op te wonen, mochten we wel bij hem op het terrein een tiny house zetten. En zo zijn we vrij spontaan begonnen met zelf bouwen. We hebben over alles nagedacht en alles zelf ontworpen. Misschien voelt het wonen in ons tiny house daarom zo fijn. Het is zo eigen, past helemaal bij ons. Ik zou niet anders willen.

Het enige nadeel is dat het in Nederland vrij moeilijk is om een plaats te vinden waar je mag wonen. Meestal is het voor een paar jaar, dus ben je eigenlijk altijd op zoek. Aan de andere kant is dat juist weer leuk: zo kom je nog eens ergens, terwijl je je huis gewoon meeverhuist.”

Tekst: Ghislaine van Delden.