Canva1 2024 06 14t124050.202

Demi is zwanger van… een drieling: ‘Flabbergasted was ik – én heel blij’

Demi (29) en Rob (31) zijn al jaren samen en al die tijd weten ze wat ze willen: huisje, boompje, beestje. Maar vruchtbaarheidsproblemen gooien roet in het eten. Ze gaan naar Cyprus voor een behandeling en met succes. In drievoud!

Demi: “Ik kan op de natuurlijke manier geen kinderen krijgen, dat wisten we al heel snel. In Nederland konden de artsen niets voor ons betekenen, gelukkig bood een kliniek op Cyprus wel mogelijkheden. Het behandelplan lag al klaar, maar toen kwam corona en mochten we niet reizen. Ik heb het daar heel moeilijk mee gehad, helemaal toen de grenzen weer opengingen, maar alleen in Cyprus dicht bleven. Rob en ik boekten een roadtrip naar Italië, even weg van alles. Bij thuiskomst kregen we het bericht dat we een dag later naar Cyprus konden. Ineens ging alles in sneltreinvaart. Nu komt het goed, dacht ik. We moesten ter plekke in quarantaine en zaten zo twaalf dagen opgesloten in onze hotelkamer. Er werden drie embryo’s teruggeplaatst en een week later mocht ik een test doen. Negatief. Voor mij voelde dat als een miskraam, ik was gebroken. De eerste maanden kon ik om alles huilen. In diezelfde periode overleden mijn oma en onze hond, het was echt een rotjaar. Het was mijn grootste angst kinderloos te blijven, maar door gesprekken met een therapeut leerde ik ook verder te kijken. Het leven is niet alleen maar leuk mét kinderen. Samen met Rob bedacht ik een alternatieve droom; een boerderij met dieren kopen. Ik wist niet of ik de teleurstelling van een tweede mislukte ivf-poging aan zou kunnen.”

Geen kans verspillen

“Rob gaf aan het nog maar één keer te willen proberen, ik vond dat lastig maar respecteerde zijn keuze. Het gaf veel druk, dat nu of nooit-gevoel. We konden het aan door de gedachte aan die boerderij, die andere droom. In juni 2023 gingen we opnieuw naar Cyprus. Deze keer was er geen corona. Alles voelde relaxter, het was net een vakantie. We hebben gezwommen, lekker gegeten en genoten van het resort waar we verbleven. Alles verliep voorspoedig, maar in mijn achterhoofd zat steeds hoe het óók kon aflopen. In eerste instantie ging onze voorkeur uit naar het terugplaatsen van twee embryo’s, maar dat zou dat betekenen dat we één embryo weg zouden moeten doen. Dat voelde na al die jaren niet goed. ‘Het is jouw lichaam, ik ga hierin geen keuzes maken’, zei Rob. Ik wilde geen kans verspillen, en dus kozen we opnieuw voor het terugplaatsen van drie embryo’s. Voor een drieling was ik ergens wel een beetje bang, maar de vorige keer bleef er immers geen één zitten en de kans op een drieling was alsnog minder dan 5%. ‘Als we dit nu zo gaan doen, worden het er drie, geloof me nou’ zei Rob nog.
De eerste keer wachtten we keurig tot de testdag. Nu had ik dat geduld niet. Ik wist dat de hormooninjecties een valse uitslag konden geven, toch heb ik zitten huilen toen we een positieve test in handen hadden. Iedere dag deed ik een nieuwe test en iedere dag werd het streepje donkerder. We konden het niet geloven. Toen bleek dat het zwangerschapshormoon in mijn bloed intens hoog was, zei Rob stellig: ‘Dan zijn het er drie.’ Ik geloofde dat niet. Twee misschien. Maar zeker geen drie.”

Gegild en gehuild

“Ik was zes weken zwanger toen ik de eerste echo kreeg. Rob zag het meteen: het waren er drie. ‘Neeee, dat kan niet!’, heb ik geroepen. Flabbergasted, dat was ik. Flabbergasted en héél blij. Ik voelde geen angst. Mijn lichaam kon dit aan. Onze familie was in shock. Er is gegild en gehuild. Van blijdschap, maar ook uit bezorgdheid.
In het ziekenhuis kregen we de optie voorgelegd om een of twee kindjes weg te laten halen, dat is protocol. ‘Luister naar je hart’, zei de arts. We twijfelden allebei geen seconde, we gaan er samen voor de volle honderd procent voor.
Ik ben nu 26 weken zwanger en voel me supergoed. In het begin ben ik wel flink misselijk geweest, zo erg dat ik niet meer kon werken. De baby’s liggen in een soort trechter; twee boven, één onder. We zijn al een tijdje bezig met de voorbereidingen, we hebben inmiddels een tweelingwagen gekocht. Die tip kregen we van andere drielingouders: twee in de wagen, een in de draagzak. Vorig jaar hebben we toevallig een verdieping op ons huis laten plaatsen, extra ruimte die nu goed van pas komt. Rob is druk bezig met de babykamer, deze is bijna af. We krijgen twee meiden en een jongetje, dat gevoel hadden we al sinds we wisten dat het er drie waren. Het blijft leuk om mensen te vertellen dat we een drieling krijgen. Toevallig was ik vorige week nog bij een concert. ‘Jij bent zeker bijna uitgerekend?’, vroeg iemand. Nou, niet dus…
Ik had een Instagram-account aangemaakt met de bedoeling vrienden en familieleden te informeren over mijn zwangerschap. Dat explodeerde. Binnen de kortste keren had ik 40.000 volgers. We kunnen niet wachten tot ze er zijn, maar we hopen dat ze nog wel even blijven zitten…”

“Ik was 28 weken en twee dagen zwanger toen ik voor controle naar het ziekenhuis ging. Ik voelde me kiplekker, ondanks dat ik enkele dagen eerder wel een hoge bloeddruk had gemeten. Ik schrok daar wel van, maar toen ik mijn andere arm probeerde, was-ie weer lager. Er zou een groei-echo gemaakt worden, ik verheugde me erop de kindjes weer op het scherm te zien. Baby C, Julia, bleek achter te lopen in groei. Er was geen paniek, wel wat zorgen. Maar toen bleek mijn bloeddruk opnieuw hoog. Mijn urine werd gecontroleerd en we waren nog niet bij de auto of we werden al gebeld: of we terug wilden komen. Ik leek een zwangerschapsvergiftiging te hebben en moest direct worden opgenomen. Ik heb zó gehuild. Ik wilde naar huis, in elk geval wat spullen halen en ons hondje nog even gedag zeggen, maar dat mocht allemaal echt niet. We moesten naar een ander ziekenhuis, met een NICU, een afdeling voor kinderen die intensieve zorg nodig hebben. Na uren bellen, de kans bestond zelfs dat wij naar een ziekenhuis in het buitenland werden overgeplaatst, had het Sophia Kinderziekenhuis plek. Ik voelde me prima, mijn bloeddruk was ondertussen met minimale medicatie weer onder controle, en na een week werd ik overgeplaatst naar een ziekenhuis in Veldhoven.”

Enorme bloeding

“Een dag later kreeg ik griep. Mijn bloeddruk bleef goed, de CTG’s waren netjes. Maar toen gingen op maandagochtend mijn bloedwaardes achteruit. ‘Houd er rekening mee dat je vandaag gaat bevallen’, werd er gezegd. Ze wilden nog wat andere uitslagen afwachten, maar nog geen tien minuten later kwamen ze opnieuw binnen: ‘We gaan je nu opereren.’ Vito, ons zoontje, bleek het niet meer zo naar zijn zin te hebben. ‘Geef het aan als je je niet lekker voelt hè?’, hoorde ik de arts zeggen voorafgaand aan de operatie. Ik voelde me prima, tot vijf minuten later, toen viel ik weg.
Sofia, baby A, werd als eerste geboren. Baby C, Julia, was voorgedrongen en kwam als tweede ter wereld. ‘Hier is je zoon’, werd er gezegd, toen ze haar aan mij lieten zien. ‘Dat klopt niet’, zei ik meteen. Heel gek, ik had mijn kinderen nog nooit gezien, maar wist meteen dat ze een fout maakten. Dit was Vito niet. Vito kwam uiteindelijk als laatste ter wereld. Ik heb ze alle drie geboren zien worden, maar na iedere geboorte viel ik weg.
Ik bleek een enorme bloeding te hebben, het ging héél slecht met me. Ik verloor zesenhalve liter bloed, alles ongeveer. Ze zijn vier uur met mij bezig geweest en hebben me daarna in een kunstmatige coma gebracht. Er werd voor mijn leven gevreesd.
Rob maakte alles vanaf de zijlijn mee, dat moet onbeschrijfelijk angstig zijn geweest. Ik weet dat er beelden zijn gemaakt van de bevalling, maar die hoef ik niet te zien. Nog niet.”

Minimensjes

“Ik werd twee dagen later wakker op de ic en dacht dat ik op de uitslaapkamer lag. Pas toen Rob mij vertelde dat ik een dag en een nacht had overgeslagen, viel het kwartje. ‘Hoe is het met de kinderen?’, wilde ik weten. ‘Het gaat supergoed met ze, al vanaf het begin’, zei Rob. Ze leven dus al twee dagen en het gaat goed, is het eerste wat ik dacht. Ik ben weer in slaap gevallen en pas daarna ben ik met bed en al naar de NICU gereden. Eindelijk zag ik mijn kinderen ook. Ze waren klein, maar niet eng klein. Minimensjes, heel compleet en mooi. Aanraken mocht ik ze niet, ik had immers net griep gehad. In totaal hebben ze negen weken in het ziekenhuis gelegen. Ik was kraamvrouw en patiënt tegelijk, ik moest alles opnieuw leren. Zitten, staan, lopen: al die basisvaardigheden waren uitgeschakeld.
De eerste keer buidelen was zo bijzonder. Ik kon alleen maar huilen. Ondanks de heftige bevalling, heb ik heel erg van die eerste weken genoten. We hoefden ons namelijk geen zorgen om de kinderen te maken, met hen ging het meteen al uitzonderlijk goed.
Mijn herstel ging langzamer dan ik wilde. Doordat ik zo veel vocht vasthield, moest ik veel liggen en – zeker in het begin – heel bewust voor mezelf kiezen. Dan ging ik met Rob in de ochtend naar de kinderen en nam ik ’s middags zelf rust.”

Oma-appgroep

“Er werd geweldig voor ons gezorgd, maar het was zo fijn na negen weken naar huis te mogen. We wilden naar Taco, onze hond. Met z’n allen thuis zijn. Taco reageerde zo enthousiast op de kinderen. De baby’s zijn nu xxxx weken. Rob en ik zijn nu nog allebei thuis en het is hard werken. De nachten zijn het heftigst. Iedere dag telt 21 voedingen en zo’n 21 keer luiers verschonen. Dat doen we samen, maar we krijgen daarnaast volop hulp van de opa’s en oma’s. De drieling heeft drie oma’s en die hebben met elkaar een appgroep aangemaakt om ons te helpen. Elke ochtend komt er een oma om negen uur helpen en dan kan een van ons een beetje bijslapen.
Dit is wat we wilden, waar we al die jaren zo naar uit hebben gekeken. We zijn ouders geworden en dan nog wel van drie kinderen tegelijk ook. Het traject heeft veel onzekerheid en verdriet met zich meegebracht, maar het was het ons allemaal waard. De kinderen slapen nog veel tussen de voedingen door, dat zijn de momenten die wij dan even voor onszelf hebben. We gaan er regelmatig lekker op uit met z’n vijven, en genieten daar zo enorm van. In ieder kindje zien we inmiddels een eigen karaktertje ontwikkelen. Sofia maakt het meest geluid, zij laat echt duidelijk van zich horen. Vito is een heel relaxte baby. Hij meldt zich niet voor zijn voedingen en luiers, hij vindt alles prima lijkt wel. Julia is een mix van haar broertje en zusje en is de meest beweeglijke van de drie.
Voorlopig heb ik nog zwangerschapsverlof en daarna kan ik ouderschapsverlof opnemen. Het ziet ernaar uit dat ik in 2024 nog niet veel ga werken. Ik wil ook echt heel bewust van hun eerste jaar genieten. Het gaat allemaal zo snel. Ze hebben nu alweer een grotere maat: niet normaal. Alle clichés zijn waar.”

Demi volgen? Dat kan op @onzedrieling

Tekst: Hester Zitvast
Foto: Ruud Hoornstra
Visagie: Lisette Verhoofstad

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.