afvallen weegschaal

Jennifer: ‘Mijn dieet sloeg om in een obsessie’

Jennifer (28) worstelt enorm met haar gewicht. Het laatste anderhalf jaar was ze bijna continu op dieet. En dat liep bijna verkeerd af.

“Afgelopen zomer zaten we gezellig te barbecueën bij mijn schoonouders, samen met de broer van mijn vriend Edwin en zijn gezin. Ze hadden flink uitgepakt met veel vlees en vis, sausjes, stokbrood en kruidenboter. Iedereen zat te smullen en dronk lekker bier en rosé. Dat wil zeggen: iedereen, behalve ik. Want ik hield het op een stokje kipsaté zonder saus, komkommer en een glas spa rood. Ik was bijzonder trots op mezelf dat ik al dat lekkers kon weerstaan.

Maar dat vond mijn schoonfamilie niet. De hele avond kreeg ik bezorgde blikken en opmerkingen. Mijn schoonmoeder zei een paar keer dat ik moest oppassen voor anorexia en mijn schoonzus beaamde dat. Maar ik lachte ze uit. Bij anorexia denk ik aan graatmagere jonge meisjes. Dat gold niet voor mij. Ik gebruikte geen laxeertabletten en at alles nog steeds met smaak, alleen met mate en heel gezond.

Bovendien was er bij mij van ondergewicht geen sprake. Ik was nog steeds behoorlijk gezet en volgens de meter van het Voedingscentrum kampte ik nog steeds met een te hoog BMI.

Ik snapte dus echt niet waar zij zich mee bemoeiden. Ik trok me ook niks van hun reacties aan en ging triomfantelijk met mijn armen over elkaar zitten toen de rest van de familie na de barbecue aan het ijs met slagroom ging.”

BMI van 31

“Al sinds de puberteit worstel ik met mijn gewicht. Mijn zus en ik hebben allebei aanleg dik te worden. Onze moeder is zelf ook fors, maar ze hield ons als kinderen flink onder de duim. Alleen in het weekend een bakje chips en één snoepje per dag. Ondanks dat hadden we altijd bolle koppies. Toen ik naar de middelbare school ging, kon ik naar hartenlust tekeergaan in de kantine op school. Roze koeken, drop, tosti’s. Al mijn zakgeld maakte ik op aan snaai. En toen ik gepest werd, was eten de manier om mezelf te troosten. Zo vlogen de kilo’s eraan.

Natuurlijk wilde ik dat er later weer van af hebben. Noem een dieet en ik heb het geprobeerd, vaak samen met mijn moeder of zus. Van het brooddieet tot injecties met hormonen van zwangere vrouwen. Elk dieet werkt. Van elk dieet val je af. Maar daarna komt de strijd. Meestal viel ik kilo’s af, maar vrat ik er ze in een maand tijd er weer aan. Met wat extra pondjes cadeau. Had ik al die moeite voor niks gedaan.

Ik heb een tijd ook gewoon alles laten gaan. Of ik nou veel of weinig at, ik bleef ongeveer op hetzelfde gewicht. Dus dacht ik: dan neem ik gewoon alles waar ik trek in heb, heb ik tenminste wel genoten. Maar ondertussen had ik echt ongezond overgewicht. Met een BMI van 31 behoorde ik zelfs tot de groep van obesitaspatiënten. Voor mijn gezondheid moest ik afvallen, maar eigenlijk ook voor mijn uiterlijk.”

Kamerolifantje

“Zeker toen ik mijn huidige vriend Edwin ontmoette, maakte ik me daar druk om. Met 1 meter 60 ben ik erg klein En de tachtig kilo die ik woog, waren niet mooi over mijn lichaam verdeeld. Ze zaten voornamelijk op mijn buik, borsten en billen, met dunne armpjes en smalle onderbenen. Alles wat ik aantrok zat te strak óf het fladderde om mijn benen. Mijn zus heeft bijvoorbeeld hetzelfde BMI, maar zij is 15 cm langer. Zij toont helemaal niet dik. Ik vind haar juist een hele mooie Rubens-vrouw. Ik was meer het type kamerolifantje.

Mijn vriend heeft trouwens nooit iets negatiefs gezegd over mijn gewicht. Hij is zelf ook iets voller en hij houdt wel van ronde billen. Als ik klaagde over mijn dikke kont of lelijke buik, riep hij altijd dat hij nog meer had om van te houden. Maar ik vond het zelf wél lelijk. En ik wilde als Edwin en ik op stap gingen gewoon leuke kleren aan. Met mijn geringe lengte is dat al moeilijk. Maar als je dan ook nog eens zo mollig bent, hou je weinig anders over dan een tuniek met een legging. Dus een half jaar geleden vond ik dat het roer helemaal om moest.”

Ingevallen snoetje

“Ik wilde geen dieet meer volgen, want daarvan werd ik nog dikker. Dit keer besloot ik tot een drastische verandering in mijn eetpatroon en verzon een eigen programma. Ik skipte alle koolhydraten, at geen suiker meer, kocht zoveel mogelijk biologisch en vet was een verboden woord. Van de kipfilet sneed ik zelfs nog elk flintertje vet af. Ik werk parttime bij een telecommaatschappij en naar kantoor nam ik salades zonder dressing mee in plaats van brood. Ook moest ik van mezelf dagelijks 10.000 stappen zetten.

In het begin was mijn vriend enthousiast, want ik viel best snel af. Op zich ook logisch, want ik at heel mager. Er gingen kilo’s tomaten doorheen elke week. Waar ik vroeger losging bij de snoep en koek, deed ik dat nu op de groenten afdeling.

Na drie maanden was ik 10 kilo kwijt, mijn eerste doel behaald. Edwin vond het heel fijn voor me. Vooral vanwege mijn gezondheid. Maar hij vond het bijzonder ongezellig dat ik nergens meer aan meedeed. Op verjaardagen zal ik met mijn radijsjes en komkommer. Gebakjes sloeg ik af en bij de McDonald’s bestelde ik alleen een cola light. Hij mopperde dat het ook wel een keer goed was, en dat hij het veel gezelliger zou vinden als ik ook meeging naar een all-you-can-eatrestaurant en we ‘s avonds lekker een chippie namen in plaats van een soepstengel. En hoe erg genoten we vroeger niet van een Vlaamse friet na het stappen? Maar dan werd ik een beetje boos. Hij moest me steunen, niet overhalen tot slecht eetgedrag. 

Ook als Edwin klaagde dat ik een ingevallen snoetje kreeg, wilde ik dat niet horen. Noch dat hij me aanspoorde wat rustiger af te vallen. Met af en toe een tussenstop. Een dagje spijbelen in het weekend, op feestdagen en partijen een wijntje. Maar ik wilde helemaal niet stoppen. Ik was net zo blij dat ik eindelijk weer een spijkerbroek paste. Officieel had ik ook nog steeds geen gezond gewicht. Ik moest dus nog wel doorgaan en stelde mijn streefgewicht bij: er moest nog eens 10 kilo af.”

Elke hap registreren

“Zelf dacht dat ik er relaxed onder was. Dat Edwin zeurde, maar dat ik me helemaal had aangepast aan mijn nieuwe levenspatroon en het me dus makkelijk afging. Ik had niet door dat ook het lijnen, ik noemde het matigen, me dag en nacht in de greep hield. Je kon me midden in de nacht wakker maken om te vragen hoeveel calorieën er in een gevulde koek zaten, in een stuk krentenbrood of mandarijn. Ik kon zo de antwoorden opsommen.

Een van de eerste signalen dat ik best obsessief bezig was met eten, kreeg ik wederom van Edwin. In oktober liepen we onze dagelijkse coronaloop en ik kletste aan één stuk door over wat ik ’s avonds ging maken, hoeveel calorieën ik die dag al had gegeten en vooral wat ik allemaal had gelaten. Alle etenswaren die Edwin allemaal had genuttigd die eigenlijk heel slecht waren en wat ik de volgende dag zou koken.

Blijkbaar deed ik dit al weken aan een stuk door. Maar dat had ik niet in de gaten. Pas toen Edwin vroeg of ik ook nog andere gespreksonderwerpen had en opmerkte dat ik wel héél véél over eten sprak, en ook elke hap die hij in zijn mond stopte, registreerde en beoordeelde, besefte ik dat mijn zelfverklaarde eetpatroon, mijn hele dagelijks ritme bepaalde. Zeker in coronatijd waarin we weinig anders meer deden dan thuis werken en wandelen, had ik ook niks anders wat me afleidde. De gedachte aan eten, of in mijn geval niet-eten, beheerste alles.”

Deskundige hulp

“Niet alleen Edwin en eerder mijn schoonfamilie tijdens de bewuste barbecue, ook mijn eigen moeder en zus maakten zich zorgen. Zij waren zelf ook geen heiligen. Ze weten alles over gewichtsproblemen. Mijn moeder staat niet voor niets op een wachtlijst voor een gastric bypass. Zij hadden regelmatig gelijnd, maar dan meestal voor kortere tijd. Ik was nu al dik een jaar aan het knutselen met calorieën, zoals zij dat noemden. Hoe gezond was mijn zelfverzonnen voedingspatroon nog? Een mens had toch ook koolhydraten nodig? Een boterham, een aardappeltje, wat pasta of rijst, al was het maar 100 gram per dag. Ik at af en toe een appel, meer niet. In fruit zitten ook suikers, maar ik miste wel essentiële vitamines zo hielden ze me voor.

Uiteindelijk hebben mijn moeder, zus en vriend zo lang op me ingesproken dat ik ook wel inzag dat ik een beetje doorsloeg. Met mijn 66 kg haalde ik nu net aan een goed BMI, dus ik had mijn doel bereikt. Maar ik wilde meer. Het matigen was een soort verslaving geworden. Ik kon niet meer stoppen. Als ik alleen al dácht aan brood begon ik te kokhalzen. Brood was mijn vijand, de ultieme dikmaker. Terwijl ik ook wel inzag dat ik dit niet de rest van mijn leven kon volhouden en dat het niet normaal was dat ik essentiële voedingsstoffen had geëlimineerd.

Uiteindelijk ga je uitval krijgen van bepaalde organen, zo voorspelden zij. En omdat Edwin en ik een kinderwens hebben en daar eigenlijk niet te lang mee willen wachten, wilde ik mijn lichaam fit houden en niet expres schade berokkenen door mezelf uit te hongeren.”

Punten

“Sinds begin dit jaar eet ik dus verplicht weer vet en koolhydraten. Toch vind ik het lastig om het los te laten, omdat ik niet wil terugvallen in overgewicht. Zeker niet als ik straks ook nog zwanger wil worden en dan weer zal aankomen. Het is gewoon een heel dubbel gevoel.

Gelukkig heb ik hulp. Dit keer van een echte deskundige diëtiste. Zij heeft berekend wat ik als jonge vrouw per dag binnen mag krijgen aan calorieën. Ik schrok me echt rot toen ik hoorde hóéveel. Ik moet verplicht dingen eten die ik als streng verboden had aangemerkt. Zoals crackers in de ochtend met kaas, ’s middags een boterham appelstroop en toch iets van rijst of een aardappel bij het avondeten. Op zich heerlijk, maar ook doodeng.

Ik besef nu dat mega gezond en mager willen eten een soort verslaving was geworden. Alsof ik een wedstrijd met mezelf hield, waarbij ik punten kreeg als ik zo stoer genoeg was om een appelpunt met slagroom af te slaan en alleen radijsjes te eten. Het heette dan geen anorexia of boulimia, maar het was ook geen gezonde houding tegenover voedsel. Ik ben blij dat ik nu inzie dat eten ook op een gezonde manier kan en dat ik dit de rest van mijn leven kan volhouden!”

Tip van Vriendin

Dit werkboek leert je wat je beter wel én niet kunt doen als jouw geliefde een eetstoornis heeft. De succesverhalen in dit werkboek, van coaches en ervaringsdeskundige die hun eetstoornis 100% overwonnen hebben, zullen je gegarandeerd inspireren. Voor meer informatie klik op onderstaande button.

De wolf in schaapskleren

De wolf in schaapskleren

Isabelle Plasmeijer, Kim Nicodem, Sofie Loots en Ad Penninx

Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.


Meer van Vriendin