Daisy doneerde haar eicellen aan haar zus Tamara
23 december 2024
Zussen Daisy (38, leerkracht basisonderwijs) en Tamara (32, pedagogisch medewerker) hebben sinds een paar jaar een sterke band met elkaar en dat heeft een bijzondere reden. Daisy doneerde haar eicellen aan Tamara. “Toen ik Mick voor het eerst vasthield, zag ik mijn neefje, niet mijn biologische kind.”
Tamara: “Eind 2015 waren mijn man Patrick (35) en ik er klaar voor: we wilden graag een kind. Maar ik werd maar niet zwanger. ‘Je bent nog zo jong, maak je niet druk’, was de reactie van de artsen. Ik was inderdaad jong, maar dan heb je toch net zoveel recht op hulp als een vrouw die op latere leeftijd niet zwanger kan worden? Ik bleek uiteindelijk endometriose te hebben. Daar had ik een collega voor nodig die mijn klachten herkende. Zowel mijn huisarts en de gynaecoloog hadden de diagnose niet gesteld. Mijn menstruatie verliep al lang vrij heftig, maar er werd altijd gezegd dat dat er nou eenmaal bij hoorde. Ik ben iemand die aanneemt wat artsen zeggen, zij hebben er immers voor geleerd. Op natuurlijke wijze zwanger worden zou voor mij lastig worden.
Mijn kinderwens beheerste mijn leven; ik was er elke dag mee bezig. De één na de ander in onze vriendengroep werd zwanger. En ook mijn zus Daisy werd moeder. Bij de geboorte van mijn neefje Raff (9) viel het nog mee met mijn verdriet. Toen ze zwanger was van Jaxx (6) was het fijn dat ze mij echt bewust apart nam om het te vertellen.”
Daisy: “Ik vond het zo naar voor Tamara. Al snel wist ik dat, mocht het nou echt niet lukken, ik haar zou helpen. Tamara wilde het complete plaatje. Het ging haar niet alleen om het krijgen van een kind, Tamara wilde ook zwanger zijn en bevallen. Met mijn man Stefan (36) besprak ik de optie mijn eicellen aan haar te doneren. Daar hoefde hij niet over na te denken. Het was een volmondig: JA. We bespraken dat nog niet met Tamara. Zij zou een operatie ondergaan om haar eileiders door te laten spuiten en een cyste te laten verwijderen. Het leverde echter niet het gewenste resultaat op, net als het daaropvolgende IVF-traject.”
Het antwoord is ja
Tamara: “Onze kinderwens was zo groot, ik was inmiddels wanhopig. We overwogen de optie van eiceldonatie in Spanje. Of anders Daisy om hulp te vragen. Ik vond dat laatste lastig. Ik wilde Daisy de pijn van de puncties niet aandoen. Ik wist uit ervaring hoe heftig dat was, de eerste keer heb ik ondanks het roesje liggen gillen als een speenvarken. Maar ook emotioneel vond ik het ingewikkeld. Moest ik haar dan voor eeuwig dankbaar blijven? Je vraagt nogal wat van iemand. En niet alleen van Daisy, ook van Stefan.
Daisy en ik schelen zeven jaar. Een echt hechte band hadden we daardoor als kinderen niet, dat kwam pas nadat zij het huis uitging. ‘Als je mij nodig hebt, vraag het’, had ze weleens gezegd. Patrick en ik besloten uiteindelijk toch met haar te gaan praten. Ze hoefde geen ja te zeggen, dat zouden we in het gesprek met klem benadrukken.”
Daisy: “Ik weet nog goed dat Tamara op een avond opbelde; dat deed ze vrijwel nooit. ‘Mogen wij misschien zo even een bakkie komen doen?’ vroeg ze. Ik wist meteen waar het om ging. Naar Stefan sprak ik mijn vermoedens hardop uit. ‘We hebben een bijzondere vraag…’, begon Tamara, toen ze er waren. Ik onderbrak haar. ‘Wat je ook vraagt, het antwoord is ja’, zei ik. Ons gezin was toch compleet. Die avond besloten we dat ik het zou gaan doen. Ik zou mijn eicellen aan mijn zus doneren.”
Last van mijn schouders
Tamara: “Er viel een enorme last van mijn schouders. De hoop die ik al een tijdje kwijt was, kwam terug. Verzekeringstechnisch moesten we nog een laatste IVF-poging proberen. Oneerlijk vond ik dat. Ik wist dat het weer niet zou lukken, we wilden die teleurstelling niet nog eens. Maar het moest. Ik onderging opnieuw twee operaties en zat er inmiddels echt doorheen. Uit de terugplaatsingen kwam weer geen zwangerschap. Het was daarmee echt klaar. We startten het traject voor eiceldonatie. Daisy was door de kliniek na diverse lichamelijke en psychische onderzoeken goedgekeurd. De punctie was goed te doen, bij haar sloeg de pijnstilling goed aan. De eerste oogst was meteen een goede: veertien eicellen, waarvan er negen werden bevrucht met het zaad van Patrick. De eerste terugplaatsing was meteen raak. Patrick en ik hebben wel negen tests gedaan. We konden het niet geloven. Ik moest huilen en lachen tegelijk. Ik heb als een soort potloodventer een lange jas met daaronder een T-shirt met daarop ‘Hungry & Pregnant’ aangetrokken. Samen zijn we naar mijn zus gereden. We belden aan en Stefan deed open. Patrick en ik liepen naar binnen.”
Daisy: “Ik zat in overleg, met mijn laptop op tafel. Dat Stefan stil bleef toen er werd aangebeld, vond ik raar. ‘Ik log heel even uit’, liet ik mijn collega’s weten. Ik wist niet wat ik zag toen ze de kamer inkwamen. Ik sprong op en we vlogen elkaar in de armen. We hebben als twee kleine meisjes door de kamer gesprongen en nog een foto gemaakt van ons samen en Tamara in dat T-shirt. Tamara’s zwangerschap verliep vlekkeloos en dat was haar na zes jaar ellende ook zo gegund. Ik mocht van haar bij de bevalling zijn, maar ik kreeg corona. De eerste kennismaking met Mick vond plaats via het keukenraam. Het was geweldig ze zo met z’n drietjes te zien. Ik zag een gezin. Iedereen straalde. En toen ik Mick na een tijdje voor het eerst ook echt vast kon houden, zag ik mijn neefje. Het voelde niet anders. Hij voelde niet als mijn biologische kind, maar als familie.”
Tamara: “We hadden nog acht embryo’s in de vriezer liggen. Patrick en ik wilden toen Mick negen maanden oud was heel graag nog een kindje. Het was de eerste keer zo snel gegaan, dat we goede hoop hadden dat het een tweede keer ook wel zou lukken. Maar dit keer bleef er geen embryo zitten. ‘Shit, misschien blijft het dan toch bij één kind’, schoot het steeds vaker door mijn hoofd. Onbewust was ik aan het aftellen. Wat als de vriezer leeg zou zijn? Ik sprak mijn angst naar Daisy uit. Huilend had ik haar aan de telefoon: ‘Nog twee stuks en dan is het klaar. Stel dat die ook niet blijven zitten?’ zei ik. Dan doneer ik toch nog een keer’, zei Daisy. Ik vond het heel wat om dat weer van haar lijf te vragen, maar ze twijfelde echt niet. Ik voelde alle paniek verdwijnen. Bij de laatste terugplaatsing zagen we twee vruchtzakjes, maar ik kreeg een bloeding. Twee dagen voor kerst kreeg ik een miskraam. En dat was niet de eerste keer. Ik had al eerder een miskraam gehad toen we onderweg naar Frankrijk waren: onze allereerste vakantie met Mick samen. Die verliep daardoor totaal anders dan gehoopt. We zijn een week eerder naar huis gegaan.”
Alle embryo’s op
Daisy: “Toen alle embryo’s op waren, zijn we weer gestart met het traject. Alles ging dit keer veel sneller. In februari 2023 begon ik met medicatie, in april 2023 heb ik gedoneerd en dit keer kon de embryo vers worden teruggeplaatst, zonder eerst te zijn ingevroren. Het was opnieuw meteen raak. Een dag voor mijn verjaardag werd kleine Wess geboren.”
Tamara: “Mick is inmiddels drie, Wess een. Het is nog steeds zo bijzonder eindelijk dat gezin te hebben waar ik zo van droomde. Als ik naar mijn jongens kijk, kan ik alleen maar ontzettend dankbaar zijn. We zien best wat gelijkenissen in karakter tussen mijn jongens en de kinderen van Daisy. Ze hebben ook een goede band samen. Het is ergens alsof ze aanvoelen dat ze meer dan neefjes zijn. De kinderen van Daisy weten ervan. We hebben vanuit de kliniek een boekje gekregen, waarin het goed wordt uitgelegd. Mick vertellen we het nu ook voorzichtig. We willen er geen geheim van maken.”
Daisy: “Ik ben heel blij dat ik dit voor Tamara heb kunnen doen en ik zou het zo weer doen. Wat een fijne bijkomstigheid is, is dat onze band inmiddels superhecht is. We zien elkaar heel veel. Niet alleen met de kinderen erbij, we spreken ook samen af. Waar ik altijd een beetje een moederlijke rol in onze band heb vervuld, zijn we nu echt zussen. Het verschil in leeftijd voel ik niet meer zo.”
Tamara: “Voor onze moeder is het ook heel bijzonder wat er is gebeurd. ‘Jij hebt iets voor Tamara gedaan wat ik nooit had kunnen doen’, heeft ze Daisy gezegd. En Patricks moeder heeft een sieraad voor Daisy gekocht om haar te bedanken. ‘Alleen op deze manier kon ik oma worden’, zei ze. Je staat er niet zo bij stil, maar vruchtbaarheidsproblemen treffen niet alleen het stel dat zo graag een kind wil. Het treft ook de familie, opa’s en oma’s bijvoorbeeld.”
Daisy: “Mensen zeggen me vaak dat ze het knap vinden dat ik dit gedaan heb. Zo zie ik het niet. Het was voor mij volstrekt vanzelfsprekend. Voor Stefan ook trouwens. Ik heb afstand gedaan van mijn eicellen, lichamelijk en emotioneel. Tamara heeft Mick en Wess gedragen. Het zijn haar zoons. Doordat wij zussen zijn en dus deels dezelfde genen hebben, zitten ook Tamara’s genen deels in de kinderen. Dat had je met eiceldonatie door een onbekende niet gehad.”
Tamara: “Waar ik aanvankelijk bang voor was – dat voor mijn gevoel altijd maar ‘dankjewel’ zou moeten zeggen, is ook helemaal niet gebeurd. Ik kan het zwanger worden en nu het moeder-zijn echt los van elkaar zien. Ik ben ongelooflijk dankbaar, maar Daisy verlangt absoluut niet dat ik dat steeds zeg. Ze weet dat ik precies hetzelfde voor haar had gedaan. Het heeft een lange tijd geduurd, maar ik ben echt helemaal gelukkig nu. We hebben nog drie embryo’s in de vriezer liggen, wie weet gaan we ooit nog voor een derde. Ze liggen er toch… Maar voor mij ligt er geen druk meer op. Zo met z’n vieren voelt het ook al zo compleet. Ik geniet enorm van mijn jongens. Ik ben geen ochtendmens, maar elke ochtend word ik warm onthaald door Mick. ‘Hey mama!’ roept hij als hij mij ziet. En dat het dan kwart over zes is, neem ik maar voor lief. ‘Dat heeft ie van Daisy’, denk ik dan. Zij is ook zo’n vroege vogel.”
Tekst: hester zitvast
Foto: mariel kolmschot
Visagie: wilma scholte
Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.