Placeholder

Het zwarte lint

Adriana haalt kattenkwaad uit in tuin. Na jaren ervaring als moeder weet Stefanie precies hoe ze hierop moet en wil reageren.

Adriana haalt kattenkwaad uit in tuin. Na jaren ervaring als moeder weet Stefanie precies hoe ze hierop moet en wil reageren.

Mijn elegante, zwarte jurk hangt over de waslijn. De linten die vastgeknoopt moeten worden om een halter te vormen, hangen nu wel een meter naar beneden.

‘Knip jij alvast wat muntblaadjes?’ vraag ik aan Adriana.
Ik geef haar een schaar, terwijl ik de waterkoker vul.

‘Mammie, kom eens!’
Adriana staat met een schuldbewust gezichtje naast mijn jurk, met de schaar in haar handje.

Ze wijst naar een fikse knip in één van de zwarte linten. Ik ga door mijn knieën, zeg dat het niet geeft en dat ik blij ben dat ze eerlijk is.

Zou ik vroeger, in een dergelijk geval, boos zijn geworden op de oudste kinderen? Ik werd niet snel kwaad, maar herinner mij dat ik wel boos was toen Faith op haar 10e verjaardag chloor in een bellenblaas deed en daarmee haar nieuwe rokje verpestte.

De oudste kinderen gaven mij moederervaring. Verschillen komen in ‘gewone’ gezinnen ook voor. Het oudste kind maakt de weg vrij voor de volgende kinderen. Bij de oudste kinderen wilde ik het perfect doen. Iedere opvoedfout bekeek ik door een vergrootglas.

Iemand zei eens tegen mij:  ‘Met je eigen kinderen heb je ook wel eens wat, laat staan met 4 aangenomen kinderen die vroeger verwaarloosd zijn.’

Christianne is nu ongeveer net zo oud als ik toen ik de oudste kinderen kreeg. Ze zei een keer: ‘Ik moet er niet aan denken om nu al een kind te hebben en al helemaal niet 4 van een ander!’

Mensen reageren begripvol, maar ik mis de steun van mijn eigen lieve moeder. Zij kan mij geen goedkeuring meer geven of het seintje van boven komt gewoon niet door. Een moeder vervult een belangrijke rol. Die rol moet ik ook vervullen. Een serieuze taak!

Ik wil het goed doen voor Adriana: niet straffen, niet boos worden, wel geduldig en aandachtig zijn. Vroeger zat ik trouwens uren met Nico op schoot. Hij kleefde bijna aan mij vast.

Dirk zegt dat ik niet aan mezelf moet twijfelen.
‘Laat een ander het maar eens doen!’ zegt hij, doelend op de opvoeding van onze kinderen.

Ik ben heel blij met Dirk. Niet alleen voor mezelf, maar ook voor de kinderen. Is het niet heerlijk voor een kind om ouders te hebben die geen ruzie maken, maar liefdevol met elkaar omgaan?  

Adriana en ik drinken muntthee in de schaduw van de fluweelboom, terwijl het gehavende, zwarte lint onverstoorbaar wappert in de wind.


Meer van Vriendin