Eveline: ‘Ik maak plaats. Pas dan merk ik mijn fout’
3 september 2024
Eveline (52) en haar partner Emiel raken op vakantie betoverd door een veel te vervallen villa. Na lang twijfelen besluiten ze dat hun toekomst in Frankrijk ligt. Dat betekent wel dat er enorm veel op ze afkomt.
In Vriendin deelt ze elke week hoe het ervoor staat met hun paleisje.
De zon knapt bijna uit elkaar, zo warm is het. In de ontbijtzaal ligt nog een gebroken limonadeglas. Ik moet de tweede was nog ophangen. En vanavond eten er gasten mee en mijn knie heeft zijn dag niet. Ik schiet in standje ‘haast-en-stress’. ‘Ik doe de kamers vast en maai daarna snel het gras.’ Emiel zit gelukkig al wel in de tweede versnelling. Ik knik. De badlakens moeten ook nog over de stoelen worden gehangen. En het water van de jacuzzi en het zwembad moet nog worden gechloord en getest.
Verhit en verward race ik naar de supermarkt. Voor acht personen vlees. Welke groenten zijn er vandaag? En wat moet erbij?
Dame
Ik ben zo diep in gedachten dat ik bijna tegen een mevrouw bots. Ze houdt een watermeloen vast en lacht vriendelijk. Een andere dame neemt de meloen aan en schikt hem tussen het andere fruit in het karretje. Ik zie lange, magere benen, roze lipstick, een five-o-clock-schaduw op de kin en stoppels boven de neus. Het doet, samen met de camelkleurige rok en de blonde krullenpruik, niets af aan haar schoonheid. Ik word blij als ik haar zie glimlachen.
Saint-Mathieu ligt landelijk. Er zijn hier weinig immigranten of asielzoekers, want er is weinig reuring en zonder auto is er mondjesmaat aan variatie. Ook de LHBTQ-karavaan trekt richting grote steden. Een burka of hoofddoek zie ik hier niet eens wekelijks.
Ik zoek perziken uit en denk na. Hoe is het voor deze dame om op deze manier in het openbaar te verschijnen? Misschien komt ze al jaren in deze supermarkt. Hoe vaak als vrouw? Zijn dit haar eerste stapjes of is ze bezig met een proces, de zogenaamde ‘transitie’?
Ik durf het niet te vragen. Bovendien, ik heb haast. De zon spat buiten van de autodaken. En wat serveer ik vandaag als toetje? Wordt pudding nog stijf als ik die maak zodra ik thuiskom? Of beter iets met ijs?
Ik duw mijn kar verder. Ontbijtboter. Check. Alcoholvrij bier. Check. Puffend manoeuvreer ik mijn winkelwagen naar de kassa. Duizend boodschappen op de band. Bliep, zegt de scanner. Bliep. Bliep. Ik stop alles in big shoppers. Reken af. Nog een paar dingen, dan staat alles gesorteerd in mijn karretje en moet ik weer snel naar…
Foutje
‘Mag ik er even bij?’ Gebogen boven twee avocado’s hoor ik een herenstem. Ik zie een hand met daarin een pinpas die richting het apparaatje beweegt waar ik pal voor sta.
‘Allez-y, monsieur.’ Ik maak plaats. Pas dan merk ik mijn fout. Achter me staat de dame met de blonde pruik. En ik noem haar meneer!
Vier keer zeg ik sorry, maar het leed is al geschied. Een treurig knikje. ‘Geeft niets.’ Droevige ogen. Haar trots is geknakt.
Als ik op dat moment vijftig euro zou kunnen geven om de klok één minuut terug te draaien, zou ik dat doen. Domme ik.
Voor me rijden ze de parkeerplaats af, de twee dames. En ik weet niet wie van ons drieën zich de rest van de dag het rotst voelt.
Meer lezen van Eveline? Je leest haar columns elke week in Vriendin. Volg haar ook op Instagram @villaverte87.