Melissa: ‘Mijn beste vriendin pikte mijn droomhuis in’
20 december 2023
Toen het schattige huisje aan de rand van het park in de verkoop kwam, zag Melissa (27) zichzelf er al helemaal wonen met haar vriend Robin (27). Had ze dat nu maar nooit tegen haar beste vriendin gezegd. Drie maal raden wie er nu in het huis woont…
Melissa: “Mijn vader noemt me naïef. Mijn moeder ziet het als een prijs betalen voor altijd te eerlijk zijn. Mijn vriend Robin vindt het een rattenstreek. Zelf ben ik alleen maar heel erg verdrietig en gekwetst. En teleurgesteld, zowel in wat ooit mijn beste vrienden waren als het feit dat ik nu nooit in mijn droomhuis zal komen te wonen.
Al zolang ik me kan herinneren ben ik verliefd op de ‘Kabouter Plop’-huisjes aan de rand van het park in ons stadje. Er liggende er drie schuin naast elkaar. Ze hebben een puntdak, een kleine tuin, schattige luiken voor de ramen en een losstaande garage in dezelfde popperige stijl. Als kind fietste ik er vaak langs en dan altijd met de wens hier later te kunnen wonen.
Toen Robin en ik drie jaar geleden gingen samenwonen, werd dat in een gewoon huurappartement. De kabouterwoningen waren niet beschikbaar en leken ook niet snel in de verkoop te komen. Ik wist dat er in een van de huizen een oude dame woonde, waarbij de kans aanwezig was dat zij misschien ooit zou gaan verkassen naar een aanleunwoning of iets gelijkvloers. In de andere twee woonden jonge gezinnen waarbij ik aannam aan dat zij niet snel zouden vertrekken.
In de afgelopen jaren hield ik met een schuin oog makelaarssites en de woningen zelf in de gaten, met het oog op eventuele tekoopborden. Andere koopwoningen interesseerden me eigenlijk niet. Robin en ik betaalden weinig huur en we hoefden ook niet per se te verhuizen, we waren nog maar met zijn tweeën en hadden ruimte genoeg. Wel zei ik altijd tegen Robin: ‘Als het Plophuisje ooit vrijkomt, dan wil ik daar helemaal voor gaan’.”
Fundaverslaafd
“Onze goede vrienden Erik en Esther waren daarentegen áltijd op zoek naar woningen. Ze huurden een miniflat en wilden graag aan kinderen beginnen. Officieel waren het vrienden van mijn vriend Robin, maar toen ik een relatie met Robin kreeg, klikte het meteen ook tussen hen en mij. Met Esther kreeg ik zelfs een heel intense vriendschap. We appten de hele dag door en gingen vaak samen sushi eten, omdat de mannen daar niet van hielden. In coronatijd zaten Erik en Esther ook in onze bubbel: ze waren de enigen die we bleven zien en met wie we nog bij elkaar thuis afspraken.
Esther was echt Fundaverslaafd. Haar grootste hobby was om op zondagochtend in bed te scrollen door alle beschikbare en nieuw aangeboden woningen in hun prijsklasse. Elke week bezichtigden zij en Erik wel een huis in onze stad. Maar het was nooit echt naar haar zin. De ene keer lag de tuin op het noorden, dan weer was de zolder te klein, miste ze een kamer of moest er te veel aan worden gedaan. Erik en zij hadden twee linkerhanden, dus wilden ze geen klusproject maar een woning waar ze zo in konden trekken, het liefst nieuwbouw. Uiteindelijk namen Erik en Esther een optie voor een nieuw project aan de rand van de stad, dat eind 2024 gerealiseerd zou worden en nog net binnen hun budget viel. Maar dat weerhield haar er niet van nog dagelijks door het aanbod woningen te scrollen.”
Smoorverliefd
“Begin dit jaar fietste ik langs het park en maakte ik zoals altijd een omweg langs de kabouterhuisjes. Ineens zag ik een verhuiswagen staan voor de woning van de oude dame. Ik stapte af om te kijken en sprak een man aan die in de tuin stond te roken. Ja, het klopte, het huis werd leeggehaald, want het was van zijn moeder en zij ging nu naar een verpleeghuis. Volgens hem zou de woning de week erop in de verkoop gaan. Ik vroeg hem naar de makelaar en hij noemde de naam. Ik belde meteen met het makelaarskantoor en vroeg om een bezichtiging. Ze beloofden contact met mij op te nemen, voordat het huis in de verkoop zou gaan.
Opgetogen kwam ik thuis. Ik belde direct mijn ouders en vriend om te vertellen dat mijn droomhuis op de markt kwam en wij hopelijk een kans maakten het te kunnen kopen. Ook Esther lichtte ik in over de aanstaande bezichtiging. Ze vond het superleuk voor mij en beloofde de Fundapagina in de gaten te houden.
Twee weken later werd ik op vrijdagmiddag gebeld door het makelaarskantoor en maakte ik een afspraak voor een rondleiding op maandag. Ik vroeg mijn vader om met Robin en mij mee te gaan, want er was best flink achterstallig onderhoud aan de woning. Met het blote oog kon je al zien dat de kozijnen dringend aan vervanging toe waren. Het hout bladderde af aan de buitenkant, laat staan hoe het dan binnen was.
Ik dacht dat ik een soort voorkeursbehandeling had, maar er waren nog meer mensen uitgenodigd voor die maandag, zo hoorde ik van de makelaar. Toen ik Esther even later belde, vertelde ze dat zij een van de kijkers die maandag zou zijn. Speciaal voor mij ging ze er een kijkje nemen, ze was aangestoken door mijn enthousiasme. Ik vond het superleuk dat ze zo betrokken bij ons was. In het weekend hadden we nog uitgebreid over prijzen gesproken, over wat het waard was en wat je zou moeten bieden. Volgens haar was de huizenmarkt inmiddels veel minder overspannen en boden mensen regelmatig iets onder de vraagprijs.
Gelukkig mochten wij wel als eerste komen kijken, meteen ’s ochtends om negen uur. Zodra ik een voet over de drempel zette, was ik smoorverliefd. Het was van binnen precies zoals ik altijd had gefantaseerd en zelfs nog beter. In mijn gedachten richtte ik kamer voor kamer al in. Robin en mijn vader, die allebei erg handig zijn, maakten ondertussen al plannen om een muur bij de keuken uit te breken om zo meer ruimte te creëren. Zij klopten op muren en vloeren en keken goed naar alles wat er moest gebeuren. Zelf was ik al niet meer toerekeningsvatbaar. Hier wilde ik wonen, een gezin starten, hier zag ik mezelf helemaal gelukkig geworden.
Erik en Esther zouden ‘s middags laat pas gaan kijken. Ik had eigenlijk verwacht dat ze mij daarna meteen zouden bellen om hun bevindingen te delen, maar dat gebeurde niet. Ook de dagen erna was het stil. Ik zocht er niet veel achter, al was het natuurlijk wel vreemd.”
Persoonlijk briefje
“Meteen de dag erna deden we een bod, heel officieel per mail. Hoewel er flink wat moest gebeuren aan de woning, zagen we de potentie en wilden het nog mooier maken. En daarom gingen we niets afdingen, maar boden we met alle liefde de vraagprijs. We deden er een persoonlijk briefje bij waarin we schreven hoe lang dit al mijn droomhuis was. We hoopten dat de familie gevoelig was voor deze mooie woorden over de woning van hun moeder. Ik kan me zo voorstellen dat als je iets verkoopt, je dat liever doet aan iemand die er helemaal gek van is, dan iemand die moppert over afgebladerde verf en beschadigde hoekjes.
Ik hoopte snel een reactie te krijgen en was verschrikkelijk zenuwachtig. Ik checkte onophoudelijk mijn mail en er kwam niets meer uit mijn handen. Op dinsdag deden we het bod, woensdag was het stil en ook op donderdag hoorde ik niks. Op vrijdagmiddag om drie uur hield ik het niet meer uit. Ik wilde niet zo het weekend in, met alle spanningen en ik liet mijn vader bellen om te vragen hoe het stond met ons bod. Ik zat naast hem, de telefoon stond op de speaker. Maar wat ik toen hoorde, sloeg werkelijk alles. De makelaar reageerde heel ongeïnteresseerd. Ja, hij had wel een mail gezien van ons, maar dat naast zich neergelegd, omdat ‘er al overboden was!’ Hij zou volgende week iedereen netjes een bericht sturen, want zoals het er nu uit zag had de familie dat bod geaccepteerd. En als er niets mis zou zijn met de financiering, was de koop dus rond.
Ik moest meteen keihard huilen, toen mijn vader de telefoon had neergelegd. Mijn droom spatte uiteen. Ik snapte er niets van, wij wilden precies de vraagprijs betalen. In deze tijd moest dat toch voldoende zijn? Ik had zo’n spijt dat we toch niet meer hadden geboden. Ook al bleef mijn vader zeggen dat het prima was, zelfs al iets te hoog, gezien de staat en het aantal vierkante kilometers van de woning.
Ik kon mezelf niks kwalijk nemen, zei hij. Als iemand zo wanhopig graag deze woning wilde, konden we daar niks aan doen. Ik moest er geen gevecht van maken zei hij, want dat kon je toch nooit winnen. Waarschijnlijk zat er een investeringsmaatschappij achter of een aannemer die er grootse plannen mee had en dus genoeg geld.
Robin was ook best verdrietig en teleurgesteld, maar minder dan ik. Voor hem waren er meer opties mogelijk. Hij probeerde me op te beuren. Misschien dat een van de buren binnenkort zou willen verhuizen. Wie weet hadden zij nu dollartekens in hun ogen gekregen, nu ze wisten dat er best wel veel animo voor de kabouterhuisjes was. Maar zijn sussende woorden hielpen niet echt. Ik was zo teleurgesteld, ik had écht gedacht dat het huis voor ons zou zijn.”
Mes in de rug
“Op dat moment wist ik niet dat het nog veel erger zou worden. Ik had Esther ook meteen een appje gestuurd, aangezien ze de telefoon niet opnam. Daarin had ik gezegd dat ik heel erg verdrietig was, ‘want ons droomhuisje is verkocht’. Een uur later replyde ze met: Ja, dat weet ik.
Ik snapte niet hoe ze dat wist, maar dacht toen dat Erik misschien iets had gehoord van Robin. Maar sowieso vond ik haar wel heel koel reageren. Ze had er op z’n minst een huilsmiley bij kunnen plaatsen. Wat het nog vreemder maakte, was dat op dat moment Robin een appje kreeg van Erik met daarin het bericht: wij gaan verhuizen! Wat gek, dat nieuwbouwproject zou toch pas eind 2024 vrijkomen? Of hadden ze net de bevestiging gehad dat zij waren ingeloot? Robin vermoedde direct iets anders, maar zei dat niet tegen mij. Helaas had hij gelijk: Erik stuurde terug dat ze hadden afgezien van de nieuwbouw en binnenkort zouden gaan wonen aan de rand van het park. In – jawel – het kabouterhuisje.
Ik stortte letterlijk en figuurlijk in toen ik dat las. Zittend op de grond moest ik enorm hard huilen. en heb ik heel hard ‘Nee, nee, nee’ gegild. Waarom waren onze vrienden uitgerekend degenen die ons hadden overboden? Waarom staken zij een mes in onze rug, achter onze rug om?”
Verslagen
“Ik snapte er helemaal niets van. Ik stuurde Esther de vraag waarom zij mij had bedrogen. Daarop reageerde ze boos: zij had toch niet mijn toestemming nodig als ze een woning wilde kopen? Als ik het huis zo graag had gewild, hadden we een hoger bedrag moeten bieden. Zij kon er niets aan doen dat het bod van hen toevallig wat hoger was geweest. Ook zei ze dat er voor ons heus nog wel wat anders kwam, wij waren immers net begonnen met onze zoektocht, terwijl zij al jaren op zoek waren. Toevallig voldeed dit huis precies aan hun wensen, beweerde ze. Ze liet daarbij achterwege dat dit een opknapper was en geen hypermodern huis waar ze het altijd over had gehad. Maar dat heb ik allemaal niet gezegd, ik was zo verslagen.
Eerlijk gezegd hebben we elkaar daarna nooit meer gesproken of gezien. Ik had geen trek meer in deze vriendschap, ik voel me enorm bedrogen. Nee, natuurlijk hoefden Esther en Erik geen toestemming te vragen, maar ze wisten hoe graag ik deze woning wilde.
We komen ze inmiddels ook niet meer tegen, want Robin en ik zijn verhuisd, een paar dorpen verderop. We zagen daar een ander schattig puntdakhuisje, weliswaar zonder garage en minder groen eromheen, maar wel met een grote schuur. Er was voor mij geen enkele noodzaak nog te blijven wonen in mijn geboortestad. No way ook dat ik ooit in een van de huizen naast Erik en Esther zou willen wonen, want ik wil hen absoluut niet als buren hebben.
Via via hoor ik nog weleens iets over hen. Van mijn ouders weet ik bijvoorbeeld dat het klussen ze vies is tegengevallen. Er moest toch wel veel aan gebeuren en ze waren een hoop geld kwijt aan een aannemer. Nou ja, mooi goed voor hen. Al met al blijft het zo onwerkelijk. Ik kan nog steeds niet geloven dat ze dit hebben gedaan. En het ergste: niet alleen was ik in een klap mijn droomhuis, maar ook onze beste vrienden kwijt.”
Tekst: Joan Makenbach. Om privacyredenen zijn alle namen veranderd, De echte namen zijn bekend bij de redactie.
Foto: Getty Images
Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.