Placeholder

Nurlela: ‘Ik had nooit problemen met mijn adoptie tot ik mijn adoptievader verloor’

Nurlela (39) werd geadopteerd uit Indonesië. Ze had nooit problemen met haar adoptie, tot haar vader overleed. Vorig jaar reisde ze samen met haar moeder Miny (69) naar haar geboorteland voor het tv-programma Eindelijk thuis.

Nurlela (39) werd geadopteerd uit Indonesië. Ze had nooit problemen met haar adoptie, tot haar vader overleed. Vorig jaar reisde ze samen met haar moeder Miny (69) naar haar geboorteland voor het tv-programma Eindelijk thuis. “Door onze reis voel ik me lichter, al die zware emoties heb ik eindelijk losgelaten.”

Nurlela: “Ik ben geboren in Indonesië. Over mijn biologische ouders is vrij weinig bekend. Het enige wat ik over mijn moeder weet, is dat ze Rini heette en groente en fruit verkocht op een boot op een floating market. Wie mijn vader is, is onbekend. Ik weet wel dat ik twee oudere zussen en een halfbroer heb. Mijn moeder verdiende niet genoeg om nog een vierde kind op te voeden en moest mij dus noodgedwongen afstaan. Ze noemde me Nurlela, wat ‘licht in de duisternis’ betekent. Dat is veelzeggend, vind ik. Ik denk dat ze een zwaar bestaan had en dat ik misschien toch een lichtpuntje ben geweest in haar duisternis. Mijn moeder zou nu in de zeventig zijn, als ze nog leeft. Hopelijk denkt ze aan mij als ze naar de sterren kijkt.”

Een warm nest

“Mijn adoptieouders konden geen kinderen krijgen. Ze kenden een ander stel dat ook een kindje uit Indonesië had geadopteerd. Dat mijn adoptievader ook uit dat land kwam, speelde ook mee. Zo’n adoptieprocedure is een heel traject. Het voelde voor mijn ouders dan ook als een ontlading toen ze mij voor het eerst zagen, het was liefde op het eerste gezicht. Op de foto waarop ze met mij staan, zijn die gevoelens goed af te lezen. Ik was toen drie maanden oud. Ik heb bij mijn ouders een fantastische jeugd gehad. Het was gezellig thuis en ik groeide op in een warm nest. Ik was wel een vaderskindje, ik trok meer naar hem omdat hij wat makkelijker was en ik alles van hem mocht.

Mijn moeder was strenger, zij was meer van de normen en waarden. Als ik iets wilde, moest ik er voor werken, dat soort dingen. Mijn ouders maakten er nooit een geheim van dat ik was geadopteerd. Er stond een fotoalbum in de kast met die mooie eerste foto’s. Misschien was ik daarom ook nooit bezig met mijn adoptie. Over kinderen die geadopteerd zijn, is bekend dat ze het soms lastig vinden om een positief zelfbeeld te ontwikkelen. Ze voelen zich niet gewenst, want ze zijn in de steek gelaten door hun biologische ouders. Daardoor voelen ze zich sneller afgewezen. Voor mij speelde dat allemaal niet. Ik was gelukkig.”

Groot verlies

“Helaas veranderde dat op mijn 25ste. Mijn ouders waren kort daarvoor uit elkaar gegaan. Mijn moeder was weggegaan bij mijn vader en hij kon daar niet mee omgaan. Hij pleegde zelfmoord. Uit verdriet. Dat weet ik, omdat hij een afscheidsbrief voor me naliet. Ik ben dankbaar dat hij nog in staat was die brief te schrijven. Hij vroeg mij onder andere of ik hem kon vergeven en schreef dat ik altijd zijn lieve kleine meid zou zijn.

Heb jij last van suïcidale gedachten? Praat er dan over. Bel 0900-0113 of ga naar www.113.nl.

Op dat moment dacht ik: wat heb ik eigenlijk aan deze brief? Ik krijg mijn vader er niet mee terug. Ik deed altijd leuke dingen met hem, ging met hem naar de bioscoop, de stad of het strand. Ik was de avond ervoor zelfs nog met een vriendin bij hem langsgeweest. Hij gaf me bij het afscheid een kus op mijn voorhoofd. En dan hoor je de volgende dag dat hij er niet meer is…. Ik weet nog dat ik boven aan de trap stond toen mijn moeder belde om het te vertellen. Ik viel letterlijk naar beneden. Mijn wereld stortte in. Ik was al verlaten door mijn biologische ouders, nu liet mijn vader me ook nog in de steek. Behalve verdrietig was ik ook boos. Dat is lekker, dacht ik, jíj wilde mij toch zo nodig? De gevoelens waarmee veel geadopteerde kinderen kampen, had ik nu ook opeens. Daarbij nam ik mijn moeder kwalijk dat mijn vader zelfmoord had gepleegd. Als zij niet bij hem was weggegaan, zou dit nooit zijn gebeurd, zo redeneerde ik. Niet dat ik het met mijn moeder had over mijn gevoelens, trouwens. Mijn verdriet was te groot, zij had haar eigen verdriet en bovendien was ik veel te bang dat ik haar ook nog kwijt zou raken als ik dit zou zeggen. Dan had ik niemand meer. We haalden mijn vaders huis leeg, overlegden wat we met zijn spullen zouden doen en gingen verder met ons leven. Veertien jaar zweeg ik over wat me dwarszat. Tot dit jaar.”

Lot uit de loterij

“Eind vorig jaar logeerde ik bij twee vrienden toen ik een beetje zat te scrollen op mijn telefoon. Opeens zag ik een oproep voor een nieuw televisieprogramma, Eindelijk thuis. Ze zochten kinderen die waren geadopteerd en de band met hun adoptieouder(s) wilden versterken door voor het eerst samen naar hun geboorteland te gaan. Ik weet nog dat ik dacht: ja, jullie zoeken mij! Ter plekke heb ik mijn verhaal getypt en meteen verzonden, nog voordat ik mijn moeder had ingelicht. Toen ik mijn moeder belde, zei ze dat ze natuurlijk met me mee zou gaan. Maar ja, hoe groot was de kans dat ik werd uitgekozen? Nou, dat gebeurde dus wel.

Ik was stomverbaasd, en er even stil van. Ik wilde altijd al naar Indonesië, het land van mijn biologische ouders én van mijn adoptievader. Ik had er als alleenstaande moeder – ik heb een zoontje van tien, Virgill – alleen geen geld voor. De laatste jaren had ik verschillende keren tegen vrienden en vriendinnen gezegd dat ik écht wilde voordat ik veertig werd. En nu, op mijn 39ste, kwam dit op mijn pad. Het was een lot uit de loterij.”

Waardevolle reis

“Een paar maanden daarna, in januari, vertrokken we. Indonesië voelde als thuiskomen. Ik was er alleen de eerste drie maanden van mijn leven geweest, dus ik had geen herinneringen aan het land, maar ik hoefde niet te wennen. Het voelde vertrouwd om tussen mensen te zijn op wie ik zo lijk. In Nederland voel ik me altijd klein, in Indonesië is iedereen zo klein.

Maar de reis was ook emotioneel: mijn moeder en ik waren in het land waar onze moeder-dochterband was begonnen. Dat was best pittig. Ook fysiek, zeker voor mijn moeder, die al 69 is. We reisden negen dagen lang naar plekken die voor ons belangrijk waren. Het weeshuis waar mijn ouders mij ophaalden, het huis waar mijn vader is geboren, de floating market waar mijn biologische moeder haar groente en fruit moet hebben verkocht. Nee, mijn biologische ouders heb ik niet gevonden. Die zoek ik nog steeds. Maar deze reis heeft me wel veel prachtige momenten opgeleverd. En nog iets heel waardevols.”

Emotionele gesprekken

“In Indonesië vond ik eindelijk, veertien jaar na de zelfmoord van mijn vader, de moed om mijn moeder over mijn gevoelens te vertellen. Dat ik haar de schuld gaf van het overlijden van mijn vader. Dat ik me door hem, maar ook door haar in de steek gelaten voelde. Dat het na die periode voelde alsof ik mijn wortels kwijt was, mijn identiteit. Mijn moeder reageerde aanvankelijk aangeslagen op mijn verwijt. Ze wist niet van die gevoelens. We hebben het er daarna nog een keer over gehad en in dat tweede, emotionele gesprek maakte ze me duidelijk dat ze mij nooit in de steek had gelaten. Ze was juist de enige die er altijd voor me was geweest.

Heel gek misschien, maar dat was een enorme eyeopener voor mij. Het was ontzettend zwaar om met haar over mijn gevoelens te praten, maar na die gesprekken viel er een enorme last van me af. Mijn moeder en ik hadden na de dood van mijn vader altijd stroef contact. Ik denk dat mijn verwijt altijd tussen ons in heeft gestaan. Nu de lucht was geklaard, gaven we elkaar een knuffel. Een échte knuffel, waarin we opeens echt weer onze moeder-dochterband voelden. Door dat moment, dat gesprek en die knuffel, is mijn leven voorgoed veranderd. Ik voel me lichter, al die zware emoties heb ik losgelaten. Ik heb niet alleen mezelf teruggevonden, maar ook mijn moeder. Ik voel me als herboren.”

Dit verhaal komt ui Vriendin 48.

Heb jij last van suïcidale gedachten? Praat er dan over. Bel 0900-0113 of ga naar www.113.nl.