Het blauwe huis
8 februari 2013
Stefanie is met Faith bij een logeer- en trainingshuis voor jongeren. En hoewel ze er vol goede moed heen ging, slaat als ze er zitten de twijfel toe…
Stefanie is met Faith bij een logeer- en trainingshuis voor jongeren. En hoewel ze er vol goede moed heen ging, slaat als ze er zitten de twijfel toe…
We zitten aan de blauwe eettafel. De muren, gordijnen en banken zijn tevens blauw.
Faith zit naast Dirk. Ze ziet er mooi uit met haar losse blonde haren.
Ik zit tegenover hen. Aan het hoofd zit een leidster van de JP van den Bent Stichting, een logeer- en trainingshuis voor kinderen en jongeren.
Adriana heeft bij mij op schoot gezeten. Nu speelt ze op de grond met het aanwezige speelgoed.
‘Er logeren hier zeven dagen per week kinderen,’ vertelt de groepsleidster. ‘Door de week gaan ze overdag naar school of aan het werk. In het weekend zijn er activiteiten.’
Ik krijg buikpijn. Is dit wel iets voor Faith? Ze hoeft niet naar een stichting! Zeker niet de hele week!
Onze dochter is zelfstandig. Ze turnt en heeft een krantenwijk. Jammer dat ze een slecht zelfbeeld heeft. Ze is zo’n leuke meid!
De puberteit is lastig. Zeker doordat Faith zich als baby en peuter niet veilig heeft kunnen hechten. Dat krijgt nu zijn weerslag. Ook werden woorden als ‘licht autistische spectrumstoornis’ en ‘componenten van ADHD’ in rapporten geschreven. Maar Faith is onze Faith en ze heeft het ver geschopt.
Vanuit sociaal-emotioneel oogpunt heeft ze wel wat sturing nodig. Die neemt een zeventienjarige natuurlijk niet zonder meer van haar ouders aan.
Faith is een geweldige meid, maar zelf voelt ze zich soms verdrietig over haar leven.
Als ik mijn gedachten over het logeren uit, blijkt dat één weekend per maand ook mogelijk is.
De leidsters helpen jongeren bij hun problemen. Faith zou hier met leeftijdsgenoten kunnen omgaan en op een veilige manier haar vrije tijd kunnen doorbrengen.
Dirk mag over Faith vertellen. Af en toe zegt Faith zelf iets.
Als het over haar zelfbeeld gaat, wordt het haar even te veel.
Tijdens de rondleiding fleurt Faith op. ‘Wat een mooie slaapkamers,’ zegt ze.
Mijn buikpijn is weg. Al vind ik het logeeridee nog steeds moeilijk. Maar Faith is enthousiast. Ze mag binnenkort een weekeindje proefdraaien.
Ik moet het zien als logeren bij een vriendin. Faith heeft behoefte aan vriendschappen.
Toch voelt het of ik faal als moeder.
We komen terug in de blauwe kamer. Adriana klimt op de blauwe bank, niet van plan haar jas aan te trekken.
‘Jullie hebben al een logee,’ zeg ik. Er wordt lachend naar Adriana gekeken. Ik lach ook, maar als een boer met kiespijn.
(Lieve Faith, bedankt voor jouw toestemming voor deze blog. Jij bent een deel van mijn inspiratie)