Drielingmoeder Sientje: ‘De eerste rit duurt zeven uur. Hoe gaan onze meiden dat doen?’
9 oktober 2020
“Daar gaan we dan. Een auto vol met spullen, maar vooral een berg kinderen op de achterbank. Nog steeds verbaast het me als ik achterom kijk. Daar zit ons complete gezin met de beste kapitein aan het stuur.
Autorit
De eerste rit gaat een reis van zeven uur zijn. Hoe gaan onze meiden dat doen en gaan we dit zelf wel volhouden? Zitten ze vechtend op de achterbank en zit ik de hele rit achterstevoren? De antwoorden weten we nog niet, maar het hotel is geboekt dus terugkrabbelen is geen optie. Om vier uur midden in de nacht sluipen we de slaapkamer in waar onze meiden nog vredig liggen te slapen. Al slapend tillen we ze uit de bedjes, tenminste dat was het plan. Als ik eerlijk ben klonk het als een prima plan. Met pyjama en al de autostoel in zodat we de eerste drie uur ongestoord gas kunnen geven.
Wakker
Bij de eerste deurzwaai zit Tess al rechtop en kan het niet laten ons te benoemen. Waar ik daar normaal soms best trots op ben ben ik er nu echt niet blij mee. Papa, mama, roept ze opgewekt. Ssst jij hoort te slapen en al helemaal niet te praten. Hierdoor is de toon natuurlijk gezet en staan ook Pip en Janne op aan.
Wakker en wel zitten we dus met het hele team om vier uur ’s nachts in de auto.
Sprookje
Omdat ik wist dat dit een lange rit ging worden hebben we wat reddende rommel ingeslagen. Daarnaast hebben we van een bekende twee televisieschermen voor aan onze hoofdsteunen kunnen lenen. Ook snoep, fruit en drinken mogen niet ontbreken. Waarbij rozijntjes het allerbelangrijkste zijn, daar zijn ze wel even zoet mee. Eigenlijk best gemeen, kleine minisnoepjes in een te klein doosje geduwd om ze met de kleine motoriek er weer uit te gaan vissen. Je kan er van vinden wat je wilt maar het werkt in ieder geval wel. Om nou te starten met een bak rozijnen om vier uur ’s nachts gaat me toch echt te ver. Dus het eerste uur zitten we braaf voor ons uit te staren en luisteren we gezamenlijk naar een sprookje. Ik weet niet eens meer welk sprookje dus zo aandachtig was ik er zelf niet bij.
Rozijnen
Als onze meiden uiteindelijk ook afhaken, grijp ik dan toch maar naar de rozijnen. Om half zes klinken rozijnen als een prima ontbijt. Zitten ook weleens in de muesli, praat ik mezelf goed. En zo zijn ze dan toch weer een half uurtje stil. Ik zie dat Janne en Tess vechten tegen de slaap maar er niet aan toe gaan geven. Uiteindelijk kies ik er voor de televisie aan te zetten en het zandkasteel de komende tijd maar het vermaak gaat zijn. Thuis heb ik over het algemeen de regel dat de televisie voor 4 uur ’s middags niet aangaat (weekenden uitgezonderd). Onder het mom “het is vakantie”, gooien we al onze principes overboord.
Auto’s op de weg
Gelukkig brengt het zandkasteel rust. Zeker wel anderhalf uur van de zeven. Inmiddels heb ik al spierpijn in mijn nek van het omkijken. Het begint licht te worden en steeds meer auto’s zijn net als wij onderweg. Ondertussen vraag ik me altijd af waar die mensen toch zo vroeg naartoe gaan? Wij zijn ook op weg maar dat is een uitzondering, maar wat gaan jullie allemaal doen? Een man in pak, een ouder stel, moeder met kind, één of andere gabber met een zonnebril en een vrouw met een kapsel zo hoog als het dak van de auto. Gaan die allemaal werken? Komen die terug van een avond uit?
Spuugpak
Achter me hoor ik een geluid wat ik niet kan thuisbrengen. Ik draai me om en zie het krentjesontbijt op Janne’s schoot liggen. Stop maar even Jos want hier gaat iets niet helemaal goed. De eerste afslag gaan we er af. Ik haal Janne uit de auto en ruil haar pyjama in voor de kleding van morgen. Spuugpak achter in de auto en daar gaat uur drie. Ik zal jullie de beschrijving van de hele rit besparen maar de ijskrabber, wegenkaart en een verdwaald stiekje hebben zeker meegeholpen om na zeven uur rijden op plaats van bestemming te zijn.
Over Sientje
Sientje blogt iedere maand over haar leven als drielingmoeder. Ze stond in 2019 met haar verhaal in Vriendin. Na een zwangerschap van 28 weken, werden Tess, Janne en Pip geboren. Ze waren klein, maar dapper. Vooral Pip; zij had het moeilijk en vocht om in leven te blijven. De meisjes lagen zeven weken in een couveuse om aan te sterken. Het was een periode waarin Sientje zich vaak machteloos voelde omdat ze niets voor haar dochters kon doen, maar ook een tijd waarin zij en Jos veel steun van hun omgeving kregen. Jos en Sientje zijn nooit gestopt met hopen en wensen dat hun kinderen alle drie naar huis zouden komen. Toen het eindelijk zover was, durfden ze het geboortekaartje pas te versturen. ‘If you can dream it, you can do it’ staat er in sierlijke letters op het kaartje. Lees ook de vorige blogs van Sientje.