Placeholder

Albertine raakte met haar kinderen in de auto te water

Vrolijk is Albertine (35) op weg naar het zwembad met haar kinderen Anne-Marie (9), Floris (7) en Carlijn (5), als ze de controle over de auto verliest en te water raakt. In hoog tempo raakt de auto vol water.

Vrolijk is Albertine (35) op weg naar het zwembad met haar kinderen Anne-Marie (9), Floris (7) en Carlijn (5), als ze de controle over de auto verliest en te water raakt. In hoog tempo raakt de auto vol water. “Het was niet de vraag wie ik als eerst zou redden, we moesten en zouden er met zijn allen uit komen”

Albertine: “Terwijl de voorwielen de berm inschoten, voelde ik dat de achterkant van mijn auto begon te glijden. Ik probeerde bij te sturen, maar er was geen houden meer aan – een paar seconden later gleed ik de sloot in. De auto kantelde naar voren en ik zag het water meteen naar binnen stromen bij mijn voeten. Mijn kinderen, toen 7, 5 en 3 jaar, zaten naast en achter mij en raakten in paniek. Zelf dacht ik maar aan één ding: wat moet ik doen om ons hier uit te krijgen? Want we gaan dit overleven.”

Winterse omstandigheden

“Geloof het of niet, maar ik was die ochtend met mijn kinderen op weg naar het zwembad. Het was een prachtige winterdag: ijskoud, de lucht was strakblauw en er hing mist over de weilanden. Ik had de autoruiten gekrabd, de kinderen dik ingepakt met mutsen en sjaals en daarna waren we op pad gegaan. Ik reed niet meer dan 50 kilometer per uur, want ik ben geen roekeloze rijder en houd me altijd netjes aan de maximaal toegestane snelheid. Maar achteraf gezien was vijftig kilometer te hard onder die winterse omstandigheden. De landelijke weg die door de weilanden slingerde, was op sommige punten spekglad. Ik had dat niet door – tot de auto plotseling in een bocht begon te glijden. Er waren op dat moment geen andere auto’s te bekennen, dus we botsten gelukkig niet op een tegenligger. Maar, er was dus ook niemand die ons te hulp kon schieten…”

Lees ook: Petra raakte met de auto te water: ‘Het is een wonder dat we nog leven’

Drijvende autostoeltjes

“’Mama, wat gebeurt er? Help!’ De kinderen waren bang. Floris, de middelste, zat naast mij en Anne-Marie en Carlijn zaten op de achterbank. Ik gaf geen antwoord en dacht: ik moet de gordels losklikken. Godzijdank lukte het me om mijn eigen riem en die van de kinderen los te wrikken. Daarna probeerde ik de elektrische ramen te openen, maar dat lukte niet. Dan maar een trap tegen mijn deur. Ook dat werkte niet. Ondertussen steeg het water in snel tempo, het zat al halverwege mijn middel. Het was ijskoud. De kinderstoeltjes achterin begonnen te drijven en de meiden wurmden zich al schreeuwend tussen de voorstoelen naar mij toe. Ik probeerde met alle macht tegen mijn portier te duwen, maar er kwam geen enkele beweging in. Hoe zat het ook alweer? Pas als een auto bijna vol water is gelopen, is de druk buiten en binnen gelijk en kun je de deur openen. Toch? Zoiets had ik ooit gezien in een tv-programma. Ik laat het water tot mijn kin komen, besloot ik, en geef dan nog één keer een harde trap tegen de deur. Dan moet hij opengaan.”

Een oerkracht

“Je zou verwachten dat je in zo’n situatie in paniek raakt en dat de angst je misschien verlamt. Gek genoeg bleef ik juist heel koel. Ik blokkeerde mijn emoties, er kwam een bepaalde rust over mij heen – ook al voelde ik dat het water met de seconde steeg. In nog geen halve minuut stond de auto al half vol. Doodeng, maar op dat moment dacht ik alleen maar: we komen hier uit, we gaan dit overleven. Er was geen tijd voor doemscenario’s – wat als het water tot mijn kin staat en die deur nog steeds niet opengaat? Die deur zou gewoon opengaan, klaar. Er kwam een soort oerkracht in me vrij. Het was een gevoel dat ik nog nooit eerder had meegemaakt. Dat werd nog eens versterkt doordat de kinderen bij me waren. Het was niet de vraag wie ik als eerste moest redden: mezelf of de kinderen – en zo ja, welk kind eerst? We moesten en zouden er met z’n allen uit komen.”

Lees ook: Pien schoot een man te hulp die onwel werd op het station

Verstijfd van de kou

“Terwijl we met onze hoofden tegen het plafond zaten, voelde ik het water tot aan mijn nek komen. Met al mijn kracht gaf ik nog één harde duw tegen mijn portier – goddank, hij ging open! Maar de auto was inmiddels zo’n stuk gezonken, dat hij in een modderlaag was gezakt. Door de tegendruk van de modder en het water gaf de deur amper mee. Ik duwde nog een aantal keer om ‘m een halve meter open te krijgen. Daarna zoog het water in één keer naar binnen. Snel wurmde ik me langs de deur en trok Floris de auto uit. Terwijl ik half in de modder wegzakte hielp ik vervolgens Anne-Marie en Carlijn. Zij moesten allebei een ademteug nemen en onder water naar de oppervlakte kruipen. Daarna ondersteunde ik de oudste twee bij hun billen terwijl ze naar de kade zwommen. Zelf strompelde ik achter ze aan, half peddelend met mijn armen. Carlijn hing om mijn nek, want zij kon nog niet zwemmen. De kade was maar drie meter van ons vandaan, maar met doorweekte winterkleding en verstijfde lichamen door de kou, was het ontzettend zwaar. ‘Ik hou het niet meer!’ riep Anne-Marie, maar ik vertrouwde erop dat ze kracht genoeg had om het laatste stukje te zwemmen en riep: ‘Je moet!’”

De auto van Albertine in het water

Lees het hele verhaal in Vriendin 34.

Tekst: Tessa Heselhaus. Foto’s: Yasmijn Tan, Parcival Koopman. Visagie: Wilma Scholte.