puber

Ellens zoon (24) is aartslui: ‘We hebben hem te lang gepamperd’

Waar de dochters van Ellen (52) prima voor zichzelf kunnen zorgen, is haar zoon Mart (24) aartslui. Werken doet hij niet, betalen voor zijn eten evenmin. “Ik kan wel boos worden, maar er verandert niets.”

Ellen: “Toegegeven: het is m’n eigen schuld. Ik heb mijn zoon Mart tot op het bot gepamperd en verwend, samen met mijn man en zijn twee zussen. Mart was ons cadeautje, het nakomertje. Hij werd daardoor lang gezien als ‘de baby’ in ons gezin; een superlieve jongen en iemand die je naar hartenlust kon vertroetelen.
Te lang, want nu hij inmiddels allang niet meer schattig is, gedraagt hij zich nog steeds als een hulpbehoevend, afhankelijk kind. Hij onderneemt geen enkele actie het huis uit te gaan en laat zich het leven aanwaaien. Mart voelt zich niet geroepen iets bij te dragen aan de maatschappij of te zoeken naar een baan. Sterker nog: hij heeft geen dag gewerkt in zijn leven. Vindt Mart niet nodig. Waarom ook? Hij geniet heerlijk van zijn vrijheid in Hotel Mama en snapt echt niet waarom ik dat nu ineens zo irritant vindt.”

Liever lui dan moe

“Als kind hoefde Mart nooit iets. Met drie vrouwen in huis, was er altijd wel iemand die klusjes voor hem wilde oppakken. In eerste instantie ook omdat hij vijf dagen in de week hockeyde en voetbalde en veel tijd kwijt was aan zijn sporten. En toen hij vervolgens zijn been op meerdere plaatsen brak en maanden uitgeschakeld was, deden we het om hem te ontlasten. Met twee krukken de vaatwasser uitruimen, lukte hem uiteraard niet.
Maar nadat zijn been was hersteld, pakte ik nog steeds alles uit zijn handen. Zijn zussen Sabrina (nu 31) en Jolanda (na 29) deden daar net zo hard aan mee. De enkele keer dat ik Mart vroeg of hij de tafel wilde dekken, hoefde hij maar naar een van zijn zusjes zussen te lachen of zij deden het al voor hem. En de slaapkamers op de bovenverdieping stofzuigen, zoals alle kinderen om het weekend moesten doen? Mart mocht dat niet eens van zijn zussen, sinds hij per ongeluk alle Playmobil en hun make up had opgezogen. Zij namen die taak wel voor hem op zich.
Mart vond het allemaal prima.  Hij was toen al liever lui moe. Zelfs als hij zijn vader in de tuin diende te helpen, verzon hij excuses en speelde zijn charmekaart. Mijn man Bart had geen zin in strijd en vond dat hij het sneller alleen kon, dan met een nukkig of onhandig kind. Zo ontliep Mart dus alle taken in huis. Wij lieten dat gelaten toe, ook omdat hij vaak zo lief was. Maar inmiddels is er niks veranderd en gaan er weken voorbij, zonder dat Mart iets uitvoert in het huishouden.”

Weinig opgestoken

“We hebben heus wel iets goed gedaan in de opvoeding, zeggen Bart en ik vaak grappend tegen elkaar. Onze dochters zijn zelfstandige, sterke, hardwerkende vrouwen die allebei een studie hebben voltooid. Sabrina heeft de Pabo gedaan en Jolanda heeft Nederlands gestudeerd.  Ze wonen inmiddels met hun partners op zichzelf, hebben een koophuis en goede banen. Ook in hun jeugd waren ze altijd aan de slag met bijbaantjes achter de kassa in de supermarkt, als kinderoppas en in de horeca.
Bart werkt zelf fulltime in de bouw, ik twintig uur in de week als kapster. Bart en ik vonden en vinden het belangrijk dat onze kinderen hun eigen boontjes kunnen doppen en financieel onafhankelijk zijn. Alle kinderen kregen al jong van ons zakgeld: de helft was om uit te geven, de andere deel moesten ze sparen. Vanaf hun twaalfde gaven we hen ook kleedgeld. Zo konden ze goed om leren gaan met geld en het belang inzien van een baan.
Alle drie de kinderen hebben we wat dat betreft hetzelfde opgevoed, maar toch heeft Mart daar blijkbaar weinig van opgestoken. Hij is nu 24, niet van plan op korte termijn het ouderlijk huis te verlaten en heeft nog nooit ergens serieus gewerkt. Hij heeft ooit een paar uur auto’s gewassen voor een garage, maar dat vond hij zo’n saai baantje, dat hij daar na een halve dag mee is gestopt en nooit meer is teruggekeerd.
Ook qua opleiding is het geen doorzetter. Hij is aan drie studies begonnen en heeft er geen een afgemaakt. Na het behalen van zijn vmbo-g diploma schreef hij zich op ons verzoek in bij een horeca-opleiding. Hij had zelf geen flauw idee wat hij wilde worden, noch zin om zich ergens aan te melden. Hij was vroeger gek op koken en een koksopleiding leek mij een prima investering. Eten moeten we altijd, dus zal er ook altijd werk in zijn.
Maar na een half jaar weigerde hij nog langer naar die school te gaan. Hij vond het vervelend en had helemaal niks met de vakken die werden gegeven. Bovendien haalde hij slechte cijfers en stond voor al zijn vakken onvoldoende. De rest van het jaar heeft nutteloos thuis gezeten.
Vanwege de leerplicht, maar ook omdat hij anders geen enkele opleiding had, ging hij het jaar erop opnieuw een studie volgen. Dit keer in de richting van zijn vader: een allround opleiding in de bouw.  Het land zit immers te springen om metselaars, tegelzetters en timmermannen. Mart had best aanleg, maar heeft het krap anderhalf jaar volgehouden. Totdat hij stage moest lopen en er achter kwam dat hij het vroeg opstaan in de bouw echt vreselijk vond.
Drie keer is scheepsrecht, dachten Bart en ik. We bedachten dat het beter zou zijn als hij een creatieve opleiding zou volgen. Misschien was hij daar beter op zijn plek? Als kind kon hij leuk zingen en op de lagere school noemde zijn leraar hem kunstzinnig. We bezochten open dagen en kozen voor een theaterachtige opleiding, waar hij eventueel ook de technicus-kant op kon.
In het begin leek het ook allemaal een succes te gaan worden, totdat hij ziek werd, vakken moest inhalen en daar geen zin in had. Wederom hetzelfde liedje: Mart haakte af. Dit keer voorgoed. Hij was toen achttien jaar en niet verplicht meer naar school te gaan.
Wij vonden het prima. Wij waren ook wel klaar met het betalen van iedere keer zo’n twaalfhonderd euro aan schoolgeld, terwijl Mart er niets mee deed. Mocht hij nog iets willen leren, dan kon hij dat zelf ophoesten door zijn handen uit de mouwen gaan steken als pizzakoerier of vakkenvuller.”

Langdurige sabbatical

“In eerste instantie dacht Mart dat hij nog wel verder wilde gaan leren. Hij laste eerst een jaar ‘sabbatical’ in, een soort tussenjaar om zich te beramen op wat hij nu zou kunnen doen. Wij namen aan dat hij dan een baan zou gaan zoeken: hij moest nu zijn eigen zorgverzekering en telefoonabonnement gaan betalen. Maar toen kwam corona en veranderde alles. Mart kon geen baan vinden en omdat je van een kale kip niet kan plukken, bleven mijn man en ik zijn verzekeringen en abonnementen voor hem betalen. Wel met de toevoeging: zodra je salaris krijgt, is het allemaal voor eigen rekening. Dat vond hij een goed idee.
Helaas is er nooit een fatsoenlijk salaris gekomen. Dat ene tussenjaar is uitgegroeid tot bijna vier jaar niets doen. Eerst door de pandemie, daarna doordat hij geen idee had wat hij zou moeten gaan doen en nu omdat hij nergens aan de bak komt. Mart heeft geen enkel diploma, anders dan het vmbo. En voor veel banen waar je geen scholing voor nodig hebt, is hij al te oud en dus te duur.
Bovendien vindt Mart het ‘zonde van z’n tijd’ om iets te doen waar hij geen feeling mee heeft. Hij weigert plantsoenen bij te houden of voedsel rond te brengen. En de motivatie zijn eigen centen te verdienen, mist hij ook al. Hij heeft weinig nodig, zegt hij. Op zijn spaarrekening staat genoeg. Mart is altijd een spaarder geweest . Zijn zak- en kleedgeld en dat wat hij ontving op verjaardagen, potte hij helemaal op. Hij kocht pas een nieuwe broek als de oude letterlijk van z’n billen gleed. Zijn rijbewijs kreeg hij van ons – net als zijn zussen – als hij niet rookte tot zijn achttiende. Het enige waar hij zijn spaargeld aan besteed is aan games, fastfood, als hij een keer uitgaat of naar de bioscoop met vrienden.
Als ik het vraag, wil hij nog wel eens koken, maar het liefst doet hij aan gamen. Overdag en ’s avonds zit Mart op zijn kamer en speelt spelletjes op de PlayStation. Meestal met jongere kinderen: zijn neefjes of broertjes van jongens die hij kent, want zijn eigen vrienden hebben geen tijd. Die zijn wel gewoon aan het werk of aan het studeren.
Het is niet dat hij depressief is of geen vrienden van zijn eigen leeftijd heeft, want in het weekend zoekt hij ze wel op. Dan gaat hij ook wel eens naar de bioscoop of stappen.  Aan de ene kant  ben ik daar blij om want dat betekent dat hij toch in aanraking komt met het ‘normale leven’, maar tot nu toe motiveerde het hem niet zelf ook iets te gaan doen.”

Veel strenger

“Mijn dochters vinden dat ik veel strenger moet zijn voor Mart. Hem zijn eigen abonnementen laten betalen en niet meer de hand boven het hoofd houden. Op deze manier komt er niets van hem terecht, zo waarschuwen ze ons. Maar hoe doen we dat? Natuurlijk zou ik allerlei strafmaatregelen kunnen gaan bedenken, maar hij is volwassen en ik wil geen dagelijkse strijd die de sfeer thuis verpest. Bovendien, wat ik ook zeg of hoe boos wij ook worden op Mart, er verandert niets aan de situatie.
Mart vindt het allemaal prima. Oké, hij zou best op zichzelf willen, maar hij is realistisch. De kans op een eigen woning is tegenwoordig klein, vanwege de woningnood. Hij staat wel ingeschreven bij de woningbouwvereniging, maar heeft rang 286 of zo. En hij heeft toch geen geld voor huur of vaste lasten, dus doet hij ook verder geen moeite woonruimte te zoeken.
Ook thuis betaalt Mart niet voor zijn eten en drinken. Daar heeft hij geen geld voor en Mart vindt dat ook onzin: er is sowieso water, elektriciteit, gas en internet thuis aanwezig, dat kopen we niet speciaal voor hem. En koken moet ik toch al, dus wat maakt zijn aanwezigheid dan uit?
Dat ik de laatste tijd steeds meer begin te balen van de hotelfunctie, heeft te maken met het feit dat het nu al jaren doorgaat en ik geen uitzicht zie op betere tijden. Mart komt niet in beweging, tenminste niet vanzelf.
Hij heeft nu een uitkering aangevraagd. Ik heb daar moeite mee: een uitkering is voor mensen die echt niet kunnen werken, niet voor een jong volwassene die helemaal gezond is en prima kan werken. Enige voordeel van een uitkering is dat daar ook een sollicitatieplicht aan vast zit. Zo wordt hij hopelijk gedwongen om in actie te komen. Hoe lief we onze zoon ook vinden, het wordt gewoon tijd dat hij zelfstandig wordt en richting de uitgang gaat.  Mijn man en ik willen zelf ook graag gaan reizen en we verlangen naar de tijd dat we het huis en ons leven weer voor onszelf terugkrijgen.”

Tekst: Joan Makenback. Om privacyredenen zijn alle namen veranderd, De echte namen zijn bekend bij de redactie.​​​​​​
Foto: Getty Images

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.