Canva1 21

Esthers moeder overleed op 49-jarige leeftijd

Het verlies van een dierbare is ongelooflijk verdrietig. Over hem of haar praten, kan soms helpen. Wie was degene die overleed en wat is zijn/haar verhaal? Deze week vertelt Esther (45) over haar moeder Edith op haar 49ste overleed. “Na een aantal weken in de hospice mocht ze weer naar huis. Dat was zo gek. We hadden ons ingesteld op haar dood, maar die kwam niet.”

Esther: “Mijn moeder Edith was een hardwerkende, creatieve en lieve vrouw. Samen met mijn vader runde ze vier stoffenwinkels. Naaien was haar grote hobby. Ze was er erg goed in en gaf ook naailes aan andere vrouwen.
Ik was het enige kind van mijn ouders. Als tiener hielp ik in de weekenden vaak in de winkel. Vooral mijn moeder en ik waren heel hecht met elkaar. Als er iets was, dan was zij de eerste aan wie ik het vertelde. We waren echt vier handen op één buik.”

Rugpijn

“Dat mijn moeder ziek bleek te zijn, hadden we totaal niet zien aankomen. Ik was pas achttien, zij 42 jaar en altijd erg gezond. Toch kreeg ze op een dag last van haar rug. Ze had zoveel pijn dat ze dacht aan een hernia. Toen ze op een gegeven moment niet meer overeind kon komen, meldde ze zich bij het ziekenhuis. Daar werd ze direct opgenomen en er volgden allerlei onderzoeken.”

Niet meer genezen

“Na een week kregen we eindelijk de uitslag: mijn moeder had de ziekte van Kahler, een vorm van kanker in het beenmerg. Dat de kanker erg agressief was, was op de scan goed te zien. Omdat je beenmerg zich in het binnenste gedeelte van je botten bevindt, was de kanker in het lichaam van mijn moeder al voor een groot deel verspreid. De artsen konden helaas niet zeggen hoelang ze nog had, maar wat ze wel wisten, was dat mijn moeder niet meer kon genezen.”

Scheiding

“Het was vreselijk nieuws. De timing kon ook niet slechter, want mijn ouders lagen in die periode net in scheiding en hun naaiwinkels hadden ze zonder winst verkocht. Mijn moeder was dus op zoek op naar ander werk, maar opeens bleek ze niet meer lang te leven te hebben.”

Stamceltransplantatie

“Om zo lang mogelijk in leven te blijven, onderging ze in de jaren daarna allerlei chemotherapieën. Daarna kreeg ze ook een stamceltransplantatie van haar tweelingzus. Tot onze grote opluchting hielp dit. De kanker werd gestabiliseerd en mijn moeder knapte helemaal op.”

Andere wending

“Dankzij de stamceltransplantatie kreeg mijn moeder er een paar jaar extra bij. Helaas ging het daarna weer slechter met haar. Zo slecht dat ze uiteindelijk in een hospice terecht kwam. Daar lag ze dan. In een spiksplinternieuwe hospice waar ze de eerste patiënt was.
Volgens de artsen zou haar overlijden niet lang meer duren, maar wonder boven wonder voelde ze zich in de hospice elke dag een beetje beter. Na een aantal weken mocht ze daarom zelfs weer naar huis en dat was zo gek. We hadden ons ingesteld op haar dood, maar die kwam niet.”

Mooie reis

“Natuurlijk was mijn moeder nog wel ziek. Ze voelde zich dan wel beter, maar het was niet zo dat ze opeens weer de vrouw van voor haar ziekte was.
Ons grootste droom was met z’n tweeën op rondreis door Florida te gaan. Ik had geen idee of dat nog zou lukken, maar gelukkig kregen we na veel overleg met mijn moeders artsen groen licht. Het werd een prachtige reis waarbij we heel veel hebben gezien.”

Met z’n tweeën

“Mijn moeder vond het heel moeilijk om mij alleen achter te laten. Na de scheiding was het zij en ik en ik dacht liever niet te veel na over mijn moeders dood.”

Opnieuw in hospice

“Hoewel ze zich in Florida nog best oke voelde, ging haar gezondheid na terugkomst in Nederland snel achteruit. Opnieuw kwam ze in een hospice terecht en daar ze is uiteindelijk in het bijzijn van mij en haar zussen op 4 augustus 2002 overleden.”

Nieuwe start

“Haar begrafenis had ze al helemaal zelf geregeld. Aan alles was gedacht en dat was voor mij zo’n opluchting. Doordat ik weinig hoefde te regelen, kon ik in alle rust afscheid nemen van mijn moeder. Daarna probeerde ik mijn leven weer op te pakken. Ik was inmiddels 24 jaar en woonde nog in het huis dat ik samen met mijn moeder deelde. Daar blijven, was voor mij geen optie. Alles in mijn huis deed me denken aan mijn moeder en dat deed me heel veel verdriet. Vandaar dat ik besloot om naar een andere stad te verhuizen en daar een nieuwe start te maken. Niet veel later ontmoette ik mijn man Jan. We werden superverliefd op elkaar en kregen samen drie zoons.”

Koppelen

“Dat mijn moeder mijn man en kinderen nooit heeft kunnen ontmoeten, vind ik nog steeds moeilijk. Ze wilde zo graag dat ik gelukkig werd. In haar laatste jaren heeft ze me zelfs nog geprobeerd te koppelen aan iemand, maar ik had daar toen helemaal geen behoefte aan.”

Bijna ouder

“Inmiddels ben ik zelf 45 jaar, vier jonger dan toen mijn moeder overleed. Het gekke is dat ik vlak na mijn 42ste verjaardag te horen kreeg dat ik oók ziek was. Gelukkig was niet dodelijk, maar de ziekte van Crohn (een chronische ontstekingsziekte van de darm, red.) is zeker geen pretje. Vandaar dat ik op mijn vijftigste een groot feest wil geven. Ik ben dan officieel ouder dan wat mijn moeder werd en ik wou dat ik dat met haar kon delen. Hoewel ze 21 jaar dood is, voelt het niet zo. Haar foto hangt bij mij in de woonkamer en aan mijn jongens vertel ik graag over haar. Zo is ze er voor mijn gevoel nog steeds een beetje bij.”

Tekst: Renée Brouwer
Foto’s: eigen foto

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.