Heleen: ‘Zin of geen zin, we doen het om de dag’
18 januari 2021
Als de dochter van Heleen (42) overlijdt, breekt er een treurige tijd aan. Niet alleen staat haar leven in het teken van rouw, ook dreigen zij en haar man Peter (43) elkaar langzaam kwijt te raken. “Andere mensen hadden ons al daarvoor gewaarschuwd. Gelukkig wisten wij het tij te keren.”
Heleen: “Op een feestje hoorde ik ooit iemand zeggen: ‘Het mooiste cadeau dat je je kinderen kunt geven, is houden van je partner.’ Die uitspraak bleef hangen, ik vond hem zo mooi. Het is ook zo: de veiligheid van een hecht gezin is onbetaalbaar voor kinderen. En de basis daarvan is volgens mij een goede relatie hebben. Peter en ik hebben dat, maar na alles wat we hebben meegemaakt, realiseren we ons heel goed dat die relatie niet vanzelfsprekend goed blijft. We investeren erin, maken tijd en aandacht voor elkaar. En we zijn er vooral op gebrand ons seksleven niet te laten versloffen. Twee jaar geleden maakten we een afspraak: we gaan om de dag met elkaar naar bed. En aan die afspraak houden we ons nog steeds. Het werkt fantastisch. Sterker nog, het heeft onze relatie er weer bovenop geholpen, na een turbulente tijd. Veertien jaar geleden kregen we na drie zoons, Robin (nu 19), Thijs (18) en Bas (16), een dochter, Carola. Ze werd veel te vroeg geboren, al na dertig weken zwangerschap. Een spannende tijd volgde, we wisten niet of Carola het zou redden. Gelukkig bleef ze in leven, maar in de weken na haar geboorte kreeg ze tot drie keer toe een ernstige hersenbloeding. De hersenschade was zo groot dat Carola nooit zou kunnen lopen en praten. Bovendien had ze een ernstig hartprobleem. We wisten dat ze altijd veel zorg nodig zou hebben en ook dat ze waarschijnlijk niet oud zou worden.”
Op z’n kop
“We hielden met heel ons hart van Carola, maar haar komst zette ons leven op z’n kop. Van een normaal gezinnetje veranderden we in een zorggezin. Alle afspraken en plannen die we maakten, waren onder voorbehoud. Verjaardagen, vakanties, dagjes weg – alles kon op het laatste moment worden afgezegd als het met Carola niet goed ging. Een gewone infectie kon door haar hartprobleem al levensbedreigend zijn. Meteen na Carola’s geboorte hadden Peter en ik besloten: we gaan niet bij de pakken neerzitten. We probeerden er het beste van te maken. Met die instelling hebben we jarenlang geleefd Natuurlijk zaten we ook met vragen: waarom overkomt ons dit? Een vraag waarover Peter en ik samen konden praten. En samen konden we ook genieten, van Carola. Want naast de zorg die soms zwaar was, waren er ook veel mooie momenten. Als ze lachte, smolt ik. Carola kon niet praten, maar we konden wel met haar communiceren door haar veel aan te raken en liefde te tonen. Dat waren mooie momenten, die Peter en ik deelden. Sowieso deelden en praatten we veel. Dat deden we ook al voor Carola’s geboorte. Helemaal in het begin van onze relatie had dat praten mij moeite gekost. Ik was van huis uit niet gewend om gevoelens uit te spreken. Ja, je hield van elkaar, maar dat hoefde je toch niet te zeggen? Peter heeft me geleerd om wél te praten over mijn gevoelens en gedachten. Met engelengeduld heeft hij het uit me getrokken, doorgevraagd over mijn emoties en gedrag en waar dat vandaan kwam. Peter leerde me dat hierover praten juist goed is, dat het aan de basis ligt van een goede relatie. Hiermee legden we het fundament onder de goede communicatie tussen ons, die ons zeker na de geboorte van Carola ontzettend heeft geholpen.”
Gekunsteld
“Door wat er met Carola aan de hand was, kwamen we veel in het ziekenhuis. Kort na haar geboorte zei een specialist: ‘Wat jullie meemaken, gaat een enorme wissel trekken op jullie relatie. Houd elkaar goed in het oog. Als je niet oppast, drijf je uit elkaar. Ik heb meegemaakt dat mensen in een soortgelijke situatie gaan scheiden, of zelfs het leven niet meer zien zitten.’ Ik schrok van zijn woorden. Natuurlijk, Peter en ik hadden een goede relatie, maar als het zo heftig was dat sommige mensen niet meer verder wilden leven, dan konden we er niet zomaar vanuit gaan dat ons huwelijk de stormen die ons nog te wachten stonden, zomaar zou overleven. We moesten elkaar goed in de gaten blijven houden, ons altijd realiseren dat we naast verzorgers ook partners en minnaars waren. Bang dat ons huwelijk het niet zou redden was ik niet, maar ik was wel realistisch. Uit elkaar gaan kan iedereen overkomen, ook ons. We besloten bewust actie te ondernemen om het niet zover te laten komen dat we elkaar kwijt raakten. Elke week planden we een avond voor onszelf. Oppas regelen en lekker uit eten. Ook gingen we met de jongens op vakantie, zonder Carola. Zij ging dan uit logeren en wij konden ontspannen zonder die voortdurende zorgtaak. Dat hadden we nodig om ook samen weer even op te laden. Bovendien besteedden Peter en ik veel aandacht aan het goed houden van ons seksleven. We zaten altijd op zo’n twee keer per week en dat probeerden we zo te houden. Ik denk dat het door de woorden van de arts kwam dat ik er zo gebrand op was om die frequentie vast te houden. Juist nu was het makkelijk om het te laten versloffen, en juist nu was het belangrijk dat niet te doen. Door alles heen, ook al waren we moe of hadden we geen zin, bleven we met elkaar vrijen. Natuurlijk was het niet allemaal rozengeur en maneschijn en hadden we ook weleens irritaties of ruzies. Maar we kwamen er altijd weer uit. Ik geloof in een uitspraak die ik ooit eens hoorde: Love is not a feeling, it’s an act of your will. Niet alles in de liefde hangt af van je gevoel, het is soms ook een kwestie van bepaalde beslissingen nemen, tegen je gevoel in. Dat betekende concreet dat ik bijvoorbeeld na een ruzie, als ik niet zoveel positieve woorden voor Peter over had, besloot: ik kies er nu voor om van jou te houden, en ik wil dat blijven doen. Dat klinkt misschien een beetje gekunsteld, maar het werkte voor mij. In de twaalf jaar dat Carola bij ons is geweest, ging onze relatie er niet aan onderdoor, ondanks de voortdurende zorg. Het maakte ons ook juist sterker. Als je dit samen aankunt, kun je de wereld aan. Ik dacht dan ook dat we dat konden. Tot Carola overleed.”
Noodzaak
“Na het overlijden van Carola, nu twee jaar geleden, veranderde het tussen Peter en mij. Allereerst was er het verdriet, dat we allebei op onze eigen manier beleefden. Ik liet het meer toe dan Peter. Peter was gesloten, zat in een modus van: we moeten door, ons leven oppakken. Hij wilde zelfs niet meer over onze dochter praten. Als ik probeerde het onderwerp aan te roeren, kapte hij het af. Wat ons altijd zo goed was afgegaan – samen praten – lukte nu niet meer. Bovendien was de noodzaak verdwenen om alert te zijn op elkaar. De zorg die ons had opgeslokt, was verdwenen. Juist daardoor waren we er ook niet meer zo op gebrand dat we genoeg tijd en aandacht aan elkaar besteedden. Toen Carola er nog was, moesten we een gespecialiseerde oppas regelen als we een avondje weg wilden. Nu we het met een gewone oppas af konden en feitelijk elke willekeurige avond weg konden, deden we het niet meer. Onze momenten samen stonden niet meer vast en we begonnen steeds meer naast elkaar te leven in plaats van met elkaar. Dat sluipt erin, dat heb je zelf in het begin niet zo door en als je het je eenmaal realiseert, is het moeilijk om er zelf uit te komen. Ik vond het verschrikkelijk dat dit gebeurde en ik wilde er iets aan doen. We hadden altijd zo’n goed huwelijk gehad, dat mochten we niet door onze vingers laten glippen. Gelukkig bleek Peter met hetzelfde gevoel te zitten en wilde ook hij vechten voor onze relatie. We gingen samen in rouwtherapie bij een psycholoog. Dat bleek een goed idee. Natuurlijk vloeiden er heel wat tranen, moesten we opnieuw door de pijn en het verdriet heen, maar deze keer deden we het wél samen. Peter leerde erover te praten, over zijn verdriet en over Carola. Niet dat het verdriet verdween, maar na de therapie waren we in elk geval in staat het sámen te verwerken. We voelden ons langzaamaan weer verbonden, we werden weer die eenheid die we altijd geweest waren. Ik kreeg opnieuw vertrouwen in onze relatie, maar we waren er nog niet. De communicatie ging weliswaar beter, maar ons seksleven was in dat jaar dat was verstreken sinds Carola’s overlijden behoorlijk ingedut. Hoe minder je het doet, hoe minder zin je krijgt en zo raakten we in een vicieuze cirkel. Dat wilden we allebei niet. Nadat we weer eens hadden gevreeën, hadden we het erover. Allebei zaten we met hetzelfde gevoel: we moeten actie ondernemen, anders doen we het minder en minder tot we het straks helemaal niet meer doen. Peter stelde voor om af te spreken dat we het om de dag zouden doen, hoe dan ook. Zin of geen zin, moe of niet moe, tijd of geen tijd. In uitzonderingsgevallen mochten we wel een keer doorschuiven, spraken we af, maar we zouden die keer later inhalen en niet laten vervallen. Ik dacht eerst: best veel, elke twee dagen. Maar het was een poging waard, wie weet zou onze relatie er baat bij hebben.”
Lees ook: Martha: ‘Ik heb spijt dat ik nooit kinderen heb gekregen’
Lingeriesetje
“In het begin voelde het wat vreemd en onwennig om zo op afspraak te vrijen, maar het wende snel. Ook als een van ons geen zin had, deden we het gewoon en we merkten dat je dan vanzelf in de stemming raakt. We besteedden bovendien veel tijd en aandacht aan de juiste setting. Het ging niet alleen om de seks, het ging ook om de intimiteit en de romantische sfeer. Dus maakten we de slaapkamer gezellig, staken kaarsjes aan, gingen samen in bad of zetten een muziekje op… Zo hielden we het ook leuk en spannend. Onze afspraak bleek goed te werken. Ik had wel een positief effect verwacht, maar dat dat zo groot zou zijn, had ik van tevoren niet gedacht. Het werkte door in onze hele relatie. We kwamen weer nader tot elkaar, werden opnieuw verliefd. Als we ’s avonds lekker hadden gevreeën keek ik de volgende dag met een gelukzalige glimlach naar Peter en herinnerde ik me hoe fijn het was. Dat gaf, en geeft, zo’n goed gevoel. De afspraak tussen Peter en mij geldt nog steeds. Om de dag gaan we met elkaar naar bed. We zijn flexibel, maar meestal houden we ons aan onze eigen afspraak. En zijn we echt een keer te moe, dan schuiven we het een avondje door en gaan we de volgende dag extra vroeg naar bed. Daar hoeven we ons dan ook niet schuldig over te voelen. Onze afspraak voelt niet als moeten, we genieten er allebei van om te vrijen. En we weten hoe goed dit is voor ons relatie. Door onze afspraak vind ik het ook belangrijk om aantrekkelijk te blijven voor Peter. Regelmatig trek ik een mooi lingeriesetje aan en verras ik hem daarmee. Hij vindt dat leuk en neemt op zijn beurt de tijd om het vrijen voor mij ook echt leuk te maken. Ook al zijn we twintig jaar getrouwd, die moeite doen we voor elkaar en dat blijven we doen. Net als interesse hebben in elkaars wensen – dat is zo belangrijk. Intimiteit helpt daarbij.”
Taboe
“Ik merk dat er nog steeds een taboe rust op dit onderwerp. Zeker als je ouder wordt, is seks iets waar je niet over praat, of wat je zelfs niet meer doet. Dat is toch vreemd? Alsof je niet meer van seks mag genieten als je lang bij elkaar bent. Alsof het dan niet meer nodig is om te vrijen. Ik wou dat er meer openheid was over dit onderwerp, want ik weet zeker dat er meer stellen zijn die baat hebben bij een afspraak zoals Peter en ik die hebben. Ik zou dat graag delen, maar doe dat toch niet. Ik praat er nooit over, ook niet als ik bijvoorbeeld van vrienden hoor dat ze in een moeilijke tijd zitten. Ik ben toch bang dat mensen ons er raar op gaan aankijken. Het taboe is de reden dat ik mijn verhaal nu, anoniem, deel. Al is er maar één stel dat er iets aan heeft, dan is mijn missie al geslaagd. Ik ben nog steeds verliefd op Peter, ik vind hem gewoon de allerleukste. Soms kijk ik naar hem en denk ik: wauw, hij hoort bij mij! We zijn zo verbonden, we horen gewoon bij elkaar. Ik geloof dat onze seksleven daar een rol in speelt. De Engelsen hebben een mooie uitdrukking: to make love, liefde maken. Dat is wat je doet als je met elkaar vrijt: je máákt liefde. En daar zullen Peter en ik nog heel lang mee doorgaan.”
Nu we zoveel mogelijk binnen moeten blijven, kun je Vriendin ook digitaal lezen. Bestel ‘m hier.