Heerlijk spelen
15 januari 2016
‘Zullen we vanmiddag nieuwe kleren voor jou gaan kopen?’ vraag ik aan het ontbijt. Daar heeft Adriana wel zin in, maar eerst moet ze een ochtend naar school.
‘Zullen we vanmiddag nieuwe kleren voor jou gaan kopen?’ vraag ik aan het ontbijt.
Daar heeft Adriana wel zin in, maar eerst moet ze een ochtend naar school.
We zijn nog maar amper in de klas of Adriana’s vriendinnetje komt naar ons toe en zegt, zonder dat ze iets aan ons gevraagd heeft: ‘Ik mag van mijn moeder met Adriana spelen.’
Ik leg uit dat we vanmiddag eigenlijk nieuwe kleren zouden gaan kopen. Het woordje ‘eigenlijk’ maakt mij week. Ik zal overtroffen worden.
Adriana vraagt: ‘Mama, mag ik vanmiddag met Lisanne spelen?’
‘Jawel.’
Er klinkt gejuich.
De toegeeflijkheid komt niet alleen vanuit mijn slappe karakter, maar ook vanuit mijn gevoel, dat spelen belangrijker vindt dan nieuwe kleren, zolang Adriana nog niet in haar blootje loopt.
Na schooltijd rennen Adriana en Lisanne hand in hand voor mij uit.
Ik dek de tafel, maar nog voordat we gaan eten, zijn de kinderen in de weer met poppen die ze ‘zusjes’ noemen.
Na de lunch komt de K3-mat tevoorschijn. De oude K3-formatie doet het nog prima.
‘MaMa sé! MaMa sa!’
‘Doe maar iets zachter.’
Het volume gaat omlaag, maar even later schalt er toch weer een keiharde ‘MaMa sé!’ door de kamer.
‘Mogen we kleien?’
Ik zet de potjes klaar en de meiden gaan aan de slag. Ik krijg taartjes in allerlei kleuren met hartjes en sterretjes erop.
Adriana en Lisanne kleien wel een uur, maar dan hoor ik ineens weer ‘Mama Sé!’
Ik ga thee zetten. Gelukkig zijn de meisjes nu aan het ruziën over hun Frozen stickers, want ik werd helemaal gek van ‘MaMa Sé!’
Na de thee stuiven de vriendinnen met hun ‘zusjes’ naar boven, mij achterlatend met de zwijgende K3-mat, opengescheurde zakjes Frozen plaatjes, theeglazen, koekkruimels, taartjes, stukjes klei en lege bekertjes.
Ik ruim de boel op. Eigenlijk moet ik het de kinderen laten doen, maar ja, ik hoef geen perfecte moeder te zijn. Ik wil een lieve moeder zijn.
Ik ga nog even met een dweil over de vloer van het toilet, waar de dametjes samen zijn geweest en iets te fanatiek hun handen hebben gewassen.
‘Ze hebben heel leuk gespeeld!’ zeg ik, recht uit mijn hart, tegen de moeder van Lisanne, als zij haar dochter komt ophalen.
We zwaaien Lisanne uit.
Hèhè! Ik ben wel een beetje moe, maar toch vind ik het heerlijk dat de kinderen niet aan televisiekijken hebben gedacht.