relatietips

Kristin: ‘Ik ben weer terug bij mijn jeugdliefde’

Na haar scheiding en een daaropvolgend pad van gebroken harten, had Kristin (44) de liefde afgezworen. Tot haar jeugdliefde Dirk (45) plotseling contact opnam. “Of ik zin had om eens af te spreken? Ik bedacht me geen seconde en appte hem direct.”

“Ik was hem vergeten. Of misschien had ik hem gewoon geblokt in mijn geheugen. Mijn hele volwassen leven zocht ik naar gelijkwaardige, onbaatzuchtige liefde. Een zielsverwant. Een gevoel dat ik vaag herkende, waarvan ik wíst dat het bestond. En dat ik zocht bij elke partner die ik tegenkwam, maar bij wie ik het uiteindelijk nooit vond.
Dat mijn huwelijk met Tim, de vader van kinderen, tien jaar geleden stukliep, was geen verrassing. We hadden verschillende intenties. Ik zocht rust, veiligheid en een gezinsleven, hij een trophy wife en vooral veel ruimte om zijn eigen zin te blijven doen. We kregen twee kinderen uit liefde, maar toen onze jongste twee was, was de koek op. Een wederzijds besluit, daarna keek hij niet meer naar ons om. Daar had iedereen min of meer vrede mee – al begint natuurlijk niemand bewust samen aan kinderen met de insteek ze later alleen op te voeden.

Teleurgesteld

Een voorbeeld van wat liefde is, had ik niet. Mijn jeugd was niet onbezorgd of bijster gelukkig. Mijn moeder voedde mijn broer en mij alleen op nadat onze verslaafde vader uit ons leven stapte. Ook mijn moeder begreep niet veel van de liefde, en raakte keer op keer teleurgesteld in mannen – die op hun beurt niet allemaal even veilig waren voor mijn broer en mij. Dat ze met al haar eigen problemen geen plek had voor onze gevoelens, kan ik ergens wel begrijpen. Maar het vormde me voor de rest van mijn leven: ik stond er altijd alleen voor en durfde geen man meer te vertrouwen.
Over aandacht van jongens had ik nooit te klagen, en ondanks mijn wantrouwen laafde ik me eraan. Ik snakte naar liefde, naar veiligheid. Mijn zoveelste – onschuldige – verkering had ik net aan de kant geschoven, toen ik op mijn vijftiende in de klas kwam bij Dirk. Geliefd bij iedereen, maar niet één van de populaire, door meisjes begeerde jongens – al oogde hij als een stoere straatjongen uit Grease. Zijn ouders hadden het niet breed en hij liep in de afdragertjes van neven. Hield zich wat op de achtergrond, maar kon warm en geestig uit de hoek komen. We hadden direct een klik. Pas tijdens een schoolreis naar het buitenland, later dat jaar, ontdekten we hóé goed we bij elkaar pasten. Vanaf die tijd waren we onafscheidelijk.

Op school zagen we elkaar weinig. We hadden andere vakkenpakketten en leefden langs elkaar heen. Ná schooltijd waren we altijd samen. In elkaars armen, bij voorkeur, of bij concerten, op het strand en feestjes. We hadden dezelfde vriendenkliek en reden op fietsen in identiek gespoten kleuren. Zelfs onze voor- en achternamen hadden we samengevoegd tot een acroniem: Dikrivibe. Waar de één ging, ging de ander. Op dagen dat we niet samen konden zijn, door huiswerk, sport of andere verplichtingen, schreven we elkaar brieven. Vijf, zes, zeven kantjes – met de hand. Daarin vertelden we, rauw tot op het bot, over alles wat ons bezighield. Behalve ons ware, doodenge gevoel voor elkaar. Dát stopten we in een verhaal dat we om en om schreven, over twee mythische figuren en hun avonturen, en het droomkasteel waarin ze ooit zouden wonen.
Afscheid nemen duurde uren, kletsend en knuffelend in de deuropening; elke stap van elkaar verwijderd was er één te veel. Dit was geen puberale, door hormonen ingegeven ontdekkingstocht, dit was een liefde die groter was dan we konden behappen. Toch kusten we nooit. Dirk was mijn veilige haven. Ondertussen joeg ik de populaire jongens na, en stortte me keer op keer in hartzeer. Dirk keek rustig toe en hoorde mijn teleurstellingen geduldig aan – elke keer opnieuw.

Geen relatiemateriaal

In een roes van twee jaar haalden we onze eindexamens, gaven een gezamenlijk eindexamenfeest, brachten nachten samen door tot het licht werd en beloofden elkaar dat dit nooit zou eindigen. Tijdens onze eindexamenreizen naar verschillende werelddelen spraken we af ’s nachts op gezette tijden naar de sterren te kijken, dan zouden we hetzelfde zien. Spuugmisselijk waren we van het gemis. ‘Je bent gewoon verliefd, Kris’, zeiden vriendinnen. Maar daar wilde ik niets van weten. Verliefd was voor mij het gevoel van spanning dat hoorde bij de jacht. Bij de overwinning wanneer ik een onbereikbare jongen toch voor me had weten te winnen. Waarna ze steevast niet mijn droomman bleken en de ‘verliefdheid’ bij mij ook zo weer over was. Jongens – later mannen – benaderde ik als projecten. En projecten hebben nu eenmaal een start- en een einddatum. Ik wist niet hoe het moest, van iemand houden. En zo herkende ik de grootste liefde niet die al die tijd al voor mijn neus stond.

Het ondenkbare gebeurde toch: de intense vriendschap tussen Dirk en mij verwaterde. We gingen studeren in verschillende steden en verloren contact. Grotendeels door mij: ook nu zag ik alleen de emotioneel onbereikbare jongens staan. Begon een relatie met een kunstenaar en liet Dirk, die speciaal voor mij anderhalf uur naar mijn studentenstad reisde, meer dan eens voor een dichte deur staan. Daarop ging ook Dirk door met zijn leven. Social media bestonden nauwelijks, en toen die er jaren later wel kwamen, zat Dirk er niet op. Via oud-klasgenoten hoorde ik nog weleens hoe het met hem ging. Dat hij inmiddels getrouwd was en drie stiefkinderen had. Dat nieuws stak me, tot mijn eigen verbazing, maar de pijn was van korte duur. Ik was zelf net moeder. Getrouwd. En ik had Dirk nooit als relatiemateriaal gezien, dus ook nu niet. Hoe ongelukkig ik ook was in mijn huwelijk.

Gat in mijn hart

Ik scheidde, en nieuwe relaties volgden. Maar hoe ik ook zocht en probeerde, altijd had ik een gat in mijn hart. Een gevoel van ontevredenheid en onrust dat ik niet kon plaatsen, want ik had toch alles? Gezonde kinderen, een fijne baan, lieve vrienden en een comfortabel huis. Misschien was ik gewoon niet gemaakt voor relaties, praatte ik mezelf aan. Datete zelfs een paar keer met vrouwen, in de hoop daar wel diepgaande liefde en verbondenheid te vinden. Het draaide allemaal uit op niets. ‘Je bent te veeleisend’, oordeelde een ex-vriendje. ‘Wat jij zoekt, bestaat niet.’ Het deerde me niet. Want hoe weinig ik na meer dan veertig jaar ook wist van de liefde, één ding wist ik zeker: het gevoel dat ik zocht bestond wél. Ik kon me alleen niet herinneren wanneer ik het eerder gevoeld had.

Het leven alleen met mijn kinderen, tieners inmiddels, beviel me prima. Liever geen liefde dan een ongelukkige, oordeelde ik monter. We tafelden avondenlang met vrienden, ondernamen spontane kampeertrips, veranderden ons huis tien keer en besloten dat ons leven compleet was zo. En toen verscheen Dirk in mijn mailbox. Mijn maag draaide zich drie keer om en mijn hart zat in mijn keel toen ik zijn naam zag: een complete schok. Hij had mijn mailadres gegoogeld, bekende hij, hij hoopte dat ik het niet raar vond dat hij zo maar contact opnam. Hij groef veel in zijn verleden momenteel, schreef hij, en realiseerde zich dat onze tijd samen misschien wel de laatste keer was geweest dat hij zich volkomen zichzelf had gevoeld. Of ik zin had om eens af te spreken? Ik bedacht me geen seconde en appte hem direct.

Onomkeerbaar

Twee weken later ontmoetten we elkaar voor een borrel. 27 jaar hadden we elkaar niet meer gezien of gesproken. Maar vanaf de eerste seconde dat hij me oppikte op het station, voelde het precies hetzelfde als vroeger. Alsof we elkaar elke dag nog gesproken hadden. Dirks scheiding bleek net afgerond en na jaren ploeteren in de liefde had ook hij besloten alleen nog een echte soulmate toe te laten, vertelde hij. Op het eerste het beste terras dat we konden vinden, bestelden we dezelfde wijn als vroeger en hadden tien minuten na ons weerzien al de slappe lach. Opeens zag ik Dirk voor wie hij was. Open, warm, intelligent, humoristisch, geïnteresseerd. Ik viel zoals ik nog nooit was gevallen. In één klap begreep ik het: zó voelde liefde – anders dan die voor mijn kinderen – dus. We kwamen tijd en woorden tekort om bij te kletsen over wat we van elkaar hadden gemist in de afgelopen decennia. We deelden de intiemste details, lachten en huilden. Het was onze band van vroeger in het kwadraat. Er was geen houden aan, dit was onomkeerbaar. Toen hij me die avond naar het station bracht, spraken we af om elkaar minstens de kómende 27 jaar heel stevig vast te blijven houden. In de platonische zin van het woord, want die kus kwam er nog steeds niet. Met een achtbaan aan vlinders in mijn buik treinde ik terug naar huis.
Dirk en ik aten en sliepen niet meer. De dagen en nachten die volgden, brachten we waar mogelijk append en bellend door. Tot hij het weekend daarop – mijn kinderen waren uit logeren – volgens afspraak voor mijn deur stond met een shopper vol papieren. Dirk bleek al onze brieven en het verhaal bewaard te hebben. Naast een fles wijn reconstrueerden we aan de hand van onze schrijfsels wat er nou precies had gespeeld tussen ons, al die jaren geleden. Daar viel met de volwassen blik van nu maar één conclusie uit te trekken: onze innige vriendschap van toen, was een liefde die te groot was om op die leeftijd te kunnen begrijpen. Daarop volgde het onvermijdelijke: een kus zoals ik die nog nooit had gekregen – óf gegeven.

Onderdeel van mij

We zijn nu een jaar samen. En hoe ongelooflijk het soms nog voelt, en hoe hevig de verliefdheid ook is, het voelt tegelijkertijd alsof we elkaar nooit zijn verloren. Dirk is een onderdeel van mij. We passen naadloos in elkaars leven, mijn kinderen adoreren hem. Zelfs onze vrienden van vroeger zien we nu gezamenlijk. Voor het eerst in mijn leven klopt alles. Ik voel me vrijer en meer mezelf dan ooit, en voel voor het eerst de behoefte om aan een toekomst te bouwen. Samen. Dít is wat ik al die tijd bedoelde. Het gevoel dat ik ergens kende, maar nooit meer kon vinden. Het gat in mijn hart is gedicht. Of zoals het Dirk het beschrijft: ‘Het is alsof na een leven in de mist, de zon is gaan schijnen.’ Onderzoekers zeggen dat intense liefdeservaringen rond je zestiende zó worden ingeprent, dat je ze nooit meer vergeet. Omdat alles intenser voelt op die leeftijd. Daardoor zou hervonden liefde op latere leeftijd vaak tot de gelukkigste relaties leiden. Meer dan ooit wens ik dat de wetenschap het bij het rechte eind heeft.”

Tekst: Jordinde Benner

Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.