Canva1 2021 12 20t110515.653

Linn doneerde haar eicellen: ‘Ik heb hun droom mogen laten uitkomen’

Linn is de gescheiden moeder van Amaya (10), Alanah (8) en Ariëlla (5). Na haar laatste zwangerschap, besloot ze haar eicellen te doneren. ‘Ik was vastbesloten dit voor een ander te doen.’

Linn (33, mindsetcoah): “Ik ben zelf relatief jong moeder geworden, en zo had ik die route ook uitgestippeld. Ik had een stabiele relatie, mijn opleiding was afgerond, ik had een vaste baan. We waren gesetteld en klaar voor een kind. Het ging snel: voor ik het wist, was ik zwanger. Ik kwam maar liefst 30 kilo aan, wat ik zowel fysiek als mentaal zwaar. vond Ook bij de zwangerschap van de tweede, Alanah, kwam ik zoveel aan. Ik had de laatste zwangerschapskilo’s er nog maar net af, of ik bleek opnieuw zwanger. Met de komst van Ariëlla was ons gezin compleet.
In de periode dat Ariëlla nog baby was, was ik vaak te vinden op de Facebookgroep Mama is thuis. Daar las ik over eiceldonatie. Stellen deden hun verhaal over hoe zwanger raken voor hen niet vanzelfsprekend was en eiceldonatie de enige optie was. Eiceldonatie kan in Nederland alleen als een bekende zich hier vrijwillig voor aanmeldt of als een onbekende maar niet-anonieme vrouw doneert via een eicelbank. Niet iedereen heeft iemand in zijn of haar omgeving die dit wil doen of ertoe in staat is. Ik had er al weleens over nagedacht draagmoeder te worden, maar omdat ik mijn zwangerschappen als best heftig heb ervaren, zag ik daarvan af. Eiceldonatie zag ik daarentegen wél zitten.
Tweeënhalf jaar geleden stuitte ik op die Facebookgroep op het verhaal van Nicole en Robert. Ik werd geraakt door Nicoles verhaal, zo jong nog, vijfentwintig pas, en dan al in de overgang. Ze hadden ook een foto bijgevoegd en het leek me een leuk stel. Nicole en Robert maakten zich kenbaar als wensouders. Officieel mag je namelijk geen oproep doen. Ik besloot te reageren. Ik schreef ze een mail. ‘Ik wil jullie wel helpen.’ Onze jongste ging net naar de voorschoolse opvang. Het was er nu de tijd voor, vond ik.”

Donatieplannen

“Uiteraard had ik mijn actie wel met mijn partner besproken. Ik had het er al jaren over. Ik ben me er erg van bewust dat kinderen krijgen niet voor iedereen vanzelfsprekend is. Neem mijn broertje bijvoorbeeld: hij is homoseksueel. Als hij papa wil worden, staat hem een ander traject te wachten dan het gemiddelde heterostel. ‘Het is jouw lichaam, ik sta achter je’, zei mijn partner over mijn donatieplannen.
In de mail aan Nicole en Robert heb ik mezelf uitgebreid voorgesteld en niet veel later kreeg ik een leuke reactie van ze terug. Ze stelden voor om elkaar te ontmoeten. Dat leek mij een goed plan. We spraken af in het restaurant van een hotel, zonder mijn partner. De eiceldonatie was immers iets wat ík heel graag wilde. Als ik bloed doneer, gaat hij ook niet mee en zo zag ik dit ook: ik zou een bouwsteentje afstaan. Meer niet. Ik sta daar nuchter in.”

Bonusbroertje of -zusje

“Ik ging het gesprek open in, maar onder met een paar voorwaarden. Mocht het tot een donatie komen, dan wilde ik wel weten of het gelukt was. Ik wilde niet dat onze meiden op latere leeftijd te horen zouden krijgen dat er ergens nog een broertje of zusje rondliep. Ze hebben het recht dit van jongs af aan te weten. Voor mij was het ook belangrijk dat er een klik tussen mij en Nicole zou zijn. En die was er. Toen Nicole zei: ‘Dit kindje zou een soort bonusbroertje of -zusje voor jouw meiden zijn’, wist ik dat we op dezelfde lijn zaten. Ook zij zouden hun kind dus vertellen over mijn drie dochters. Misschien hebben ze later behoefte aan contact met elkaar. Die ruimte moet er zijn, vinden we allemaal. We spraken af elkaar nog eens te ontmoeten, met de kanttekening dat we er op ieder moment vanaf konden zien indien het toch niet goed voelde. We hadden nog een hele weg te gaan. Het moest medisch gezien natuurlijk ook kunnen.”

Vastberaden

“We meldden ons enkele maanden later aan in het ziekenhuis, waar we allerlei informatie en onderzoeken kregen. Ondertussen hadden we al regelmatig contact met elkaar gehad. Bij het gesprek in het ziekenhuis was mijn partner wel aanwezig. Hij schrok wel even toen hij hoorde dat er ook risico’s aan eiceldonatie kleven, overstimulatie bijvoorbeeld. Maar of ik het wel of niet zou doen, is nooit een discussiepunt geweest. Ik was vastberaden.
‘Weet je het zeker?’, vroeg Nicole mij regelmatig. Ik kon me haar angst dat ik me plotseling zou bedenken goed voorstellen. Toch heb ik nooit getwijfeld.
Corona vertraagde het proces nog enigszins. Maar in september 2020 was het zo ver en kon ik starten met de hormonen. Het was heftig mezelf te moeten prikken. Ik heb diverse tattoos, maar dit was toch van andere orde. De hormonen maakten me emotioneel, ik was om niets in tranen. De punctie die daarop volgde was heel pijnlijk –  met een holle naald worden er eicellen aangeprikt en opgezogen en dat is niet goed te verdoven – maar het leverde wel elf geschikte eicellen op. Negen daarvan waren goed genoeg om daadwerkelijk bevrucht te worden met het zaad van Robert. We hadden afgesproken dat ik het traject van eiceldonatie één keer zou doorlopen,. Als dat niet tot de gewenste zwangerschap leiden, zouden we verder kijken. Ik weet niet of ik het nog een keer had gedaan, de nasleep viel me flink tegen. Onder invloed van de hormonen verslapten de spieren rondom mijn bekken. Ik heb een tijd mijn bokstraining aan moeten passen, en boksen is iets wat ik graag doe.”

Dankbaarheid

“Bij de derde terugplaatsing was het raak. Ik was ongelooflijk blij, het voelde alsof een goede vriendin van me zwanger was. Tijdens haar zwangerschap kreeg ik regelmatig een update van Nicole. En twee maanden geleden is Boaz geboren. We waren allebei dolblij. In de eerste foto’s die Nicole en Robert van hem stuurden, herkende ik mijn meiden. Maar toch heb ik geen seconde het gevoel gehad dat hij biologisch gezien mijn kind is. Boaz is de zoon van Nicole en Robert.
Inmiddels ben ik op kraamvisite geweest. Het was geweldig mooi om Boaz in mijn armen te hebben en onwerkelijk ook: het lijkt nog maar zo kortgeleden dat ik die eerste mail stuurde. En nu is hij er al.
Mijn meiden weten dat ze een bonusbroertje hebben. Ze hebben het zelfs enthousiast op school verteld: ‘We hebben een broertje gekregen, maar mama was niet zwanger.’ Dat heb ik nog wel aan een paar docenten en schoolpleinouders moeten uitleggen.

Dankbaarheid

Het was bijzonder om dit te doen en ik ben dankbaar dat mijn lichaam het gekund heeft. Ik heb gewoon de droom van een ander stel mogen laten uitkomen. Vanaf het begin heb ik ook de dankbaarheid van Nicole en Robert gevoeld, in woorden en appjes, maar ook in de vorm van lieve cadeautjes.
Nicole en Robert gaan Boaz als hij groot genoeg is over mij vertellen. Het hoe en wat zien we dan wel weer. We hebben regelmatig contact met elkaar en ik krijg volop foto’s toegestuurd. ‘Voel je niet verplicht, geniet ook van je nieuwe gezin’, heb ik Nicole op het hart gedrukt. Maar ze vindt het fijn om te doen. Het maakt me trots ze zo gelukkig te zien.
Inmiddels ben ik gescheiden en zou ik in mijn huidige situatie als alleenstaande moeder niet nog eens mijn eicellen doneren. Het traject, en dan vooral de lichamelijke nasleep, heeft toch behoorlijk wat impact. Maar zeg nooit nooit. Stel dat mijn broertje het me ooit zou vragen, dan zou ik er geen seconde over na hoeven te denken.”

De wensmoeder

Nicole (27): “Waarschijnlijk ben ik al ergens begin 20 in een vervroegde overgang geraakt. Na twee vruchteloze pogingen eitjes te oogsten voor IVF werd duidelijk dat zwanger worden met eigen eicellen er voor mij niet in zat. Het was een klap in mijn gezicht, maar ik ben er gek genoeg nooit door uit het veld geslagen geweest. Robert was dat ook niet. ‘Het komt wel goed’, zei hij. En dat prentte ik mezelf ook in. We stonden allebei direct open voor eiceldonatie, maar dat is in Nederland een lastig verhaal. De wachtlijsten zijn gigantisch en veel klinieken worden zelfs regelmatig tijdelijk gesloten omdat er gewoon geen donoren zijn.
Onze buurvrouw had via social media een eiceldonor gevonden. Zo is dat balletje voor ons ook gaan rollen. We deden ons verhaal op Mama is thuis en zo kwamen we in contact met Linn. Het voelde goed met haar. Linn is lief en we merkten aan alles dat ze serieus over het doneren van haar eicellen had nagedacht. We dachten over veel zaken hetzelfde. Dat zij voor ons een punctie moest ondergaan, vond ik vervelend. Ik wist uit ervaring hoe pijnlijk dat is en ik had het maar wat graag van haar overgenomen.
Een week na de derde terugplaatsing voelde ik me anders. Ik had een zenuwachtig gevoel in mijn buik en keel. Pas na twee weken mochten we testen, maar ik hield het niet meer. Toen Robert naar zijn werk ging, heb ik stiekem een test gedaan. Positief! Huilend heb ik Robert opgebeld. ‘Je moet nu thuiskomen’, snikte ik. Hij keerde direct om toen hij hoorde dat ik zwanger was. We waren allebei  ongelooflijk blij, maar wel met een voorbehoud. Het was spannend, er kon nog veel misgaan. Ik heb het alleen met mijn zus gedeeld. In de dagen erna kreeg ik diverse bloedingen. Toch testte ik een week later nog steeds positief. Dat was het moment waarop ik het Linn vertelde.
Ze was ontzettend enthousiast toen ze het goede nieuws hoorde. Boaz is uiteindelijk met een keizersnede gehaald. Ik heb geen seconde het gevoel gehad dat Boaz genetisch gezien Linns zoon is toen ik hem voor het eerst in mijn armen kreeg. Boaz is mijn kind, ons kind. Wat grappig was: er kwam een verpleegkundige bij me die zei dat hij sprekend op mij lijkt. ‘Gek hè’, zei ze, ’terwijl ik in het dossier heb gelezen dat hij met behulp van eiceldonatie is verwekt.’ Zoiets is voor mij fijn om te horen.
Het was geweldig Boaz aan Linn te laten zien. Ze hield hem vast en ik werd overspoeld door een intens gevoel van dankbaarheid. Wat zij heeft gedaan, is heel bijzonder.
Er liggen nog drie embryo’s in de vriezer. We zouden graag een broertje of zusje voor Boaz krijgen, maar als het niet zo is, is het niet zo. We voelen ons ongelooflijk gezegend met Boaz. We gaan volop van hem genieten.”

Wat is eiceldonatie?

Bij eiceldonatie staat een vrouw onbevruchte eicellen af aan een vrouw die zelf geen geschikte eicellen (meer) produceert. De eicellen worden bij de donor verkregen met een follikelpunctie via de vagina en daarna kunstmatig (via IVF- of ICSI-techniek) bevrucht en bij de wensmoeder ingebracht. Om eicellen te kunnen doneren, moet de donor hormonen injecteren waardoor verschillende eicellen kunnen rijpen. Ook de wensmoeder krijgt hormonen om het baarmoederslijmvlies dikker te maken; hierdoor kan een embryo beter innestelen. Een eiceldonor is in Nederland bij voorkeur onder de 36 (maximaal 40 jaar) en heeft een voltooid gezin.

Tekst: Hester Zitvast. Om privacyredenen zijn de namen van Nicole, Robert en Boaz gefingeerd.