Canva1 39

Amina verdronk op Bali bijna: ‘Het enige wat ik zag, was water’

Amina (26) ging op Bali met twee vrienden zwemmen in zee. De waarschuwingsvlaggen negeerde ze. Overdreven, dacht ze. Totdat ze opeens door een hoge golf werd meegesleurd. “Ik wist zeker dat ik doodging.”

Amina: “Ik was achttien en besloot samen met mijn beste vriendin Amber om vier maanden door Zuidoost-Azië en Australië te reizen. We waren net klaar met de middelbare school en wilden graag meer van de wereld zien. Met onze rugzakken reisden we drie maanden door onder andere Thailand en Indonesië. Australië stond als laatste bestemming op ons lijstje. Omdat Amber ook nog naar Nieuw-Zeeland wilde, besloot zij alvast verder te reizen. Ik bleef op Bali en zou haar in Australië weer zien.
Samen met twee Duitse vrienden, Carolien en Simon, die ik op Bali had ontmoet, ging ik naar Seminyak, een plaatsje aan de kust. Nadat we onze spullen hadden gedropt in een hostel, gingen we naar het strand. Ik kon niet wachten om te gaan zwemmen in zee. Dat er overal rode en gele vlaggen hingen die duidelijk gevaar aangaven, zag ik wel – maar om eerlijk te zijn, vond ik dat een beetje overdreven. Er waren mensen in zee aan het zwemmen en surfen, dus echt gevaarlijk zou het vast niet zijn. Carolien dacht daar anders over. Ze vertelde dat je met een rode vlag goed moest uitkijken. De oceaan kon je volgens haar meetrekken en het jaar daarvoor waren er ook een Nederlander en Belg verdronken in de zee waar wij gingen zwemmen. Best eng om te horen, maar ik ging er vanuit dat dat ons niet zou gebeuren. We moesten gewoon goed opletten…”

Met kracht teruggetrokken

“Eenmaal in zee genoot ik ontzettend van het helderblauwe water en de golven. Lachend liet ik me steeds op de grond vallen, zodat ik met elke golf een stukje de zee in werd gesleurd. Door de stroming werd ik daarna weer naar de kant geduwd. Maar wat ik niet doorhad, was dat de oceaan me langzaam steeds verder met zich meetrok.
Carolien speelde op safe en ging de zee uit, maar Simon en ik bleven in het water. Het kwam ongeveer tot onze billen en op een gegeven moment riep Simon vrolijk dat er een grote golf aankwam. Het ging heel snel, ik zag ‘m niet eens aankomen en voor ik het wist, ging ik kopje onder. En kreeg ik een slok zeewater binnen. Vervolgens vloog ik door de golf twee meter naar voren, waarna ik met veel kracht weer zo’n zes meter werd teruggetrokken. Ik kon niet meer staan en keek al hoestend en watertrappelend naar de kust. De mensen die er stonden, waren opeens heel klein. Ik besefte dat we te diep in zee waren. Veel tijd om erover na te denken, had ik niet, want Simon riep dat er nog een grote golf aankwam. Samen probeerden we zo snel mogelijk naar de kust te zwemmen, maar we kwamen amper vooruit. Het was echt alsof er aan ons werd getrokken. Binnen een paar seconden werden we overspoeld door een tweede, grote golf.”

Paniek

“Opnieuw ging ik kopje onder. Ik deed mijn best om terug te zwemmen, maar de kracht van de oceaan was te sterk. Terwijl ik de stem van Carolien over de verdronken Nederlander en Belg in mijn hoofd hoorde, voelde ik de paniek opkomen. Wat als zij dit ook hadden meegemaakt? En wat als ik net als hen zou verdrinken?
Om de paar seconden werd ik overspoeld door een nieuwe golf. Hoe verder in zee ik werd meegetrokken, hoe dieper het was en hoe hoger de golven werden. Minimaal twee keer zo hoog als ik. Waar Simon was, wist ik niet. Het enige wat ik deed, was zwemmen tegen de stroom in, terwijl ik schreeuwde om hulp en zwaaide met mijn armen. Doordat ik steeds zeewater binnenkreeg, raakte ik buiten adem. Ondertussen gaf ik alles wat ik had en telkens als ik even met mijn hoofd boven water kwam, hapte ik naar lucht. Het enige wat ik zag, was water.
De golven volgden elkaar in rap tempo op. Terwijl mijn hart als een razende tekeer ging, voelde ik mijn ademhaling na een paar minuten langzamer worden. Dat was het moment waarop ik zeker wist dat ik doodging. Ik had weleens gehoord dat je vlak voor je overlijden je leven in een flits voorbij ziet komen, maar dat had ik niet. Wel dacht ik aan mijn moeder, die altijd zo bezorgd om me was. En ook aan alle films die ik had gezien waarin iemand, om wat voor reden dan ook, verdronk. In zulke scenes zag je ook alleen maar water, net als bij mij. Ik voelde dat ik net als in een film aan het verdrinken was en gaf me eraan over. Langzaam zakte ik naar beneden.”

Doodsbang

“Precies op dat moment zag ik iets oranjes in het water. Het kwam dichterbij en tot mijn grote verbazing was het een grote surfplank. De man die erop zat, was maar een paar meter bij mij vandaan. Hij schreeuwde dat ik bij hem op zijn plank moest komen liggen en stak zijn hand naar me uit. Met mijn laatste kracht pakte ik hem vast en zo snel als hij kon, trok hij mij op de surfplank. ‘Now lay down!’ schreeuwde hij toen hij naast me kwam liggen. ‘Hold tight to the board! The wave is coming, now!’. Doodsbang zette ik me schrap. Terwijl ik me stevig vasthield, bracht de woeste golf mij en mijn redder in nood op de surfplank meters omhoog. Het was verschrikkelijk eng. Ik wist dat als ik eraf zou vallen, ik er misschien nooit meer op zou komen.
Gelukkig ging het goed en tussen de golven door peddelde de surfer naar Simon die zo’n zes meter verderop zijn best deed om boven water te blijven. Ook hem hielp de surfer op de plank, waarna hij ons terug naar het strand probeerde te brengen. Echt makkelijk ging dat niet, want Simon viel een paar keer van de surfplank. Maar steeds wist de surfer hem weer uit het water te vissen.”

Shock

“Hoe het ons lukte, weet ik nog steeds niet. Maar na een heleboel hoge golven kwamen we langzaamaan dichterbij de kust. En op een gegeven moment konden we weer ergens staan. Wat er toen door me heen ging, kan ik niet beschrijven. Het was geen blijdschap of opluchting, maar pure shock. Ik kon gewoon niet geloven wat er zo snel allemaal gebeurd was. Ik was bijna verdronken en  opeens zat ik weer veilig aan wal.
Compleet uitgeput gingen Simon en ik bij Carolien op het strand zitten. Omdat we zo diep in de zee waren geweest, had ze onze bijnaverdrinking niet gezien. Ze was in shock toen ze hoorde wat er was gebeurd. Echt veel zeiden Simon en ik er trouwens niet over. We hadden er gewoon geen woorden voor en konden alleen maar voor ons uit staren.
Ondertussen was de surfer die ons had gered alweer verder gegaan. Ik had hem wel bedankt voor zijn reddingsactie, maar het voelde alsof dat nog lang niet genoeg was. Daarom wilde ik hem graag vinden om hem nogmaals te bedanken en om hem misschien wel wat geld te geven. Samen met Simon en Carolien struinde ik dus het hele strand af en uiteindelijk vonden we hem in de uitkijktoren. Het bleek dat hij strandwacht was. Opnieuw bedankte ik hem voor het redden van mijn leven. Ook bood ik hem geld aan, zodat hij dat wellicht kon delen met zijn familie, maar daar wilde hij niks van weten. Het enige wat hij zei, was dat we zoiets niet meer moesten doen. En daarna dropen we af. Nu denk ik hoe raar het was dat ik hem geld wilde geven, maar toen leek me dat de beste manier om hem te bedanken. Gek hoe je brein op dat soort momenten werkt.”

Schaamte

“Terug in ons hostel lag ik de rest van de dag in bed. Ik was heel dankbaar dat ik nog leefde, maar schaamde me kapot voor mijn roekeloze actie. Ik had behoefte om alleen zijn, om alles te kunnen verwerken. Het viel me op dat Simon ook erg stil was. Na die dag gingen we alle drie weer onze eigen weg.  Ik vloog naar Australië en zij reisden, los van elkaar, ook verder. We hebben elkaar daarna nooit meer gezien.
De enigen met wie ik mijn bijna-verdrinking besprak, waren Amber en mijn moeder. Zij schrokken allebei enorm toen ze het hoorden en vooral mijn moeder wilde ik dat ik eerder terug kwam naar Nederland. Maar dat wilde ik niet. Ik had nog een maand te gaan in Australië en wilde mijn reis niet eerder afbreken omdat ik bijna was verdronken. Ik was gewoon stom geweest en daar kon niemand verder wat aan doen.
Dat de gebeurtenis uiteindelijk toch zou leiden tot een klein trauma, had ik toen nog niet kunnen bedenken. Toch merkte ik al in Australië dat ik niet meer zo zorgeloos was als daarvoor. Zo ging ik tijdens een strandbezoek niet verder dan tot mijn enkels in het water. En ook zag ik opeens in andere dingen meer gevaar. Voor mijn bijna-verdrinking sprong ik bijvoorbeeld makkelijk bij iemand achterop de motor of klom ik tijdens een survivalparcours hoog in een boom, maar daar moest ik na de gebeurtenis absoluut niet meer aan denken. Stel dat er onverwachts weer iets ergs zou gebeuren en ik daar níét zo goed vanaf kwam toen als in zee?”

Windsurfen

“Sinds deze bijna-verdrinking leef ik een stuk voorzichtiger. Dankzij de mentale steun van mijn moeder en vriend durf ik inmiddels wel weer in zee te zwemmen, maar zodra er wat hogere golven komen, ga ik er alsnog direct uit. Tegelijkertijd probeer ik me niet te veel door mijn angsten te laten leiden. Zo windsurf ik al sinds ik klein ben. Toen ik dat na mijn ervaring op Bali voor het eerst weer deed, was ik bang om in het water te vallen. Maar door het voorzichtig te proberen, kreeg ik er langzaamaan weer vertrouwen in.
Op Bali ben ik niet meer geweest. Dat heeft niks met mijn bijna-verdrinking te maken, het is er gewoon niet meer van gekomen. Ik hoop nog een keer terug te kunnen gaan, want het is echt prachtig daar. Ik ben niet meer de onbezorgde Amina die ik was voordat ik naar Bali ging. Maar ik ben allang blij dat ik het kan navertellen. En dat is ook precies wat ik doe: mijn verhaal vertellen, in de hoop dat andere avonturiers zich bewust worden van de gevaren van de zee. Het ziet er misschien allemaal onschuldig uit als je ergens op een mooie plek bent, maar onderschat de kracht van de oceaan niet. Ik heb echt geluk gehad. Het had heel anders kunnen aflopen.”

Tekst: Renée Brouwer
Foto: privébezit

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.