![eveline villa verte](https://www.vriendin.nl/wp-content/uploads/2023/04/Ontwerp-zonder-titel-2023-04-11T100246.433.png)
Eveline: ‘De derde nacht worden we gewekt. Huilt er iemand?’
28 mei 2024
Eveline (52) en haar partner Emiel raken op vakantie betoverd door een veel te vervallen villa. Na lang twijfelen besluiten ze dat hun toekomst in Frankrijk ligt. Dat betekent wel dat er enorm veel op ze afkomt.
In Vriendin deelt ze elke week hoe het ervoor staat met hun paleisje.
“Hello!” Uit de gehuurde Renault stappen meneer en mevrouw S. Ze hebben een lange dag achter de rug sinds hun vertrek uit het Verenigd Koninkrijk. Blij laten we kamer Haas aan hen zien, want daar logeren ze een week. Die avond eten ze met ons mee. Het is reuzegezellig. Een flesje wijn hier. Een tweede kop koffie en daarna met volle magen en een glimlach onder de wol.
De dag erna arriveren nieuwe gasten; een Nederlands koppel. De derde dag checkt een Frans stel in; jong en verliefd. Emiel en ik jubelen. Op dag vier komt er nóg een Frans echtpaar en zitten we vol. Hoe mooi kan het leven soms zijn!
Gewekt
Die derde nacht worden we gewekt. Huilt er iemand? Of wordt er boven ruziegemaakt? Emiel trekt zijn sloffen en joggingbroek aan. Ik zoek mijn kamerjas van zwart fleece met een muts in de vorm van een pandakop. Onderaan de trap horen we… gegiechel! Maar dat is niet het enige geluid. Er snurkt iemand. En hoe! Duizend decibel. Op z’n minst. We sluipen de trap op. Daar staat het Nederlandse koppel in T-shirt en onderbroek. Ze grinniken. “We kunnen niet slapen.” Ik snap ze helemaal. Emiel loopt alle deuren af. Het is overduidelijk: meneer S. ronkt als een helikopter. “Wat nu?” Emiel kijkt me aan. Dit is een dilemma, want maak je in het holst van de nacht mensen wakker? De deur van de derde kamer gaat open. Ook het Franse koppel is paraat. Ik schaam me. Emiel ijsbeert tussen de ontbijttafels. “Toch maar kloppen?” vraag ik. Emiel knikt. Eerst klop ik zachtjes. De tweede keer harder. Er gebeurt niets. Een derde keer, dan maar? Weer niets. De laatste klop is ferm. Het snurken houdt aan. “Mevrouw S. slikt vast preventief een slaapmiddel.” Ik fluister mijn gedachten in Emiels oor. Voor ons wordt achter de deur een heel bos omgezaagd. “Wilt u oordopjes?” vragen we aan de gasten. Het Nederlandse echtpaar grimast. “Wij hebben zelf bij ons.”
Pandamuts
Niemand wil verhuizen. Daar staan we dan, de hele bups in pyjama. Van enige gêne om onze nachttenues is geen sprake. Onze Hollandse gasten giechelen opnieuw. Het liefst verstop ik mezelf in mijn pandamuts. Maak ik warme melk? Of bonken we tegen de deur van kamer Haas? Iedereen is toch al wakker. “We proberen het wel.” Een collectief besluit. Alle deuren gaan weer dicht. Ik hang mijn pandajas aan de kapstok en kruip terug onder de dekens.
Bij het ontbijt durft niemand iets te zeggen. Wat moeten we doen? Hoe kunnen we meneer S. verbieden om komende nacht te snurken? Hoe let je daarop in je slaap? Overdag leg ik op alle kamers wat lekkers. Een verkapt mea culpa, ook al is er niemand boos. Met het schaamrood op onze wangen wensen we onze gasten, een full house, na het diner een goede nacht. Die nacht blijft het doodstil. Serene rust. We hebben meneer S. de hele week niet meer gehoord.
Meer lezen van Eveline? Je leest haar columns elke week in Vriendin. Volg haar ook op Instagram @villaverte87.