Ontwerp Zonder Titel 2024 12 19t120018.847

Gemis tijdens de feestdagen: hoe ga je daarmee om?

Het mag dan ‘the most wonderful time of the year’ zijn, als je een dierbare mist, kan het ook zomaar de meest pijnlijke tijd van het jaar zijn. Het gemis kan extra intens voelen. Hoe ga je daarmee om, vraagt redacteur en ervaringsdeskundige Marianne zich af.

Het is 4 februari, 2010. Echt zo’n grauwe, saaie dag. Zelf merk ik daar niet veel van, want ik ben aan het werk in de plaatselijke boekhandel. Vlak voor sluitingstijd gaat mijn telefoon. In mijn scherm zie ik ‘mama mobiel’ staan. Een beetje geïrriteerd druk ik haar weg. Ze wéét toch dat ik aan het werk ben? Mijn telefoon piept, een melding van mijn voicemail. Even later luister ik de voicemail. Onhandig sta ik met mijn telefoon tussen mijn oor en schouder geklemd, terwijl ik de winkeldeur probeer
af te sluiten. Mijn moeders stem klinkt klein en zacht, alsof ze net gehuild heeft. “Kun je me bellen zodra je dit hoort Marianne, het is niet goed…” Van schrik laat ik de sleutels uit mijn handen vallen, ik krijg het warm en koud tegelijk. Bellen? Welnee, ik spring meteen op de fiets en rijd naar mijn ouders.
Op 4 februari 2010 kreeg mijn moeder te horen dat ze longkanker had. En dat ze nog drie, maximaal vier maanden te leven had. Mijn wereld stortte in. Mijn moeder kón gewoon niet doodgaan. De eerste dagen na het slechte nieuws heb
ik alleen maar hysterisch gehuild. Mijn moeder was mijn alles. Mijn mijn rots in de branding, mijn shopmaatje en zonvakantiebuddy, degene die áltijd trots op me was en treeën aan verse, Hollandse aardbeien voor me regelde toen ik eindexamen deed. Want die vindt ze zo lekker. Uiteindelijk heeft mijn moeder nog negen maanden geleefd, omdat ze zo vreselijk eigenwijs was en per se nog de zomer wilde meemaken. Ze overleed op 3 november 2010, dus vlak voor de feestdagen. De eerste feestdagen zonder mijn moeder vergeet ik nooit meer. Waar ik altijd genoot van de gezelligheid, de lichtjes en het lekkere eten, kon het me nu gestolen worden. Alles deed pijn. De boom opzetten. De kerst­sterren van vroeger ophangen en een mooie jurk uitzoeken. Dat deden we altijd samen, al 27 jaar. Het liefst wilde ik onder een dekbed kruipen en er pas 2 januari weer onder vandaan komen. Het voelde alsof ik een matige actrice was in een slechte B-film. Zou ik me ooit weer goed voelen? Weer uitbundig kunnen lachen met de feestdagen? Ik kon het me niet voorstellen.
Inmiddels zijn we al veertien jaar verder. En weet ik dat lachen tijdens de feestdagen absoluut mogelijk is. Alleen is het ernaar uitkijken nooit meer teruggekomen. Rouw is iets heel raars, het kan je ineens weer grijpen. Je hebt levenslang met rouw. Ik typ dit nu snikkend, met een stekende pijn in mijn hart. En gisteren nog, schoot ik vol terwijl ik naar mijn gouden engeltjesmobiel zat te staren. Je weet wel, zo een die draait als je de kaarsjes aansteekt. Die had mama ook altijd. Als de engeltjes op tafel kwamen, was het feest.

Samen zijn

Rouwtherapeut Loes van Heijningen weet als geen ander wat rouw is. Zelf verloor zij drie dierbaren in de vliegtuigcrash van MH17 op 17 juli 2014. In haar dagelijkse praktijk begeleidt Loes mensen bij het verwerken van een verlies. “Velen ervaren het verlies van een dierbare extra intens met de feestdagen. Dat komt doordat we generatie op generatie aan elkaar hebben doorgegeven dat we tijdens de feestdagen gezellig samen moeten zijn. Het feit dat iemand er niet meer is, wordt alleen maar zwaarder door deze overtuiging. Daarom zien veel mensen die een dierbare hebben verloren op tegen de feestdagen. Heel erg belangrijk bij een rouwproces is dat je aangeeft wat jij nodig hebt. Vaak durven mensen dat niet. Dan hebben ze het gevoel dat de omgeving denkt: daar heb je die zielige weduwe weer. Maar het tegenovergestelde is waar. De afwezigheid van de overleden dierbare en jouw verdriet is voor iedereen voelbaar. Juist door het te benoemen, voorkom je dat men zich ongemakkelijk voelt en er niet over durft te beginnen.”
Mariëlle (43) verloor nu vijf jaar geleden haar hartsvriendin Heln. Mariëlle: “Ik heb altijd al een haat-liefdeverhouding gehad met de feestdagen. Ik heb het nodige in mijn familie meegemaakt, daarom zijn de feestdagen beladen. Aan de andere kant voelde ik ook een soort verwachtingsvolle magie met al die lichtjes en knussigheid. Ik vierde nooit samen kerst met Heln, maar we stuurden elkaar altijd wel een appje. Even kijken hoe het is, wat je gaat doen en hebt gegeten. Toen Heln overleed, hoefde het van mij allemaal niet meer, die feestdagen. Sowieso kwam haar eerste sterfdag eraan in januari, iets waar ik tegenop zag. Het gevoel een beetje gezellig kerst te gaan vieren, terwijl zij er niet meer was? Het voelde gewoon niet goed. De tweede kerst nadat Heln overleden was, had ik nog steeds geen zin om gezellig te doen. Toen ik het verlies van Heln noemde als een van de redenen, kreeg ik de reactie: ‘Zit je daar nog steeds mee? Dat is toch al best lang geleden?’ Bij rouw kun je niet ineens een knop omzetten: zo, nu is het over. Het feit dat mijn omgeving daar zo overheen stapt, vind ik lastig. Op zo’n moment zeg ik tegen mezelf dat niemand weet hoe ik me voel en dat dat ook niet hoeft. Als ík maar weet hoe ik me voel. En als ík mijn eigen verdriet maar erken. Begin dit jaar is mijn dierbare vriend Anthony ook nog overleden. Hij had een aorta-aneurysma en was in één klap weg. En dat terwijl zijn vriendin op dat moment 36 weken zwanger was. Deze gebeurtenis bracht me opnieuw in een rouwproces.
Toch brengt verlies ook mooie dingen. Het zet het leven zó op scherp. Ik weet nu nog beter dan voorheen wat ik belangrijk vind en durf daar vol voor te gaan. De band met zijn vriendin is heel sterk geworden. Drie weken na het overlijden van Anthony is ze bevallen van een fantastisch kindje. Ik ben zó gek op die baby. Het proces is wonderlijk maar ook confronterend, verschrikkelijk en liefdevol tegelijk. Wat rouw met me doet? Het doet zo veel… Soms kom ik terecht in een diepe leegte in mezelf, een soort vacuüm. Je moet die leegte dan zelf vullen, dat kan niemand anders voor je doen. Daar kan ik ontzettend veel kracht uit halen. Als er iets is wat het verlies van mijn lieve vrienden me heeft geleerd, is het wel: vier het leven.”

Mijn rots

Jasper, de grote liefde van Nathalie (54), overleed 23 jaar geleden plotseling. Ze hadden net samen een huis gekocht. Nathalie: “Ik was op de basisschool al verliefd op Jasper. En, zo hoorde ik later, hij ook op mij. Uiteindelijk kwamen we bij elkaar toen ik net dertig was. Ik zat midden in een wilde periode en wist nog helemáál niet zeker of ik dat wel wilde, zo samen in een relatie. Maar Jasper was mijn rots, hij had zoiets van: laat haar maar even uitrazen, dat komt wel goed. En Jasper kreeg gelijk. Toen ik voelde hoe samenzijn met een man óók kon zijn – rustig, verbonden, liefdevol, levendig én veilig – was ik verkocht. In totaal zijn we anderhalf jaar samen geweest. Misschien zeg je: ‘Maar dat is toch helemaal niet zo lang?’ Het voelt wel als een heel leven. We hebben zó veel gedaan samen en waren zó intens gelukkig, dat draag ik de rest van mijn leven in mijn hart. Jasper overleed midden in de zomer aan een hartstilstand, twee weken voor onze verhuizing. Het verlies was te groot voor me, ik heb inwendig een knop omgezet om door die periode heen te komen. Ik moest door, er stond ook gewoon nog een verhuizing op de planning. Na een jaar kwam het verlies pas écht binnen. Toen ben ik bij een rouwverwerkingsgroep gegaan en heb ik mijn verdriet stap voor stap een plek kunnen geven. Het is niet zo dat ik het ‘extra’ moeilijk heb met de feestdagen. Ik mis Jasper elke dag. Hij is ook nooit ver weg. Soms als ik echt een rotdag heb, ren ik naar boven naar de kledingkast waar zijn kleren nog hangen. Dan trek ik zijn lievelingstrui aan en plof ik op bed. Zo in zijn lievelingstrui voel ik zijn aanwezigheid nog sterker en word ik vervolgens helemaal rustig. En nee, mijn
omgeving snapt dit niet. Een jaar na zijn overlijden vroeg iemand me: ‘Denk je nog weleens aan Jasper?’ Eh? Of ik nog weleens aan hem denk? Wat denk je zelf! Ik heb al zo vaak gehoord dat ik hem los moet laten, maar dat wil ik niet. Jasper blijft altijd mijn anker, wat een ander daar ook van vindt.
Natuurlijk leid ik gewoon mijn leven en ja, er zijn ook echt wel andere partners geweest. Of er ook mooie dingen zijn aan rouw? Ik denk dat het me in de eerste plaats zachter heeft gemaakt; ik kon vroeger best een harde tante zijn. Ook ben ik dankbaar dat ik zo’n diep gevoel van liefde voor iemand heb mogen ervaren. Liever anderhalf jaar samen echt zielsgelukkig zijn, dan een leven lang het gevoel te hebben: het moet maar met jou.”

Geen einddatum

Het getuigt van innerlijke kracht als je een verlies kunt omzetten naar iets moois. Maar wat als dat nu helemaal niet lukt? Als je gewoon hopeloos vastloopt in je eigen verdriet? Rouwtherapeut Loes vertelt: “Het helpt als je vooraf een plan maakt voor de feestdagen. Bijvoorbeeld door voor jezelf op een rijtje te zetten waar je blij van wordt. Misschien word jij wel zen van lekker wandelen in de natuur, je gevoelens op papier zetten of word je vrolijk van lekker dansen. Als je je dan rot voelt, kijk je op je lijstje wat je kunt doen. Ook raad ik aan om iemand in je omgeving te hebben die je altijd kunt bellen. Het uitdagende met rouw is dat waar je behoefte aan hebt, met de minuut kan wisselen. Gun jezelf die ruimte. Jij mag rouwen zoals jij dat wilt. En de laatste tip: praat erover met een professional. Rouw is een van de meest intense en dynamische processen waar je als mens doorheen gaat. Om hulp durven vragen, is een cadeau aan jezelf. Nu, over een maand of over tien jaar. Rouw kent namelijk geen einddatum.”

Tekst: Marianne ter Mors
Foto: Getty Images

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.

LEES OOK

Lees meer Persoonlijke verhalen