Zij werden moeder na hun 40ste: ”Ik weigerde te gaan “tinderen voor kinderen”‘
5 november 2021
Het kwam er niet van, of ze konden nog wel even wachten… Maar de biologische klok tikte door. Deze vier vrouwen kregen hun eerste kind na hun 40ste. Nog een gemene deler? Ze voelen zich allemaal véél jonger.
Jessica (42): ‘Ik vond mijn eigen moeder al aan de oude kant…’
Jessica is marketeer. Ze woont samen met Panos (38, quantitative analist) en is moeder van Evan (bijna twee).
“Pas halverwege de 30 kreeg ik een kinderwens, maar er was op dat moment geen man in mijn leven met wie ik die stap wilde zetten. Ik had het nooit eerder zo gevoeld, ik had ook niet echt wat met baby’s. Zo rond m’n 38ste ging mijn biologische klok echter tikken. Veertig was voor mij toch een soort magische grens. Ik ontmoette mijn huidige vriend Panos pas vier jaar geleden. Hij wist eerder dan ik dat wij een relatie zouden krijgen, bij mij moest dat even groeien.
Een maand voordat ik 40 werd, hield ik een positieve test in mijn handen. We hadden er voor die tijd nog amper concreet over gesproken, maar we wisten dat de mogelijkheid van zwanger worden erin zat. Toevallig had ik een jaar eerder tegen mijn collega, die haar derde kind verwachtte, gezegd: ‘Volgend jaar ben ik aan de beurt hoor!’
Ik heb een fijne zwangerschap gehad en alle extra controles en testen die beschikbaar zijn, laten uitvoeren. Evan leek even aan de kleine kant, wat toch wel heel spannend was. Uiteindelijk woog hij 2934 gram bij zijn geboorte, maar in de dagen erna viel hij flink af. We moesten hem bijvoeden.
Mijn eigen moeder was 34 toen ze mij kreeg. Ik vond haar vroeger altijd aan de oude kant en nu ben ik zelf dus nóg ouder. Met terugwerkende kracht kijk ik hier heel anders naar. Ik voel me geen 42, maar eind 20! Wel heb ik mijn leven goed geleefd en heb ik een bepaalde rust nu. Tot midden in de nacht in de kroeg staan, hoeft van mij niet meer.
Ik ben makkelijk zwanger geraakt, net als twee vriendinnen die ook begin 40 waren. Dat maakt dat ik me er weinig zorgen over maak of het nog eens zou lukken, dat is op iedere leeftijd toch afwachten. Maar of we nog een tweede kind willen, weet ik niet. Het is best druk nu en Panos maakt veel uren voor zijn werk. Dat laatste zou voor mij eerder doorslaggevend zijn om het niet te doen dan mijn leeftijd. Ik ervaar het moederschap niet als zwaar, wel als uitdagend. Als er weer eens eten op de grond wordt gegooid of Evan luistert totaal niet, vind ik dat wel pittig. Gelukkig heb ik door mijn leeftijd meer geduld!”
Mijke (40): ‘Ik weigerde te gaan “tinderen voor kinderen”‘
Mijke is managing consultant. Ze is single en moeder van Boas (2 maanden).
“Ik vond het leven veel te leuk om al jong kinderen te krijgen. Ik maakte vooral veel reizen, een lange wereldreis zelfs. Toch wilde ik ook niet té lang wachten. Onlangs las ik een oude Facebookconversatie terug, waarin ik schreef: ‘Ik wil er natuurlijk niet pas op m’n 40ste aan beginnen.’ Tja, dat liep anders.
Ik had nooit echt lange relaties. Zo rond mijn 35ste werd ik daar een beetje onrustig van. In plan A zou ik moeder worden mét een vader in beeld, maar ik had ook plan B achter de hand, in dat geval zou ik het alleen doen. Ik was bijna 38 toen ik me inschreef bij de donorbank van het AMC. Er was een wachtlijst, dus mocht ik het nodig hebben, dan stond ik alvast ingeschreven.
Ik hoorde dat het bij een kliniek in Leiderdorp ook met een buitenlandse donor kon, zonder wachtlijst. ‘Oh, relaxed, dan heb ik nog even’, dacht ik. Ik boekte een reis naar Zuid-Afrika, corona sloeg toe, mijn werk slokte me op en ineens was daar hét besef: eind dit jaar ben ik 40. Daar schrok ik zo van dat ik direct concrete stappen heb ondernomen. De kans dat ik nog een man zou tegenkomen op een festival was door corona ook uitgesloten. En ik weigerde te gaan “tinderen voor kinderen”. In september had ik een intake en in november was ik zwanger – nog nét 39 jaar.
Het is net alsof mijn lichaam wist dat ik geen partner had om voor me te zorgen; mijn zwangerschap verliep perfect. Mijn lijf voelt ook helemaal niet als dat van een 40-jarige.
Boas is nu acht weken. Wat me echt opvalt is dat mijn vriendinnen hier in Amsterdam allemaal een stuk later moeder zijn geworden dan mijn oud-klasgenoten uit Oisterwijk, het dorp waar ik vandaan kom. Ik had het niet anders gewild dan hoe het nu gelopen is. Ik heb de mooiste reizen gemaakt en kan volop gebruik maken van de kennis van vrienden die al lang kinderen hebben. Ik hoef het wiel niet opnieuw uit te vinden, dat scheelt weer.
Mijn leven is compleet anders nu ik Boas heb. De fotoshoot voor Vriendin was mijn eerste echte uitje. En zo heb ik bijvoorbeeld voor volgend jaar mijn vakantie naar park De Berenkuil in Drenthe al geboekt, volgens mijn vriendinnen een geweldige plek voor kinderen. Alles draait nu om mijn zoon, voorheen hoefde ik eigenlijk nooit met iemand rekening te houden. Binnenkort gaat Boas iedere week een dag en nacht naar mijn ouders zodat ik lekker uit eten kan of kan sporten. Of gewoon uitslapen, dat lijkt me ook weer eens heerlijk.”
Esther (41): ‘Ik was bang dat ik te lang had gewacht’
Esther is customersupportmedewerker. Ze is single en moeder van Kian (5 maanden).
“Ik wilde het liefst rond mijn 27ste moeder worden. Rond die periode had ik een langdurige relatie, maar mijn toenmalige partner had zijn bedrijf op nummer één en zijn vrijheid op nummer twee staan. Nadat er aan onze relatie een einde kwam, vertrok ik voor vijf jaar naar Curaçao om daar te werken en te wonen. Ook dat werkte ‘vertragend’ voor mijn kinderwens.
Weer in Nederland zocht ik vastigheid en zekerheid, ik was klaar met het jobhoppen dat ik op het eiland gedaan had. En ik had nog een kinderwens, idealiter werd die vervuld mét partner. Maar de enige man die mijn pad kruiste, deed alsof hij een deurtje naar kinderen open had staan maar sloot die deur toen het serieus werd. Voor mij was dat een dealbreaker.
Ik was 39 toen ik ‘het traject’ bij het AMC inging: ik zou het wel alleen doen. De wachtlijst voor een zaaddonor zou twee jaar zijn, maar na een jaar werd ik al opgeroepen. Mijn omgeving begreep mijn keuze, iedereen moedigde het aan. Zelf heb ik ook geen seconde getwijfeld. Iik wilde hoe dan ook moeder worden en dit was voor mij de enige manier waarop het mogelijk was.
Na de derde kunstmatige inseminatiepoging was ik zwanger, maar die blijdschap hield kort aan: ik kreeg een miskraam. De drie pogingen daarna bleef een zwangerschap uit en inmiddels was ik de 40 gepasseerd. ‘Dan maar IVF’, besloot ik. Ook dat verliep niet vlekkeloos. Ik kreeg opnieuw een miskraam, wat de arts toeschreef aan mijn leeftijd. Ik was best bang dat ik te lang had gewacht. Toen sloeg ook corona nog eens toe en kwamen alle behandelingen stil te liggen.
Diverse keren belde ik in paniek met het ziekenhuis. ‘Als er een plekje vrij komt, helpen jullie mij dan?’, vroeg ik. De tijd drong. De derde IVF-poging was raak, vijf maanden geleden ben ik bevallen van mijn zoon. Ik voel me geen oude moeder, helemaal niet. Wel ben ik in mijn vriendengroep de laatste met een kind. Ik twijfel over een tweede kind. Dat het zo moeizaam ging, is in mijn ogen toch een teken van de natuur.
Mijn moeder overleed vlak voordat ik aan het traject begon – ze steunde mijn keuze volledig. Ze is slechts 67 geworden en was ook nog eens de langstlevende in de familie. Daar kan ik me weleens zorgen over maken. Wat als ik ook niet oud word? Maar het heeft geen nut daarover te piekeren. Ik geniet nu van mijn kind en je kunt toch niet in de toekomst kijken.”
Efua (42): ‘Wij zijn net op tijd geweest’
Efua is onderzoeker bij de gemeente Amsterdam. Ze is single en moeder van Chloë (10 maanden).
“In mijn directe omgeving heb ik veel oudere moeders. In mijn ogen dus een voorbeeld dat je prima op wat latere leeftijd kinderen kunt krijgen. Rond m’n dertigste had ik wel een relatie, maar die hield geen stand. De omstandigheden waren er gewoon niet naar, maar ik wilde het wél graag. Net voor mijn 40ste ontmoette ik de vader van Chloë. Ik wist dat ik nu moest opschieten. Hij begon ook al snel over kinderen, hij had al een zoon van 13 en wilde er best nog graag een kleintje bij.
We hebben eerst even de tijd genomen elkaar beter te leren kennen. Vooruitlopend op onze plannen liet ik een vruchtbaarheidsonderzoek uitvoeren. De arts vertelde mij dat ik gewoon zwanger kon worden, maar dat mijn eicelvoorraad aan de lage kant was. En dit wellicht een probleem zou zijn als ik gebruik wilde maken van bijvoorbeeld IVF. Daar schrok ik van. Ik wist niet dat IVF lastig is als je weinig eicellen hebt. ‘Shit’, dacht ik toen. ‘Dit kan nog wel eens heel moeilijk gaan worden.’
Een week later bleek gelukkig dat ik zwanger was en heb ik dus geen gebruik hoeven maken van IVF. Ik was heel blij dat ik zwanger was. En achteraf gezien vind ik het bizar dat ik, in dezelfde periode dat ik de uitslag van het vruchtbaarheidsonderzoek kreeg, zwanger bleek. Ik had dat vruchtbaarheidsonderzoek graag eerder laten uitvoeren. Ik was al 40 toen ik voor het eerst in mijn leven een gynaecoloog bezocht. In Amerika zijn ze daar veel eerder mee. Ik heb geluk gehad dat het bij ons toch nog goed is gekomen.
Het moederschap vind ik leuk, maar ook pittig. Ik ben sinds een paar maanden alleenstaande moeder. Mijn relatie heeft helaas geen standgehouden. De vader van Chloë is gelukkig nog wel in haar leven. Ik werk fulltime en mijn dochter gaat vier dagen naar de opvang. Als ik extra oppas nodig heb, springt mijn moeder bij. Of kan ik een beroep doen op een van mijn vriendinnen.
Ik denk niet dat ik qua gedrag heel anders ben dan toen ik 25 was, maar wel qua levenservaring. Op mijn 25ste ging ik nog veel uit en bezocht ik veel salsafeestjes. Nu ben ik gesetteld met een eigen huis en een goede baan. Als mijn dochter 18 is, ben ik 60, dat schiet wel eens door mijn hoofd ja. Die gedachte verontrust mij echter niet. Mijn ouders kregen mij ook op latere leeftijd en ik zie hen absoluut niet als oude mensen. Ze zijn heel actief en ondernemend. Ik hoop zelf op die leeftijd net zo in het leven te staan.”
Tekst: Hester Zitvast