Maaike: ‘Een krediet afsluiten was makkelijk, nu heb ik tienduizend euro schuld’
5 december 2019
Door haar koopzucht heeft Maaike (30) een torenhoge schuld. “Ik schaam me er ontzettend voor en praat er met niemand over. Zelfs mijn ouders hebben geen idee.”
Door haar koopzucht heeft Maaike (30) een torenhoge schuld. “Ik schaam me er ontzettend voor en praat er met niemand over. Zelfs mijn ouders hebben geen idee.”
Geldproblemen
Maaike “Ik kijk altijd naar Een dubbeltje op zijn kant, dat programma waarin mensen met geldproblemen hulp krijgen van John Williams en Annemarie van Gaal. Ik herken er veel in, vooral het eindeloze pinnen van kleine bedragen, waardoor je geen idee hebt wat je nou eigenlijk uitgeeft. De deelnemers denken dat het niet zo’n vaart loopt met hun uitgaven, maar in werkelijkheid geven ze vele honderden euro’s per week uit aan boodschappen. Ook de voortdurende stress die mensen met geldzorgen hebben, begrijp ik volledig. Het vreet aan je, weet ik uit ervaring. Ik pieker veel over mijn geldproblemen, vooral vlak voor het slapengaan. Het heeft lang geduurd voordat ik aan mezelf durfde toe te geven dat ik een probleem heb. Wat dat betreft ben ik te vergelijken met alcoholisten: die blijven ook vaak tot het laatste moment ontkennen dat er iets mis is. Ik hoop dat ik de kracht heb om er zelf uit te komen. Zo niet, dan moet ik echt professionele hulp zoeken.”
Alles uitgegeven
“Vanaf het moment dat ik mijn eerste baantje kreeg bij de supermarkt, had ik plots enorme bedragen op mijn rekening staan. Althans, zo zag ik dat. Ik werkte één middag doordeweeks en op zaterdag. In de vakanties maakte ik standaard een flink aantal extra uren. Wat ik aan salaris ontving, gaf ik zo weer uit aan make-up of kleding. Mijn ouders leven vrij sober: mijn moeder koopt alleen iets voor zichzelf als ze het echt nodig heeft en mijn vader is een kei in sparen. Aan luxe doen ze niet. Mijn moeder werkt twee dagen in de zorg en mijn vader is docent. Ze hebben geen topinkomen, maar ze hebben ook zeker niks te klagen. Het heeft me in elk geval nooit aan iets ontbroken. Toen mijn vader zag dat ik mijn verdiende geld over de balk smeet, liet hij doorschemeren dat hij dat niet heel verstandig vond. Dan zei hij: ‘Spaar nou toch ook wat! Straks wil je je rijbewijs halen of op jezelf gaan wonen en heb je niets.’ Ik werd altijd onrustig als hij daarover begon. Rijbewijs? Op mezelf wonen? Dat was allemaal nog lang niet aan de orde.”
Rood staan
“Toen ik 24 was, kreeg ik een huurwoning aangeboden. Eindelijk op mezelf wonen! Ik werkte toen al twee jaar fulltime als verzorgende, maar had van dat salaris vooral lekker geleefd. Ik hoefde mijn ouders al die tijd maar honderd euro kostgeld te betalen en de rest gaf ik uit aan kleding, uitgaan, make-up en ‘prullaria’, zoals mijn moeder het minachtend noemde. Ik had geen cent gespaard. Ik was dolgelukkig met mijn kleine huisje. Het zag er keurig uit: ik hoefde alleen maar schoon te maken en te schilderen. En ik moest het natuurlijk nog even inrichten… Van mijn ouders mocht ik tweeduizend euro lenen en ik kreeg een nieuwe wasmachine van ze. Zo lief! Voor de rest heb ik een persoonlijk krediet van vijfduizend euro afgesloten. Dat ging verbazingwekkend makkelijk. Ik kocht een veel te dure bank en ook de rest van het geld was in no-time op. Een sierkussen hier, een mooi dekbedovertrek daar. En dan zag ik weer een leuk kleed, een mooi servies en een toffe lamp. Zevenduizend euro is niks, ontdekte ik al snel. Ik mocht daarnaast ook nog rood staan op mijn lopende rekening, dus dat deed ik maximaal.
Als ik zag wat ik daar elke keer voor moest betalen, draaide mijn maag zich om. Het tikt behoorlijk aan, helemaal als je de rente voor het krediet erbij optelt. Over mijn lening betaal ik bijna tien procent rente en daar komt nog een paar procent extra bij dankzij mijn betaalrekening. Mijn ouders hoefde ik pas terug te betalen als ik wat minder krap bij kas zat. Ze wisten ook wel dat mijn baan in de zorg geen vetpot was. Intussen zag ik steeds weer iets wat ik gewoon móést hebben: een fantastische tas, een mooi armbandje of een paar gave hakken waarop ik niet eens kon lopen.”
Dan maar liegen
“Ik heb een kleine twee jaar een relatie gehad. Mijn ex-vriend was de enige die ik ooit heb verteld over mijn schulden. Op dat moment had ik al ruim zevenduizend euro schuld. We hebben er best veel over gesproken. Hij begreep niet dat ik er niets aan deed. Bovendien kon ik voor hem moeilijk verborgen houden dat ik weer iets nieuws had gekocht en daar werd hij altijd heel boos over. Als we uitgingen en ik trok weer een nieuw jurkje uit de kast, verpestte dat meteen de sfeer. ‘Je had dat bedrag ook kunnen aflossen’, zei hij dan. Daar kon ik niets tegen inbrengen. Maar in plaats van iets te doen met zijn woorden, begon ik te liegen. Ik zei dat ik wel afloste en hield nieuwe aankopen voor hem achter. Dan maar niet uitgaan in die nieuwe jurk. Ik had geen zin in wéér een discussie. Het was ook te confronterend. Ik wist dat hij gelijk had, maar wilde er niet aan. Van samenwonen is het nooit gekomen, want we hadden allebei door dat deze situatie niet lang kon standhouden. Ik denk dat mijn financiële wanorde hem er ook van heeft weerhouden. Hij heeft meerdere keren tegen me gezegd dat hij mijn geldzorgen niet voor me zou oplossen, dat het mijn probleem was. Ik begreep dat wel.
Sinds ik weer alleen ben, ben ik van het gezeur over geld af. Maar in mijn hoofd knaagt het wel. Ik ben er voortdurend mee bezig. Vooral tegen het einde van de maand, wanneer ik mezelf weer helemaal klem heb gekocht en ik bijna geen geld meer heb voor noodzakelijke aankopen als boodschappen. Naast mijn schulden heb ik ook nog wat rekeningen online openstaan van in totaal zo’n tweeduizend euro. Het is zo makkelijk iets te bestellen en pas achteraf te betalen. Ik vind het heerlijk om mijn avonden achter mijn computer te slijten en eindeloos te speuren naar leuke koopjes, vooral in de uitverkoop. In mijn hoofd werkt het dan zo dat ik ‘enorm op iets heb bespaard’, maar mijn schuld loopt er natuurlijk alleen maar door op. Je geeft onder aan de streep gewoon weer keihard geld uit.”
Schuldgevoel
“Mijn nieuwe valkuil is de drogist. Als ik daar binnenloop voor iets eenvoudigs als paracetamol, kom ik rustig naar buiten met dagcrème, een paar shampoos, een nieuwe oogschaduw, mascara en mooie haarspelden. Ik heb moeite om aanbiedingen te weerstaan. En die aanbiedingen zijn er altijd, overal. Ik móét het gewoon hebben. Bij die winkelketens waar je voor een euro een fotolijstje en voor drie euro een windlicht kunt kopen, kan ik helemaal losgaan. Het is allemaal zo goedkoop!
Op het moment dat ik mijn pinpas voor een paar tientjes door het apparaat haal, voel ik de stress door mijn lijf gieren. Enerzijds is dat de kick van het kopen, anderzijds het schuldgevoel dat me meteen overvalt. Ik weet heus wel dat ik al die spullen niet nodig heb, maar ik vind dan dat ik het verdien omdat ik zo hard werk. Ik word echt gelukkig van het vooruitzicht zo’n fonkelnieuwe mascara in mijn make-uptasje te stoppen. Kortstondig weliswaar, maar toch. Ik merk ook dat ik er meer last van heb als ik weinig afleiding heb en me eenzaam voel. Of als ik ongesteld ben. Dan mag ik mezelf ‘verwennen’. Met mijn ouders heb ik afgesproken dat ik ze ga terugbetalen op het moment dat ik een vriend heb met wie ik samenwoon. Daar kwam mijn moeder vorig jaar mee. ‘Als je samen de lasten voor een huis draagt, krijg je iets meer ruimte en kun je ons aflossen.’ Ik was zo blij dat ze dat voorstelde. Mijn vader vond het een minder geslaagd plan. ‘Schulden moet je zo snel mogelijk aflossen’, zei hij. ‘Al is het maar met een paar tientjes per maand’. Uiteindelijk won mijn moeder de discussie. Terwijl zij het over mijn schuld hadden, zat ik er maar ongemakkelijk en stilletjes bij. Ik heb ze nog steeds niets verteld over mijn krediet. Zij denken dat ik het hele huis destijds heb ingericht van het bedrag dat zij me hebben geleend.”
Op eigen kracht
“Het roer moet om, dat is sinds kort doorgedrongen. Vriendinnen kopen huizen, gaan trouwen en hebben het over kinderen. Ik krijg niet eens een hypotheek vanwege mijn schulden en woon nog steeds in een piepklein huisje. Mocht ik ooit weer een leuke man tegen het lijf lopen, dan wil ik niet dat mijn schulden tussen ons in komen te staan. Ik pin tegenwoordig een bedrag dat ik per week mag uitgeven, net zoals ik altijd zie in Een dubbeltje op zijn kant. Ik probeer er een uitdaging van te maken om het te redden met dat bedrag en dat gaat best goed.
Online shoppen doe ik niet meer. Waar ik voorheen alles opmaakte, los ik nu het bedrag dat ik maandelijks overhoud af. Dat is al twee maanden driehonderd euro geweest. Toch blijf ik de drang houden iets te kopen. Ik vind het een fi jn idee dat ik nu eindelijk eens geld overhoud aan het einde van de maand, maar ik mis mijn geluksmomentjes wel. Ik vind het leven er in dat opzicht ook niet leuker op geworden, daar ben ik heel eerlijk in. Daar spreekt dan toch echt een verslaafde, hè? Ik ben pas twee maanden bezig met aflossen en vind dat ik het moet volhouden: dit kan ik op eigen kracht. Ik heb me voorgenomen dat ik direct hulp zoek als ik de mist in ga. Als ik toch weer online ga shoppen of mijn pinpas volop ga gebruiken, moet ik van mezelf naar een psycholoog. Daar zit ik echt niet op te wachten, dus dat is mijn stok achter de deur.”
Diep verlangen
“Er komt vast een moment waarop het makkelijker zal gaan. Als ik zie dat ik echt uit de rode cijfers ga komen, bijvoorbeeld. Of als ik een leuke man tegenkom met wie ik heel gelukkig ben en met wie ik misschien wel kinderen krijg. Want kopen is natuurlijk gewoon een manier om de leegte in mijn leven op te vullen. Het is niet zo dat ik ongelukkig ben, maar ik verlang wel echt naar huisje-boompjebeestje. Ik ben er inmiddels achter dat ik met al dat kopen op de lange termijn niets opschiet. En ik pas er echt voor om te eindigen met een schuld waar ik nooit meer uit kom.”
Dit verhaal komt uit Vriendin 20 2017.
Lees ook: Nanette: ‘Ik ben voor 80.000 euro opgelicht en mijn man weet van niks’