Bob Sikkes over KZK-kandidaten: ‘Je ziet nu de verwendheid toeslaan’
20 september 2021
Nu Kopen zonder kijken weer op televisie is, zitten wij elke maandagavond voor de buis. Ook voor Bob ‘de Bouwer’, die van elk krot iets moois maakt en de bewoners onomwonden zegt waar het op staat. ‘Er is geen script, er staat gewoon: Bob geeft zijn ongezouten mening…’
Hij is al 15 jaar te zien als bouwkundige in RTL-programma’s, maar met Kopen zonder kijken werd Bob Sikkes (55) pas écht een Bekende Nederlander. Op social media kreeg hij de bijnaam Bob de Bouwer en zwijmelde menig vrouw weg bij de grijsblonde aannemer. Maar, jammer dames: deze Bob is bezet. Al ruim twintig jaar is hij gelukkig met zijn vriend Michiel. Vriendin toog naar hun net aangeschafte buitenhuis in Baambrugge om eens beter kennis te maken met de ‘silver fox’ die van de ergste bouwval nog een paleisje maakt.
Had jij het succes van Kopen zonder kijken verwacht?
“Niet op deze manier. Het lijkt wel alsof hiermee alles op z’n plek valt: mensen houden van woonprogramma’s, het gaat over geld en er zitten een metamorfose in en altijd een grote verrassing. Het spannendst is natuurlijk als mensen teleurgesteld zijn met wat ze hebben aangekocht. Het blijft een bizar gegeven dat ik vervolgens soms wel 100.000 euro uitgeef voor iemand anders, zonder overleg. Ik zie zelden géén mogelijkheden, al heb ik weleens een klus geweigerd. Meestal kom ik er wel uit. Dat is natuurlijk ook het leuke van het programma.”<
Zie je verschil tussen kandidaten in het eerste seizoen, toen alles onbekend was, en later?
“Oh, zeker. Waar kandidaten in het eerste seizoen echt niet wisten wat ze konden en mochten verwachten, zie je nu de verwendheid toeslaan. Nu staan mensen tegenover ons van ‘nou, regel het maar’ en wachten ze tot wij ons ‘kunstje’ doen. Wat me weleens verbaast is hoe makkelijk mensen alles uit handen geven, maar ook hoe weinig eigen spullen of inbreng ze hebben. Ze nemen amper iets mee, dan stap je uiteindelijk dus bijna een soort showroom binnen. Ik vind het juist leuk als mensen zelf nog een kastje hebben dat vroeger bij oma stond, zoiets. Dit seizoen hebben we een vrouw die moest huilen toen ze zag wat we gekocht hadden, zo afschuwelijk vond ze het. Of ze uiteindelijk wel tevreden was? Daar mag ik natuurlijk niks over zeggen, haha!”
Je bent door het programma een heuse BN’er geworden. Is je leven daardoor veranderd?
“In hartje Amsterdam merk ik er niet zoveel van, daarbuiten wel. Dan loop ik ergens in een winkel en komen mensen naar me toe: ‘Sorry, maar ik moet toch even…’ En dan vragen ze iets over de verbouwing van hun huis. Of ik hoor: ‘U bent toch de meneer van die huizen?’ Bijna iedereen is gelukkig sympathiek. Ik merk ook dat als ik op een bouwplaats kom zo’n beetje iedereen weet wie ik ben. Of ik me bekeken voel? Nou, dat is wel grappig: zelf heb ik minder door dat ik word herkend dan degene met wie ik dan ben. Ik denk dat mensen vooral achter mijn rug elkaar aantikken.”
Bij vrouwen werd je meteen een hit. Krijg je veel berichtjes, of misschien zelfs oneerbare voorstellen?
“Dat laatste valt wel mee, maar sommigen gingen me wel bellen. Ik vond het vooral raar dat ze dat deden terwijl het programma op tv was! Stom, want ja, dan kijk ik zelf ook altijd. Dat is heel gek, net alsof je niet naar jezelf kijkt. Ik let vooral op het product wat we hebben gemaakt, of dat goed in elkaar zit en alles wat ik erover wilde zeggen erin zit. Na het eerste seizoen dat ik voor tv maakte, kwam ik erachter dat als ik te wollig praat, een deel niet in het programma komt. Dus zorg ik er nu voor dat ik wat ik echt wil overbrengen in de eerste drie zinnen zeg. Dan kan het er nooit uitgeknipt worden. Toen ik 15 jaar geleden begon, zei ik ook: ‘Je moet me geen tekst meegeven, want ik ben geen acteur’. Nu is de deal dat ik mag zeggen wat ik vind. Er is geen script, er staat gewoon: Bob geeft zijn ongezouten mening.”
Mensen denken nu dat je alleen voor camera’s staat, maar jij hebt ook je dagelijkse werk…
“Ik zeg altijd: alles wat ik voor RTL doe, is mijn leukste hobby ever. Het is ongelooflijk leuk om te doen, de hardwerkende teams vind ik inspirerend en we maken samen een mooi product, maar het is voor mij een hobby. Ik ben gewoon aannemer en heb een bouwbedrijf.”
Merk je daar dat meer mensen je willen inhuren?
“Dat is niet normaal! Ik doe ongeveer dertig verbouwingen per jaar en heb sinds oktober meer dan 700 aanvragen gekregen. Er wordt vaak gevraagd of ik ergens even mee wil kijken, of: ‘Ik zou mijn vrouw voor haar verjaardag graag een sessie met jou geven, dat jullie samen door ons huis gaan’. Maar dat kan natuurlijk niet allemaal. Ik maak alleen ontwerpen voor projecten die we zelf uitvoeren en zeg dus veel ‘nee’. Hoe leuk ik het ook zou vinden om ‘losse’ ontwerpen te maken voor mensen, ik heb het te druk met mijn eigen werk.”
Zat jouw interesse in huizen en verbouwen er al jong in?
“Zo lang ik me kan herinneren vond ik dat al interessant. Al heel vroeg had ik abonnementen op woonbladen; op mijn tiende las ik Eigen huis & interieur, terwijl mijn broertje de Donald Duck had. En als klein jongetje liep ik al met meubels te schuiven. En ik vond het mega interessant als vrienden van mijn ouders gingen verbouwen. Nee, de woonkamer thuis mocht ik niet aanpakken…”
Hoe groeide je verder op?
“Ik ben de middelste uit een gezin van drie jongens. We groeiden heel stabiel op in Alkmaar en hoewel het er leuk was, wist ik al op mijn vijftiende dat ik daar weg zou gaan, naar de grote stad Amsterdam. Ik was thuis het stuiterballetje aan tafel: ik moest eruit, de wijde wereld in. School vond ik hartstikke leuk, ik had veel vrienden en vriendinnen waarmee ik vaak uitging. Als tiener was ik een beetje alternatief. Een nette punk, zeg maar. Eerst heb ik havo gedaan, daarna ging ik verpleegkunde studeren. Maar zodra ik mijn propedeuse had, dacht ik: dit wordt ‘m niet. Na een leuk zomerbaantje bij Sissy-Boy bleef ik daar vijf jaar werken. Vervolgens ging ik bouwkunde studeren.”
Hoe ontmoette je je vriend Michiel?
“We leerden elkaar ooit kennen in de kroeg. Wat me in hem aantrok? Een soort onbevangen openheid. Het is gewoon een hartstikke leuke man! Van mijn bekendheid hebben we samen weinig last, al maakt hij soms grappen over het ‘Prins Claus-effect’ of zegt hij tegen vrienden dat het koud is in mijn schaduw, haha. Hij is leraar geschiedenis, maar de reacties van leerlingen vallen mee. Hun ouders lijken het nog wel spannender te vinden. Tieners kijken natuurlijk ook geen tv, al valt het wel op dat dit programma door alle lagen van de bevolking wordt bekeken. Mijn fiscalist is er ook aan verslaafd, die heeft alle afleveringen gebingewatcht.”
Wist jij al vroeg dat je op mannen viel?
“Volgens mij weet iedereen dat, zeker achteraf gezien, als kind al. Ik voelde wel dat ik anders was, al had ik daar niet per se moeite mee. Mijn coming out op mijn 19e ging ook soepel, bij mijn ouders was dat ook totaal geen probleem. Het mooiste zou zijn als het helemaal geen issue meer is. Dat is het helaas wel, al voelt het bij mij nergens in mijn leven zo. Een luxe hoor, als je het wereldwijd bekijkt. Het eerste programma dat ik ooit maakte was Bouwval gezocht met Peter van der Vorst. Hij zei weleens: ‘Waarom uit je het niet meer? Dat zou een goed voorbeeld zijn voor jongere homo’s’. Maar ik doe op tv mijn vak en hoef niet bekend te worden als ‘homo-aannemer’ of te gillen als Fred van Leer. Dat is niet wie ik ben of wie ik wil zijn.”
Kijken je ouders naar je programma’s?
(lachend) “Drie minuten nadat een aflevering is afgelopen komt er altijd een telefoontje uit Friesland, waar ze wonen, en wordt er even duidelijk verteld wat er wel én niet goed aan was, want dat uitgesprokene heb ik van hen. We maken weleens het grapje dat als er een aflevering is waar ik niet veel inzit, mijn ouders hem niet goed vinden. Hoe meer te zien is van een metamorfose en mijn vak, hoe beter. Zij zijn er heel trots op dat ik een goedlopend bedrijf heb en dit doe, dat is leuk.”
Ben je thuis ook altijd aan het verbouwen en herinrichten?
“Nee, bij de loodgieter thuis lekt de kraan, zeggen ze. We gaan wel weer verbouwen thuis, en hebben dat ook flink gedaan voordat we dit buitenhuis betrokken, maar de laatste dingen moeten nog steeds worden gedaan. Die kunnen nog weleens lang blijven liggen, De badkamer is gedaan, bijvoorbeeld, maar het vloertje moet nog worden betegeld. Tegenwoordig laat ik alles doen, ik klus niet meer zelf. Al vind ik het wel leuk om de tuin bij te houden, hier en op ons dakterras in Amsterdam. En ik wil in huis meer aanpakken dan Michiel, maar we hebben dezelfde smaak, dat scheelt.”
Smaakt dat tv-werk naar meer? Misschien eens een programma dat niet gaat over bouwen?
“Het volgende dat ik ga doen is met Tijl Beckand, waarin we stellen volgen die een huis ‘flippen’: zij kopen een huis met als doel dat te verkopen met winst. Ik kan tips geven, maar laat ze ook heerlijk hun eigen ding doen. Ze hoeven niet naar me te luisteren. Dat moet volgend voorjaar op tv komen. En wat ik nog weleens wil maken voor Omroep MAX is iets met het gegeven dat ouderen zo lang in hun huis blijven wonen nadat de kinderen weg zijn. Dan kun je ook besluiten kleiner of anders te gaan wonen, met daarnaast een huisje in het buitenland of zo. De markt zit op slot en soms vind ik het zo zonde, dan zitten mensen met z’n tweeën nog in een enorm huis terwijl niemand meer blijft logeren. Die huizen zijn op een gegeven moment eigenlijk te groot en moeten naar het volgende gezin.”
En buiten je werk, wat wil je nog?
“Ik roep al drie jaar dat ik dit nog tien jaar doe, haha. Maar ik vind werken hartstikke leuk. Mijn grootste wens is dat ik een mooie balans vind tussen werk en privé, want ik hang aan tegen workaholic en haal nu de zestig uur per week. Michiel houdt me daarin wel scherp. We zitten nu vlak voor onze vakantie, er moest nog van alles af, dus vorige week had ik drie avonden achter elkaar opnames. Dan wordt het wel veel. Michiel zegt nooit: ‘Maar nu ben ik aan de beurt’, alleen iets van: ‘Pas op jezelf’. We hebben altijd een goede balans tussen dingen zonder en met elkaar doen. Wat we samen het allerleukst vinden is lekker eten. Je kan me bijna niet gelukkiger maken dan ergens in Spanje goed te gaan lunchen met een glaasje wijn. Ik kook zelf ook, dat vinden we allebei leuk, en thuis geven we vaak etentjes. Soms zitten we met 35 man in ons huis aan een lange tafel. Dat zijn de beste avonden.”
Bobs tips voor je huis of verbouwing
1. “Probeer zo vroeg mogelijk op de woningmarkt te komen. Het is bewezen dat als je maar lang genoeg een huis bezit, dat je allerbeste spaarpot is. Je hebt alleen tijd nodig om het uit te houden als de markt (tijdelijk) in elkaar klapt.”
2. “Laat voordat je gaat verbouwen iemand met verstand ernaar kijken en zorg dat er een goed plan is. Hoe saai het ook is: de basis is het belangrijkst. Ik snap dat het leuker is om tegeltjes uit te zoeken, maar het is echt een must dat eerst je indeling, elektra en dak op orde zijn.”
3. “Probeer uit te zoeken wat je echt mooi vindt, niet alleen door de Pinterest-plaatjes te volgen die nu hip zijn. Dan krijg je een huis dat hetzelfde is als dat van iedereen. Verzamel dingen om je heen waarvan je denkt: dat hoort bij mij. Dus koop een keer echt mooie glazen in plaats van acht voor een euro!”
Tekst: Tanja Spaander. Foto’s: Yasmijn Tan. Visagie: Wilma Scholte.