vrouw

Nicole: ‘Als er geen geld is voor warm eten, eten we brood met pindakaas’

Nicole (46) bleef na het onverwachts overlijden van haar man achter met een schuld. Ze moet met haar gezin, met 6 kinderen tussen 7 en 23 jaar, rondkomen van 100 euro per week. Ondanks dat ze 30 uur per week in de zorg werkt.

Nicole: “Pure pech, zo omschrijf ik mijn leven tot nu toe. Mijn eerste man overleed aan een hartinfarct. Ik was toen 32 en bleef achter met vier kinderen tussen de twee en tien jaar. Ik heb dat toen nog wel prima weten te redden, al was het bikkelen.
Niet lang erna ontmoette ik mijn tweede man Loek, met wie ik tien jaar samen ben geweest.  Met hem kreeg ik dochters Maud en Fay (nu negen en zeven). We hadden een gelukkig huwelijk. We werkten allebei, konden allemaal sporten en kleding kopen, maakten uitstapjes naar de dierentuin en het pretpark en gingen elk jaar op vakantie in een huisje in Nederland.
Alleen over geldzaken was Loek niet spraakzaam. Met name niet over zijn begrafenisverzekering. Zelf had ik dat keurig geregeld voor mezelf en de kinderen, maar hij was er vaag over. ‘Komt wel goed’ zei hij altijd. Dat herhaalde hij nog op zijn sterfbed. Maar het kwam niet goed.
In 2019 raakte Loek besmet met de staphylococcus bacterie en overleed binnen twee weken. Dat was niet alleen emotioneel een rollercoaster, maar ook financieel. Hij bleek dus helemaal niets te hebben geregeld, zo hoorde ik op de dag van zijn overlijden, noch een cent gespaard. De kosten voor zijn uitvaart en kist, zo’n 15.000 euro kwamen allemaal op mijn bordje. Had het alleen aan mij gelegen, had ik misschien nog kunnen kiezen voor een simpel afscheid, maar de meisjes wilden graag een graf om te bezoeken. Wel koos ik ervoor om pertinent te vragen géén bloemen te sturen, maar bij de condoleance een donatie te geven als tegemoetkoming in de begrafeniskosten. Daar werd ruim gehoor aan gegeven. Uiteindelijk hield ik een schuld over van 8000 euro, die ik meteen moest aflossen.
Eerst dacht ik dat het misschien nog wel te doen was, het bedrag aan aflossing viel mee. En ik heb een baan van 30 uur en krijg kinderbijslag (alleen voor de kinderen onder de 18 jaar) en alleenstaande oudertoeslag. Maar alles bij elkaar opgeteld hield ik aan het eind van de balans precies 100 euro per week over. Voor eten, drinken, drogisterij-artikelen en kleding. Niet te doen met zeven man.”

Pastatrauma

“In Nederland is alles goed geregeld. Tenminste, dat dácht ik altijd. Maar als je niet in het juiste hokje past, heb je nergens recht op. In mijn geval niet eens op hulp van de Voedselbank. Dat was alleen voor mensen met een uitkering, zo werd me bij de gemeente verteld. Niet voor iemand die werkte, boven het minimumloon verdiende en een eigen koopwoning had.
Maar mijn salaris was niet genoeg om een schuld én alle vaste lasten te betalen. Ik legde hen uit dat ik maar 100 euro voor zeven man in de week had en dat ik in een huurwoning twee keer zoveel zou moeten gaan betalen voor minder huis. Voor een aftands flatje in de buurt vragen ze alleen al 800 euro huur. Dat zou ik nooit kunnen betalen. Maar ik werd niet gehoord. Mijn oudste twee zoons moesten maar een bijbaan zoeken en mij helpen, werd er doodleuk bij de gemeente gezegd. Of nog erger: ‘Jij hebt toch zelf gekozen voor zes kinderen?’.
Die eerste anderhalf jaar heb ik geploeterd, gevochten en gestreden. Regelmatig had ik geen geld voor verse groenten. Soms niet eens voor warm eten. Dan namen we ’s avonds boterhammen met hagelslag, chocopasta of pindakaas. Zelfs kaas en worst kon ik me niet veroorloven.
Ons menu was verder karig. Een keer pannenkoeken, een keer patat met frikadellen – hadden we tenminste iets van vlees. Ongezond eten is toch vaak het goedkoopst. Groenten en fruit zijn duur: een kilozak patat heb je al voor een euro. En extreem vaak aten we macaroni. Mijn oudsten hebben inmiddels echt een pastatrauma. Als iemand ons wilde helpen, gaven ze vaak een pak spaghetti en pot saus cadeau. Super lief. Maar de oudste vier kunnen geen macaroni meer zien.
Gelukkig heb ik veel hartelijke mensen om me heen, vriendinnen, die ons af en toe trakteerden op een tasje levensmiddelen. In het begin durfde ik niet expliciet te vragen om een zak aardappelen of pak rijst. Kwamen ze aan met een pak koekjes of chips. Lief, maar daar konden we geen maaltijd van maken.
Van nature ben ik heel blij en positief en denk ik in oplossingen, maar op brood met pindakaas-avonden, zakte de moed me in de schoenen. Je gezin moeten voeden met boterhammen is gewoon niet wat je als moeder wil. Zeker niet als je zelf dertig uur werkt in de week en buiten je schuld om in de financiële problemen terecht bent gekomen.”

Schoenen zijn duur

“Bij toeval leerde ik anderhalf jaar geleden een andere weduwe kennen en zij vertelde me over een stichting voor mensen die overal buiten vallen. Ik heb dezelfde dag gebeld en mijn situatie uitgelegd. Ze vonden het schandalig dat de gemeente me niet hielp. Van hen krijgen we nu elke maandag een gevuld pakket. Daarin zitten verse groenten, fruit, aardappelen, rijst, wat houdbaar spul en een diepvriestas met vlees, goed voor vier dagen. Ik kan daar creatief mee omgaan, dus meestal doen we daar een week van. Is er een kinderverjaardag, dan krijg je een extra pakket met een pak cakemeel, dure aanmaaklimonade en een klein cadeautje. Dat is ontzettend fijn.
Maar het is nog steeds puzzelen en rekenen. Ik doe boodschappen op het tijdstip dat ze bij onze supermarkt spullen afprijzen, hoe later, hoe meer korting. Ik ben een kei in het uitspitten van de folders en dol op 1+1 gratis. Voor kleding gaan we naar de kringloopwinkel en een buurvrouw heeft dochters die iets ouder zijn dan mijn jongsten. Zij zijn heel dankbaar voor hun afdankertjes.
In het voorjaar koop ik stapels teenslippers bij de Zeeman, dan zijn ze maar een euro. Blij dat ik zo goedkoop schoeisel voor de kinderen heb. In het najaar en de winter is het veel  lastiger. Laatst zag Mexx (nu vijftien) prachtige laarzen. Ze wilde ze heel graag hebben, maar ze kostten 125 euro. Dat is uiteraard geen optie. Gelukkig vonden we een paar voor 25 euro die ze ook mooi vond.
Wat dat betreft tref ik het met mijn kinderen. Normaal geef je oudere kinderen kleedgeld, maar mijn oudsten betalen het zelf, van hun bijbaantjes. Ik kan hooguit 5 euro bijdragen. Ze hoeven niet per se de laatste mode te hebben. Mijn kinderen zeuren niet om iPads, mobiele telefoons of Playstations. Zelfs niet om cola, drinken zonder problemen thee, water of aanmaaklimonade. En Fay en Maud zijn dolblij als ze iets mogen uitzoeken uit de weggeefwinkel op woensdagmiddag.
Voor mezelf heb ik al drie jaar helemaal niks meer gekocht. Ik heb nog kleding uit de tijd dat mijn man nog leefde en ik krijg af en toe iets van een vriendin toegeschoven. Ik zorg dat ik er nooit armoedig, maar verzorgd uitzie met make up op. Maar schoenen voor mezelf koop ik amper. Alleen als ze ernstig afgeprijsd zijn. Mijn werkschoenen zijn nu versleten, dus heb ik een uitdaging. Voorlopig lap ik ze maar een beetje op.”

Sterke vrouw

“Als je me ziet, denk je: die kan de wereld aan. Maar dat is een masker. Overdag houd ik me staande, maar ’s avonds en ’s nachts pieker ik en lig ik wakker. Sinds 1 januari zijn alle prijzen weer verhoogd. Sommige levensmiddelen zijn schofterig duur geworden, hetzelfde product kost 10 of zelfs 19 procent meer. Ik ben nu doodsbang voor de komende gasrekening. We douchen allemaal al minimaal – hooguit twee maal per week –  en nooit lang. Maar mijn wasmachine draait elke dag, soms twee keer. En ik weiger kou te lijden. ’s Avonds doe ik toch even de kachel aan, maar dan op 19 in plaats van 21 graden. Nu maar hopen dat de rekening meevalt, anders heb ik er een probleem bij.
Vorig jaar hebben we als gezin via Kinderhulp een filmpje gemaakt over stille armoede. Collega’s en mensen in mijn omgeving die dat filmpje van ons gezin zagen, snapten er niks van. Hoe kon ik geen geld hebben voor warme winterjassen? Voor warm eten? Sinds die video krijgen we meer steun en begrip. Een kratje boodschappen. Kleding. Deze zomer werden de jongsten uitgenodigd mee te gaan naar een pretpark. Laatst kreeg ik een mand met daarin vijftien gloednieuwe kinderportemonneetjes. Die heb ik weggeborgen voor partijtjes. Vooral Fay is een populair meisje, ze wordt vaak op feestjes uitgenodigd. Maar ik heb niet altijd geld om een presentje te kopen. Meestal verzamel ik door het jaar heen spulletjes uit de opruimbak of die ik krijg, om zoiets te kunnen weggeven bij een kinderverjaardag. Fijn dat die nu weer ruim is gevuld. Het ergste is als je je kind niet kan laten gaan, vanwege geldproblemen.
Met een beetje geluk ben ik over vier jaar van mijn schuld af.  Dat scheelt me misschien net maar 25 euro per maand, maar toch, alle beetjes helpen. Tegen die tijd zijn er vast ook al wat kinderen uit huis. Dat geeft me wat meer ruimte. Het zou alleen al fijn zijn als ik me geen zorgen meer hoef te maken over basisbehoeften of een wasmachine die stuk kan gaan.”

Klein geluk

“Voor rouwen om Loek heb ik nog geen tijd gehad. Ik ben acuut in de overlevingsstand gesprongen en voor het gezin gaan zorgen. Pas sinds afgelopen december volg ik eens per twee weken speciale therapie, om het allemaal een beetje te verwerken. Daar ben ik blij mee.
Ik krijg veel steun van vriendinnen, maar mijn eigen ouders hebben me in de steek gelaten. Met hen heb ik pas gebroken, dat kostte alleen maar negatieve energie. Ik ben ook mensen kwijtgeraakt die niet wisten hoe met mij om te gaan. Twee echtgenoten overleden. Schulden. Armoede. Het is beide een taboe.
Soms hoor ik collega’s klagen over de lockdown: ze kunnen niet meer uit eten of naar een pretpark. Dan ben ik dankbaar dat wij zo blij zijn met kleine dingen. Op de fiets een rondje speeltuin doen in de stad. Het gratis voedselpakket geeft lucht, daardoor is er ook ruimte een keer iets luxer te eten. Er zat maandag een pot ijs van Ben & Jerry’s in, daar hebben we echt van gesmuld. En toen Zed op zijn verjaardag zei dat hij zo’n zin had in een schnitzel, kon ik dat van ons weekbudget halen. We konden laatst zelfs een keer spare ribs kopen in de supermarkt.
Mocht ik ooit de loterij winnen, dan droom ik van ooit eens Thuisbezorgd kunnen bestellen en niet hoeven na te denken als ik cadeaus wil kopen. Ik heb geen gigawensen, maar een keer winkelen zonder op prijskaartjes te letten, lijkt me geweldig. Gewoon betalen zonder dat ik weet wat iets kost. Maar geld maakt niet gelukkig. Liefde wel. Ik heb een fantastisch gezin. We hebben het onderling goed en gezellig. We doen spelletjes en kijken tv. Ik ben blij met mijn therapie en geniet ervan een keer koffie te drinken bij een vriendin. Als ik iets heb geleerd van twee overleden echtgenoten, is het dat het in het leven draait om zulke kleine geluksmomenten. Je kunt écht morgen zomaar dood zijn.”

Tip van de redactie

Wil je graag je financiën op orde hebben? Dit boek helpt je bij het organiseren en registreren van jouw spaartegoeden. Voor meer informatie klik op onderstaande button.

Tekst: Joan Makenbach. Om privacyredenen zijn alle namen veranderd, De echte namen zijn bekend bij de redactie.​​​​​​

Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.