Druk
11 november 2013
Angelique heeft op het moment geen baan, maar ‘werkloos’ kun je haar zeker niet noemen.
Angelique heeft op het moment geen baan, maar ‘werkloos’ kun je haar zeker niet noemen.
Wie zegt dat je het niet druk heb als je werkeloos bent, heeft het verschrikkelijk mis. Het lijkt wel alsof ik het alleen maar drukker heb gekregen! Niet alleen qua werkzaamheden – het huishouden runnen is echt een ondankbare dagtaak – maar zeker ook in mijn hoofd. De hele dag gaat het tekeer daarboven en ben ik bezig met lijstjes maken: Kyra naar school brengen, stofzuigen, dweilen, bedden verschonen, Kyra ophalen, lunchen, Kyra naar school brengen, boodschappen doen, Kyra ophalen, naar de bieb, eten koken, kinderen in bad, opruimen…en ga zo maar door. Geen wonder dat ik er hoofdpijn van krijg. De hele dag gaat dat door en het gevoel daarbij maakt het niet veel makkelijker. Want als je niets doet in je huis, voel je je daar schuldig over. Doe je niets met je kinderen; schuldgevoel. Ben je te laat op school; schuldgevoel. En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Het is een wirwar van gevoelens en door jezelf bepaalde deadlines die je wil behalen. Niet dat er iemand iets om geeft hoor, behalve ik zelf. Want als ik net de dweil door het huis heb gehaald, dan rent Sam er heerlijk overheen met zijn sokken en zijn auto’s. De pas gezogen gang ziet er – ondanks de vele schoenenkasten – dagelijks uit als een schoenenjungle en alles zit altijd vol met vette vingervlekken. ALTIJD!
Vroeger interesseerde het mij niet zo veel. Als Remy er een rotzooi van maakte, dan ging hij er zelf maar in zitten. Ik werkte ook, dus zijn rotzooi was zijn probleem. Maar hoe langer ik thuis zit, hoe meer ik mij ga gedragen als mijn moeder (sorry, mam). “Ruim eens op” is daarbij een veel voorkomende zin, die automatisch uit mijn mond komt als er rotzooi op de grond ligt of als de slaapkamers weer eens zijn ontploft. Ik word letterlijk moe van mijzelf! Ik kan intens genieten van mijn kinderen, van alle leuke dingen die we ondernemen en van het feit dat ze samen altijd heerlijk kunnen spelen, maar het woordje ‘opruimen’ kan het altijd weer flink verpesten.
Stiekem verlang ik wel weer naar een baan. Een baan waarbij je de hele dag aan niets anders denkt dan je werk en waar je tijdens de lunch even met zijn allen flink kan afgeven op alles wat er straks weer thuis op je staat te wachten. Alles wat je spontaan vergeet als je dan je kinderen van de crèche of van de naschoolse opvang haalt en ze je met dikke knuffels en kusjes begroeten. Maar voor nu ben ik nog thuis, want ondanks het vele solliciteren is het nog niet gelukt om die baan te krijgen.