Placeholder

Stefanie: ‘Een band opbouwen met adoptiekinderen’

‘Hij is autistisch en snel overprikkeld. De meisjes zijn ook “special needs”. Ze hebben FAS. Het is dit of geen kinderen en ik heb altijd kinderen gewild.’ Ongegeneerd luister ik naar een gesprek dat twee vrouwen, aan de rand van het zwembad, met elkaar voeren.

‘Hij is autistisch en snel overprikkeld. De meisjes zijn ook “special needs”. Ze hebben FAS. Het is dit of geen kinderen en ik heb altijd kinderen gewild.’ Ongegeneerd luister ik naar een gesprek dat twee vrouwen, aan de rand van het zwembad, met elkaar voeren.

Ze schijnen elkaar niet te kennen, want de vrouw die aan het woord is, vertelt waar ze woont en noemt de leeftijden van haar adoptiezoon en geadopteerde meisjestweeling. Misschien vindt de vrouw het fijn om haar verhaal aan een onbekende te vertellen.

Foetaal Alcohol synsdroom
We zitten nog steeds in een huisje op een familiepark. Adriana heeft een vakantievriendinnetje. Vanaf de kant zie ik de meisjes in het water spelen.
De term “special needs” en opmerking “het is dit of geen kinderen” trokken mijn aandacht. Zou deze vrouw later problemen in het contact met haar adoptiekinderen krijgen? Ze vertelt dat het lieve kinderen zijn. Dat zegt niet zo veel. Die heb ik ook. Ik hoor dat de meisjes door het Foetaal Alcohol syndroom een groei- en leerachterstand hebben. De jongen wordt snel boos en hangt erg aan zijn moeder. De moeder krijgt weinig rust.

Stiekem kijk ik of de meisjes een afgeplat neusgleufje hebben. Dat kan wijzen op FAS. De kinderen spetteren zo hard met water, dat ik het niet kan zien. Bovendien heeft FAS soms alleen innerlijke kenmerken, wat begrip voor de situatie moeilijker maakt, net als bij hechtingsproblematiek. Je ziet het niet (altijd) aan kinderen. Toch hebben zij vaak gedragsproblemen. Soms ontwikkelen zij zich wel behoorlijk goed en zijn er alleen problemen in de gezinssituatie en bij sommige kinderen zijn er geen moeilijkheden. Iedere situatie is uniek. Aan de geadopteerde jongen zie ik wel iets, maar ik kan er de vinger niet op leggen.

Geloof en hoop
Ik gun het deze moeder om te geloven dat zij haar kinderen kan redden. Dat geloof ik met haar mee. Ik heb twintig jaar ervaring met mijn adoptiekinderen. Er waren ups en downs en veel zorgen. Nu zijn er zowel innige als afstandelijke contacten overgebleven. Door mijn ervaring voel ik mij niet superieur of verbitterd. Er is nu geen schaamte of schuldgevoel. Het gaat iets beter, al is de pijn nog geregeld aanwezig.

Als ik met Adriana en haar vriendinnetje terugloop naar het vakantiehuisje, passeer ik de vrouw met special needs kinderen. Ze zegt mij glimlachend gedag. Misschien voelt ze dat we iets gemeen hebben, al zal ze niet weten wat.

OVER STEFANIE

Stefanie (44) adopteerde de kinderen van haar vriend Dirk: Christianne, Deborah, Faith en Nico. 7 jaar geleden kregen zij samen Adriana. Het gaat niet altijd vlekkeloos, maar het gezin draait al ruim 20 jaar!