Anouk: ‘Moeten we onze kinderen eigenlijk wel aanleren om ‘dank je wel’ te zeggen?’

Het is woensdagochtend als ik met Soof bij de bakker sta te wachten. Soof scharrelt wat rond en raakt aan de praat met een medewerker, die haar al snel vraagt of ze een stukje eierkoek wil.

Het is woensdagochtend als ik met Soof bij de bakker sta te wachten. Soof scharrelt wat rond en raakt aan de praat met een medewerker, die haar al snel vraagt of ze een stukje eierkoek wil.

Enthousiast knikt ze ja, draait zich naar mij om en roept: “Mama! Ik krijg een eierkoek!”. “Alsjeblieft!” zegt de mevrouw. En verwachtingsvol kijkt ze mijn net tweejarige peuter aan. Soof pakt de eierkoek met een grote grijns aan en eet ‘m op.

Die drie magische woorden

Je herkent het vast wel. Want die mevrouw staat natuurlijk te wachten op die drie magische woorden; ‘dank je wel’. Maar wat als die woorden niet vanzelf komen? Dan hoor je als ouder te gaan opvoeden. Dan moeten we onze kinderen dankbaarheid leren tonen. “Wat zeg je dan?” hoor je dan te vragen, om vervolgens met een dichtgeklapte peuter en staart tussen je benen zelf maar dank je wel te roepen.

Maar waarom?

Maar moeten we onze kinderen eigenlijk wel aanleren om ‘dank je wel’ te zeggen? En zo ja, waarom? Zijn we bang dat ze zichzelf nooit zullen aanleren om anderen te bedanken? Of is dit simpelweg ‘hoe het hoort’? Misschien wordt het wel als asociaal of onaangepast gezien als we het niet doen. Of is het simpelweg een automatisme.

Vaak zijn we als ouders gefocust op de korte termijn. We zijn bang dat onze kinderen niet dankbaar zijn omdat ze geen dank je wel zeggen. En het liefst willen we natuurlijk dat ze een beetje sociaal aangepast gedrag vertonen. Maar hoe effectief is die ‘wat zeg je dan’ eigenlijk? Je kind krijgt geen tijd en ruimte om vanuit zichzelf te reageren en slaat misschien juist alleen maar dicht.

Dankbaarheid voelen

Veel interessanter is het om te bedenken wat we op de langere termijn willen bereiken met onze kinderen. Waarschijnlijk wil je als ouder dat je kind dankbaarheid vóélt. Dat hij kan ervaren hoe het is om blij te zijn met iets dat een ander voor je doet. En dat hij vanuit dat gevoel de ander waardeert en vanuit zichzelf (en dus oprecht) zijn dankbaarheid uit. De vraag is dus; hebben we het geduld om onze kinderen dankbaarheid te laten voelen, zodat ze het uiteindelijk tonen?

Kinderen zijn van zichzelf behoorlijk sociale wezens. En daarbij zijn ze ook nog eens ontzettend leergierig. Als we ons dat écht realiseren, wordt de behoefte om sociaal aangepast gedrag te controleren en aan te leren vanzelf stukken minder. Dan vertrouw je er namelijk op dat je kind het zichzelf uiteindelijk wel aanleert.

Voorleven

Wij hebben Soof in de afgelopen 2,5 jaar nog nooit gedwongen om ‘dank je wel’ te zeggen. Wat we daarentegen wel doen is voorleven. En waarschijnlijk doet ieder gezin dat, bewust of onbewust. Je bedankt je partner als hij of zij wat te drinken voor je meeneemt uit de keuken. Je bedankt de cassiere bij het afrekenen en zo zijn er nog tientallen dagelijkse voorbeelden te bedenken waarin je -in het groot of klein- je dankbaarheid uit.

En hoewel Soof nog maar klein is, bedankt zij inmiddels uit zichzelf en helemaal spontaan wanneer zij een cadeautje krijgt van haar oma of wanneer ik haar een glas water breng als ze zit te tekenen. En dat doen zij niet omdat ik dat van haar vraag, of omdat wij dat haar zo hebben aangeleerd, maar gewoon omdat zij dat zo heeft opgepikt en langzaam steeds meer kan toepassen.

Geduld

Dat betekent natuurlijk niet dat zij in ieder gewenste situatie vanuit zichzelf ‘dank je wel’ roept, zoals bij de bakker. In dat geval bedank ik in plaats van haar. Of ik vraag haar zoiets simpels als; “Ben je er blij mee?”. Dan knikt ze meestal vrolijk en dat is dan haar manier om dankbaarheid te tonen. Zonder die woorden maar mét een grote glimlach en glinsteroogjes. En meer is er volgens mij niet nodig; voorleven, vertrouwen en een beetje geduld. Dan zie je die dankbaarheid vanzelf!

Over Anouk
Anouk is 27 jaar, getrouwd en ‘een beetje hippie’. Tenminste, zo wordt ze vaak genoemd door de mensen om haar heen. Dat vindt ze overigens helemaal niet vervelend, want hippies zijn vrij, ruimdenkend, liefdevol en misschien ook een tikkeltje maf. Iets waar ze zichzelf ook wel in herkent. Twee jaar geleden werd ze moeder van Soof en vanaf het allereerste moment vielen alle overtuigingen rondom opvoeden van haar af. Inmiddels is ze zwanger van haar tweede kindje. De kennis vanuit haar pedagogische studies en voorgenomen opvoedstijlen schoof ze aan de kant en ze besloot te varen op haar oerinstinct. Intuïtief, liefdevol en bewust is wat haar ouderschap kenmerkt. En omdat dat soms toch een beetje anders is dan anders en ze hier veel vragen over kreeg, besloot ze haar liefde voor schrijven te combineren met de liefde voor het hippieleven. Zo ontstond www.eenbeetjehippie.com.

Lees ook: 5x de fijnste boeken om voor te lezen volgens Anouk