Cindy’s ongeboren zoon nam voor zijn overlijden afscheid in een droom
7 december 2023
Soms gebeuren er dingen die je niet kunt verklaren. Cindy (46) kan erover meepraten. Nadat ze in 2010 zwanger werd van haar derde kind, droomde ze regelmatig over haar toekomstige zoon. Ze keek ontzettend uit naar zijn komst, maar rond de dertigste zwangerschapsweek had ze opeens een droom dat haar zoon afscheid van haar nam. Iets wat later ook gebeurde…
Cindy: “Tijdens de zwangerschap van mijn zoon Finn droomde ik veel. Ook zag ik vaak een jongen voor me op de momenten dat ik me tussen slapen en ontwaken bevond. Hij was een jaar of achttien en had net als ik bruin haar en mooie blauwe ogen. Op zulke momenten wist ik nooit wie hij precies was. En zodra ik mijn ogen opende, was hij ook weer weg. Ik wist dus niet zo goed wat ik ermee moest en ondertussen begonnen mijn dromen steeds duidelijker en heftiger te worden. Zo droomde ik drie nachten achter elkaar dat mijn kindje dood werd geboren. Vandaar dat ik me grote zorgen maakte. Wat als er in het echt ook iets met mijn baby aan de hand was?”
Geen zorgen
“Voor de zekerheid besprak ik het met mijn verloskundige. Ik vertelde haar dat ik een naar gevoel over mijn dromen had, maar volgens haar was er geen enkele reden om ongerust te zijn. Mijn baby groeide goed en de zwangerschap verliep prima. Ze vond het dus niet nodig om mij door te sturen voor een extra echo.”
Terug
“Vervolgens droomde ik ongeveer tien weken voor de uitgerekende datum over de jongen die ik eerder voor me had gezien. Hij zei: ‘Mam, ik moet terug’ en ik wist meteen dat hij het kindje in mijn buik was. Ook begreep ik direct wat hij bedoelde met ‘teruggaan’. Ik weet niet hoe, maar in de droom was het mij heel duidelijk dat hij hiermee de plek bedoelde waar je na je overlijden en voor je geboorte verblijft.
‘Nee’, zei ik daarom stellig. ‘Jij gaat niet weg. Jij gaat hier geboren worden en je blijft bij mij.’
Zonder nog iets te zeggen, nam hij mij mee naar ‘zijn wereld’. Dit klinkt misschien een beetje vaag, maar het was echt zo’n droom waarin je je steeds ergens anders bevindt. En dus stond ik ineens samen met de jongen bij een weg. In de verte zag ik een jong, blond meisje met twee staartjes. Ze keek naar mij en opeens verdween ze weer. Daarna werd ik wakker.”
Niks aan de hand
“Verward dacht ik na over de droom. Het was raar en onverklaarbaar, maar ik voelde aan alles dat er iets niet goed zat. Er was wat aan de hand met mijn ongeboren kind, hoewel ik niet kon zeggen wat.
Opnieuw meldde ik me daarom voor een controle, maar de verloskundige bleef herhalen dat alles goed ging met mijn baby. Voor mijn eigen gemoedsrust wilde ze wel even naar het hartje luisteren, maar volgens haar klonk ook dat perfect.”
Voorgevoel
“In de weken daarna was ik er niet gerust op. Toch wist ik niet zo goed wat ik verder nog kon doen. Ik had al twee keer aangegeven dat ik me zorgen maakte, maar dat werd niet serieus genomen. Daarom hoopte ik dat de verloskundige gelijk had, maar ergens wist ik: dit loopt verkeerd af.”
Geen hartslag
“Een week na de uitgerekende datum was ik nog steeds zwanger. Vandaar dat ik werd overgedragen aan het ziekenhuis en met 41 weken kreeg ik een CTG-scan om de hartslag van mijn zoontje in kaart te brengen. En hoewel er na het plaatsen van de dopplers een snelle hartslag te horen was, ontstond er opeens paniek bij de gynaecoloog. Het bleek dat het mijn eigen hartslag was die we hoorden, niet die van de baby. Zijn hartslag kon de gynaecoloog niet vinden.”
Overleden
“Dit is het, dacht ik in paniek. Dit is het moment waarop ik de bevestiging krijg dat mijn kindje niet meer leeft. Veel tijd om erover na te denken, kreeg ik alleen niet, want ik moest meteen mee naar een andere kamer om meer onderzoek te doen. En helaas volgde daar het slechte nieuws waar ik al die tijd zo bang voor was geweest. Mijn baby leefde niet meer, hij was overleden in mijn buik. Later bleek dat een verkleefde knoop in de navelstreng de oorzaak was. Finns navelstreng was absurd lang geweest. Of de knoop voorkomen had kunnen worden, wist niemand.”
Afscheid
“Het was de ergste pijn die ik ooit had gevoeld. Woedend vroeg ik waarom er niemand naar mij had geluisterd. Ik wist dat het niet goed zat en had het zo vaak aangekaart.
Het erge was dat ik daarna nog moest bevallen van Finn. Ik had al twee kinderen en wist dus hoe een bevalling verliep, maar niks kon mij voorbereiden op het baren van een overleden kind. Het was hartverscheurend.”
Gynaecoloog
“Na de bevalling van Finn volgde een nagesprek met de gynaecoloog. Terwijl ik hem vertelde dat ik door mijn droom al wist dat Finn zou overlijden, zag ik hem knikken. Hij hoorde het aan, maar ik kon niet zo goed peilen wat hij ervan vond.
‘Let maar op’, zei ik tegen hem toen ik aan het meisje met de staartjes in mijn droom dacht. ‘Ik zie u over een jaar weer terug en dan beval ik van een dochter.’ Verbaasd keek de arts me aan. ‘Wilt u dan nog een kind?’ vroeg hij. Maar zo zat het nog niet eens. Ik was eerder als de dood dat ik met een nieuwe zwangerschap weer een kind zou verliezen. Toch voelde ik diep in mijn hart dat het meisje dat ik in mijn droom had gezien mijn toekomstige dochter was. Zij wilde ook via mij geboren worden en zou bij mij blijven leven. Het was zo’n sterk gevoel dat ik er geen seconde aan twijfelde. Het ging gebeuren, of ik het nou wilde of niet.”
Dochter
“De gynaecoloog wist niet echt hoe hij moest reageren. Hij zei iets dat hij het wel vaker tegenkwam dat moeders van een overleden kind troost vonden bij een bepaald geloof. Prima, dacht ik. We zouden het zien.
En inderdaad, een maand na Finns overlijden werd ik opnieuw zwanger. Het was een meisje en nadat ze helemaal gezond ter wereld kwam, noemden we haar Yara. Het bijzondere was dat ze heel veel op het meisje uit mijn droom leek. Net als zij had ze blond haar en toen ze een peutertje was, droeg ze vaak haar haar in twee staartjes.
De gynaecoloog stond wel even te kijken toen hij haar als pasgeboren baby zag (iemand anders begeleidde mijn bevalling). ‘Ik zei het toch’, zei ik. Hij ging er niet op in, maar ik had wel het idee dat de gynaecoloog precies wist waar ik het over had.”
Samen
“Waarom Finn ‘terug’ moest gaan, weet ik niet. Misschien was hij nog niet klaar voor een leven hier op aarde? Of misschien was alleen het ervaren van onvoorwaardelijke liefde in mijn buik voldoende voor hem? Ik denk dat ik hier pas antwoorden op krijg als ik zelf overlijd en ‘overga’, maar wat ik wel weet, is dat Finn samen met mijn vader mij na mijn dood zal opwachten. Mijn vader overleed elf jaar na Finn en toen we met de familie zijn as uitstrooiden, zag ik ze samen lachend naar mij kijken. Een heel mooie troost, vond ik. Ze waren in ieder geval bij elkaar.”
Tekst: Renée Brouwer
Foto: Getty Images
Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.