Canva1 2024 09 02t095140.131

In vier maanden werden Annelieke en Dieuwertje wees

Zussen Annelieke (31) en Dieuwertje (28) verloren in vier maanden tijd hun beide ouders. Een loodzware tijd volgde, waarin ze er mentaal allebei doorheen zaten. “We kwamen onszelf keihard tegen en moesten opnieuw leren leven.”

Annelieke: “Slaappillen, rustgevende medicatie, antipsychotica… Ik sliktehet allemaal. Alles om maar te blijven functioneren en vooral niet in te storten. Als oudste zag ik het als míjn taak om na het overlijden van allebei onze ouders overeind te blijven. Voor mijn zusje met wie het niet goed ging en voor mezelf. Want zolang ik doorging, hoefde ik die intense pijn niet te voelen. Door mijn medicatie dacht ik alles onder controle te hebben. Totdat ik plotseling helemaal niks meer kon en mijn lichaam volledig uitviel. Ik kon letterlijk geen stap meer zetten en kampte met enorme zweetaanvallen. Volgens mijn huisarts stond ik zo strak van de spanning, dat ik het risico liep om een hartaanval te krijgen. Dat was het moment waarop ik besefte dat het niet langer ging en dat ik hulp nodig had.”

Superhecht

Annelieke: “Dieuwertje en ik komen uit een warm gezin. Onze ouders ontmoetten elkaar op hun veertiende en zestiende en trouwden acht jaar later. Nog eens twee jaar later kwam ik en daarna Dieuwertje.”Dieuwertje: “We waren superhecht met z’n vieren. Als er iets was, konden we altijd bij onze ouders terecht. Omdat mijn moeder zelf een moeilijke jeugd had gehad, wilde ze het voor ons graag goed doen. Toen wij klein waren, werkte zij bijvoorbeeld alleen in de avonden en mijn vader overdag, zodat er altijd iemand bij ons was.”Annelieke: “Helaas raakte mijn moeder
in 2012 manisch depressief door heftige gebeurtenissen eerder in haar leven. Ze zou bijna worden opgenomen in een kliniek toen mijn vader in 2013 slokdarmkanker bleek te hebben. Hij moest direct beginnen met een zwaar behandeltraject.”Dieuwertje: “Plotseling stond ons leven op z’n kop. Ik maakte me niet alleen zorgen om mijn moeder, maar ook om mijn vader. Wat als hij doodging? Mijn moeder zei steeds dat ze niet zonder hem kon. Tegelijkertijd besefte ze ook dat ze er voor Annelieke en mij moest zijn. Wij waren toen twintig en zeventien jaar en woonden allebei nog thuis. Mijn moeder vond het heel erg dat wij ons zo’n zorgen maakten. De kliniekopname zegde ze af en met zware antidepressiva hield ze zich staande.”Annelieke: “Wonder boven wonder knapte mijn vader na twee jaar bestralingen, chemotherapie en een operatie weer op. Tijdens de controles die daarna volgden, werden geen kankercellen meer bij hem gevonden. We waren allemaal ontzettend opgelucht en met mijn moeder ging het daarna ook wat beter.”
Dieuwertje: “Het bijzondere was dat mijn ouders door mijn vaders ziekte anders naar het leven gingen kijken. Ze waren altijd erg bezig met de toekomst: werken en sparen voor later, maar dat veranderde ineens. Ze wilden niet meer wachten met genieten en kochten bijvoorbeeld een nieuwe caravan en auto en gingen ruim acht weken toeren door Frankrijk.”Annelieke: “Ik ben heel blij dat ze dat hebben gedaan. Ze waren altijd zo zuinig en opeens gingen ze echt leven. Iets waar mijn moeder ook zeker wat van opknapte.”

Tweemaal slecht nieuws

Dieuwertje: “Drie jaar lang was alles stabiel. Totdat mijn moeder in de lente van 2018 last kreeg van benauwdheid. Ze bleek ongeneeslijke longkanker te hebben.”Annelieke: “We konden het niet geloven. Vooral omdat de artsen mijn moeder nog een jaar te leven gaven. Dat was natuurlijk vreselijk nieuws. Het enige lichtpuntje was dat er levensverlengende behandelingen mogelijk waren. Mijn moeder onderging ze met succes, want twee jaar later was ze er nog steeds.”
Dieuwertje: “Dat mijn vader in de zomer van 2020 opnieuw slokdarmkanker had, zag niemand aankomen.”Annelieke: “Het was klap na klap. Al die tijd hadden we ons zorgen gemaakt om mijn moeder en ineens was mijn vader ook doodziek. Hij kon niet meer genezen. Met levensverlengende behandelingen had hij nog maximaal vijf jaar.”
Dieuwertje: “Vooral mijn moeder kon dat moeilijk bevatten. Het ging in die periode echt niet goed met haar en we hoopten dat ze de kerst nog zou halen.”Annelieke: “Ze had al geaccepteerd dat ze doodging, maar toen mijn vader ook dood zou gaan, greep ze alles aan om zo lang mogelijk bij ons te blijven, zelfs met experimentele behandelingen om haar leven te rekken. De gedachte dat wij alleen zouden achterblijven, vond ze verschrikkelijk.”

Schuldig

Annelieke: “Elke week ging ik met zowel mijn vader als moeder naar het ziekenhuis voor hun behandelingen. Toevallig was ik vlak daarvoor net weer thuis komen wonen nadat mijn relatie was stukgelopen. Werken lukte in die periode niet meer. Ik was als vormgever werkzaam bij een mediabedrijf en gelukkig had mijn werkgever alle begrip toen ik me een paar weken na de diagnose van mijn vader ziek meldde. Hierdoor kon ik er thuis volledig voor mijn ouders zijn.”
Dieuwertje: “Ik woonde op dat moment samen met mijn toenmalige vriend en werkte fulltime als banketbakker. In mijn vrije tijd probeerde ik ook zoveel mogelijk bij mijn ouders te zijn. Jammer genoeg was dat door mijn emetofobie (overgeefangst, red.) best moeilijk. Doordat mijn vader regelmatig moest kokhalzen, ontweek ik hem vaak. Iets waar ik me heel schuldig over voelde. Mijn ouders hadden mij nodig, maar ik kon er voor mijn gevoel niet echt voor ze zijn.”
Annelieke: “Als oudere zus wilde ik Dieuwertje vooral ontzien. Ik wist hoe moeilijk ze het had en daarom nam ik de meeste zorg voor onze ouders op mij. Maar achteraf liep ik mezelf hiermee flink voorbij.”
Dieuwertje: “Het lastige was dat we óók nog middenin een pandemie zaten. Corona was supergevaarlijk voor mijn ouders. Ik was dus heel bang om het virus aan hen door te geven en hield altijd zoveel mogelijk afstand van anderen.”Annelieke: “En mijn hele sociale leven verdween. Omdat ik absoluut niet het risico wilde lopen dat ik covid kreeg, belde en appte ik alleen nog met vriendinnen. Verder sprak ik met niemand meer af. En ergens voelde dat wel eenzaam, maar ik was zo op mijn ouders gefocust dat ik het eigenlijk niet eens doorhad.”

Onverwacht telefoontje

Dieuwertje: “Op 16 november 2020 overleed mijn vader, zo’n vier maanden na zijn diagnose.”Annelieke: “Hij lag al een paar dagen in het ziekenhuis voor zijn chemotherapie toen hij op een ochtend onwel werd en overleed. Ik kreeg het nieuws telefonisch te horen toen ik net met mijn moeder naar een ander ziekenhuis wilde gaan waar zij behandeld werd. Verdoofd hoorde ik het aan. Het was zo onwerkelijk. In shock keek ik naar mijn moeder die zat te wachten totdat ik haar in de auto zou helpen. Snel zette ik haar zuurstoftank aan (die had ze voor de momenten dat ze benauwd was) en gaf haar mijn telefoon. ‘Het is slecht nieuws’, zei ik. Het gekke was dat ik op dat moment verder niks voelde. Terwijl ik mijn moeder kapot zag gaan, leek het net alsof mijn eigen emoties geblokkeerd werden. Het enige wat ik dacht, was dat we zo snel mogelijk naar Dieuwertje en het ziekenhuis moesten. Alsof we nog iets voor mijn vader konden doen, terwijl hij er toen al niet meer was.”
Dieuwertje: “Het gebeurde voor mijn gevoel echt totaal onverwacht. Hoewel ik wist dat mijn vader niet meer kon genezen, had ik ergens steeds het gevoel gehad dat het wel goed zou komen. En dat kwam het dus niet.”Annelieke: “Ik ging meteen in de regelstand. Terwijl Dieuwertje en mijn moeder in het ziekenhuis hun tijd namen om afscheid te nemen van mijn vader, stond ik op de gang iedereen te bellen. Binnen een uur waren al onze dierbaren op de hoogte en ook het uitvaartcentrum was al op de hoogte. Achteraf leek ik wel een robot. Niks kwam nog bij me binnen.”

In de overlevingsstand

Annelieke: “Na mijn vaders uitvaart moesten we verder met ons leven. Ook dat was moeilijk. Mijn moeder ging steeds verder achteruit en ik zat continu met haar bij de spoedeisende hulp. Hierdoor wisten we dat het voor haar ook niet lang meer zou duren.”
Dieuwertje: “Er met elkaar over praten, deden we niet. Dat kon mijn moeder niet echt, ze kapte het af. Zelf vond ik dat best moeilijk. Ik had wel behoefte om erover te praten, maar wilde mijn moeder nergens toe dwingen. Daarnaast leefden Annelieke en ik ook een beetje langs elkaar heen. Ik denk omdat we allebei onze eigen angsten en zorgen hadden.” Annelieke: “Mijn moeder schoot vaak in de paniek als ze eraan dacht dat ze ons moest achterlaten. Voor ons wilde ze alles zo goed mogelijk regelen, dus ze was vooral bezig met administratieve dingen, zoals het opschrijven van wachtwoorden en de afhandeling van mijn vaders erfenis.”
Dieuwertje: “Dat was heel belangrijk voor haar. Dat wij goed achterbleven.”Annelieke: “Uiteindelijk overleed mijn moeder thuis ’s nachts op 9 maart 2021, bijna vier maanden na mijn vader. Het was verschrikkelijk. Dieuwertje was net naar huis gegaan toen de nachtzuster mij riep. Mijn moeder was aan het sterven en terwijl ik haar vasthield, zei ze: ‘Sorry, ik kan het niet meer.’ Vervolgens blies ze haar laatste adem uit. Een paar minuten gaf ik mezelf de tijd om heel hard te huilen en te vloeken. Daarna schoot ik weer volledig in de overlevingsstand en belde Dieuwertje en de huisarts om het nieuws te vertellen. Binnen een paar uur lag mijn moeder netjes aangekleed in haar kist. Ook zij kreeg een mooi afscheid en daarna kwam de klap pas echt.”

Zware depressie

Dieuwertje: “Na mijn moeders overlijden deed ik mijn best om verder te gaan. Van werken nam ik tijdelijk een pauze en ik gunde mezelf de tijd om alles een plek te geven. Nadat Annelieke een half jaar na het overlijden van mijn ouders een eigen woning had gevonden, zochten we samen al hun spullen uit en zetten hun huis te koop. Dit was echt heel zwaar, alsof we hun leven opruimden. Ik besefte steeds meer dat mijn ouders er niet meer waren en voelde me met de dag meer en meer verloren. Na een klein jaar was ik zwaar depressief. Aankleden, eten, voor mezelf zorgen, alles was me teveel en naar buiten gaan, durfde ik ook niet meer. Het liefst blowde en sliep ik de hele dag. Zo hoef ik mijn verdriet tenminste niet te voelen.”Annelieke: “Dieuwertje lag op een gegeven moment hele dagen thuis op de bank of in bed. Ik kwam regelmatig bij haar kijken en kon amper contact met haar maken. Eigenlijk kon ik de zorgen over haar er niet bij hebben. Ik was zo op van alles wat er gebeurd was en slikte allerlei medicatie in de hoop me beter te voelen. Maar het enige wat ik daarmee bereikte, was dat ik mezelf compleet verdoofde.”
Dieuwertje: “Op een dag stond Annelieke drie kwartier bij mij voor een dichte deur. Ik lag zo vast te slapen dat ik de bel niet hoorde en Annelieke was doodsbang dat ik mezelf misschien iets had aangedaan. Toen ik slaperig opendeed, was ze echt wanhopig. ‘Dit gaat zo niet langer’, snikte ze. Omdat ik het heel erg vond om Annelieke zo radeloos te zien, ging ik akkoord met een klinische opname in een psychiatrische kliniek. Ik had weinig vertrouwen dat dat mij zou helpen, maar wilde het wel proberen.”
Annelieke: “Deze opname is Dieuwertjes redding geweest. In de kliniek leerde ze eindelijk alles een plek te geven. Na een paar weken ging het zichtbaar beter met haar en ik was zo jaloers. Met mij ging het namelijk helemaal niet goed, maar daar kon ik niet aan toegeven. Ik had zo lang voor anderen gezorgd dat ik mezelf geen halt meer kon toeroepen. Totdat mijn lichaam alle zorgen en stress in 2023 niet meer trok. Nadat mijn huisarts mij op het grote risico van een hartaanval had gewezen, zei ik tegen mezelf dat het klaar was. Uiteindelijk liet ik mij een half jaar na Dieuwertje ook opnemen in de kliniek. Dankzij veel therapie en diepgaande gesprekken zag ik in hoe erg ik mezelf door de zorgen om mijn ouders was verloren. Jarenlang wilde ik alles voor iedereen oplossen, maar eindelijk begreep ik dat dat niet kon. Ik was niet alleen maar op aarde om anderen te helpen, ik moest weer leren leven voor mezelf.”

Mooie herinneringen

Dieuwertje: “Inmiddels gaat het na intensieve therapie een stuk beter met ons allebei. Annelieke werkt weer volledig en ik ben bezig met een re-integratietraject. Verder is Annelieke happy single en ik heb een prille relatie. De band tussen Annelieke en mij is sterker dan ooit. We praten regelmatig met elkaar over onze ouders en vooral over hoe we dat allebei los van elkaar hebben ervaren.”
Annelieke: “Samen halen we graag mooie herinneringen aan hen op. Zoals de gezellige etentjes die we vaak met ze hadden. Of de mooie vakanties in Frankrijk die we met ze beleefden.”
Dieuwertje: “Annelieke en ik zijn door dit alles veel hechter geworden.”
Annelieke: “We hadden altijd wel een goede zussenband, maar doordat we allebei hetzelfde grote verlies meemaakten, hebben we bijna geen woorden meer nodig om elkaar te begrijpen. Aan één blik hebben we nu meestal al genoeg.”
Dieuwertje: “Daarnaast voel ik me met Annelieke sterker. Mijn ouders waren altijd mijn basis. Zij hielden onvoorwaardelijk van mij en bij hen voelde ik me veilig. Dat ben ik nu kwijt, maar als ik met Annelieke ben, voel ik dezelfde liefde als die mijn ouders ook aan mij gaven.”
Annelieke: “Dat heb ik ook bij Dieuwertje. Onze ouders verliezen was voor ons allebei ontzettend zwaar. We kwamen onszelf hard tegen en moesten opnieuw leren leven. Nu moeten Dieuwertje en ik het alleen doen, maar dat doen we wel samen. En dat is voor ons het allerbelangrijkste.”

Tekst: Renée Brouwer
Foto: Ruud Hoornstra
Visagie: Lisette Verhoofstad

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.