Odine kreeg vier dochters binnen één jaar
17 mei 2023
Odine (36) werd na de geboorte van haar dochter binnen vier maanden opnieuw zwanger. Niet van één, niet van twee, maar van drie meisjes. “Aan mezelf kom ik niet toe, nee. Maar dat vind ik niet zo belangrijk. Ik wil nu juist genieten van de kinderen.”
Odine: “Zes jaar geleden vroeg Michiel mij ten huwelijk. We waren vier jaar samen en vonden het tijd voor een groot feest. Op dat moment hadden we ook al een kinderwens. Ik weet nog dat we overwogen een zwangerschap uit te stellen tot na het huwelijk. Achteraf denk ik: dat we het daar überhaupt over hebben gehad. Als fertiliteitsarts weet ik immers heel goed dat zoiets als kinderen krijgen helemaal niet te plannen valt. Het is uitzonderlijk als je precies op het moment dat jij dat wilt, zwanger raakt. Het leven is niet maakbaar. Dus besloten we voor onze kinderwens
te gaan en tegelijkertijd het huwelijk te plannen. We zouden wel zien of ik op onze trouwdag zwanger was of niet.
Een jaar later trouwden Michiel en ik. Het was een prachtige dag, een geweldig feest, maar zwanger was ik nog steeds niet. Tuurlijk werd ik een beetje ongeduldig.
Ik vroeg me ook weleens hardop af of het wel zou lukken zwanger te raken. Ergens in je achterhoofd houd je er rekening mee dat je misschien niet dat grote gezin krijgt waar je naar verlangt. Al moet ik daar wel meteen bij zeggen: bij mij is het glas altijd halfvol. Ik sta heel positief in het leven. Dus ik hield hoop en dacht vooral: misschien lukt het niet metéén om zwanger te worden, dat wil nog niet zeggen dat het helemaal niet gaat lukken. Wel gingen we de
medische molen in.
Na twee jaar was het raak. Die eerste zwangerschap eindigde helaas in een prille
miskraam. Verdrietig natuurlijk, al zag ik het ook als iets hoopgevends: ik kon in elk geval zwanger worden. Als het één keer lukt, gaat het vast ook een tweede keer gebeuren.
En dat was zo. Niet lang daarna was ik
opnieuw zwanger. Deze keer verliep alles zonder problemen.”
Niet te lang wachten
“Chrisje, onze oudste, werd in 2020 geboren. Ze was een reus van een baby en deed het meteen erg goed. Ik genoot volop van de eerste kraamweken met dit kleine wezentje. Wat een geluk. Ik herinner me nog heel goed dat ik op een mooie, vroege septemberdag met Chrisje in de kinderwagen door ons dorp liep. Ergens in een tuin zag ik een lange tafel staan met allemaal stoelen. Echt zo’n gezellige familietafel. In mijn fantasie zag ik Michiel en mij daar al zitten met een hele kinderschare. Want een groot gezin, dat is waar we samen van droomden. Ik zag het al helemaal voor me. Een huis vol… Tja, en toen liet die gedachte mij niet meer
los. Thuis zei ik tegen Michiel: ‘Misschien
moeten we met een tweede kindje niet al te lang wachten.’ Omdat het de vorige keer zo lang duurde en ik toch ook al wat ouder ben. Dus stopte ik diezelfde week nog met de borstvoeding in de hoop dat mijn cyclus snel weer terug zou komen. Ik dacht: ik ga er gewoon voor. We pakken nú gewoon door. Ook of misschien wel vooral omdat ik me fysiek echt supersterk voelde, anders moet je dit natuurlijk niet doen. Er kleven
best wat risico’s aan zwanger worden
binnen een jaar na een bevalling. Je hebt bijvoorbeeld een grotere kans op een vroeggeboorte. En het hangt er ook vanaf of je natuurlijk bent bevallen of met een keizersnee. Toch hebben we doorgezet. Acht weken na de bevalling van Chrisje was de borstvoeding afgebouwd, vier
weken later had ik weer een cyclus. En nog eens een maand later was ik opnieuw zwanger! Euforisch waren we.”
Eerste echo
“Omdat we midden in de coronaperiode zaten, ging Michiel niet mee het ziekenhuis in voor de echo. In plaats daarvan wachtte hij buiten op de parkeerplaats in de auto. Terwijl hij daar Chrisje de fles gaf, maakte mijn collega-vriendin een eerste echo.
Al weet je precies wat er gaat gebeuren, het blijft spannend en een wonder als je een hartje op het apparaat ziet kloppen.
Ik zag meteen twee embryo’s. ‘Het is een tweeling’, riep ik door de telefoon naar
Michiel. Mijn vriendin zag nog een vruchtzak. ‘Nee, wacht, dan is het geen tweeling, maar zijn het er drie!’ Ik kon het bijna niet geloven. Dit was zo bizar. Je hoort wel dat vrouwen na een zwangerschap snel
opnieuw in verwachting zijn. Je hormoonhuishouding is dan nog een beetje van slag waardoor er soms twee eitjes springen in plaats van één. Dat is bij ons ook gebeurd. Bovendien heeft één embryo zich ook nog eens gesplitst. Met dit scenario had ik totaal geen rekening gehouden. Meerlingen zitten niet in de familie. We waren helemaal door het dolle. Uitgelaten. Michiel dacht dat we hem voor de gek hielden. Pas toen hij de foto van de echo zag, geloofde hij het en was het feest compleet.”
Voorbereid
“Die jubelstemming heeft een week geduurd. Om precies te zijn totdat we een afspraak hadden in het ziekenhuis in Leiden bij een gynaecoloog die helemaal in meerlingen is gespecialiseerd. Zij zette ons met beide benen op de grond. Er kon nog zo veel misgaan. We werden echt helemaal bijgepraat en voorbereid. Zodat we – als we deze zwangerschap zouden doorzetten – precies wisten wat we konden verwachten. Van vroeggeboorte en de gevolgen daarvan tot aan het overlijden van de baby’s. Met een vat vol informatie gingen we naar huis. Mijn hoofd tolde ervan. We zijn niet over één nacht ijs gegaan. Hebben alle scenario’s – ook de slechte – samen doorgesproken. Maar uiteindelijk stond voor ons vast: we zouden gaan voor deze drieling.
De zwangerschap was pittig. Tot twintig
weken was ik ontzettend misselijk, moest ik veel overgeven en had ik last van enorme bloedneuzen. Maar ik dacht ook: als dit
alles is, komt het goed. Daarnaast had ik natuurlijk ook Chrisje nog voor wie ik moest zorgen en werkte ik door tot ongeveer 22 weken. Al die tijd zag ik, met mijn ontzettend dikke buik, patiënten. Dat vond ik lastig. Vooral omdat ik weet dat het voor sommigen van hen confronterend is, zo’n zwangere fertiliteitsarts. Ik begrijp dat. Ik gun het mijn patiënten allemaal zo dat ze zwanger raken. Een kinderwens is iets heel intrinsieks. Als die niet vervuld wordt, is het echte rouw waar je doorheen gaat. Het liefst vertel ik hun wat mij is overkomen. Dat je leven er in één jaar totaal anders kan uitzien. Dat je na twee jaar proberen, in één jaar tijd van geen naar ineens vier baby’s kunt gaan. Het gedroomde grote gezin. Ook al is dit natuurlijk heel uitzonderlijk, maar je wilt ze zo graag perspectief bieden, hoop geven.”
Alles keer drie
“Ondertussen vlogen de weken voorbij.
We wisten inmiddels dat we drie meisjes zouden krijgen. Overal sprokkelden we spullen vandaan. Sommige drielingmoeders verkopen babykleertjes, buggy’s, boxen en wat al niet meer op Facebook. Ideaal. En ik kreeg veel bruikbaars van vrienden en familie. Je moet echt flink wat verzamelen, want alles moet keer drie. Volgens mij hadden we het allemaal net op orde toen mijn arts het verstandig vond de baby’s te halen via een keizersnee. Dat was na een zwangerschap van 34 weken en twee dagen. Ze waren nog heel klein. Met z’n drieën lagen ze, vlak na de geboorte, heel eventjes als een toren van baby’s op mijn borst. Daarna gingen ze alle drie mee met de kinderartsen. Er gebeurde zo veel in de eerste paar uur. Alle drie de baby’s hadden extra zorg nodig en werden op de intensive care in de gaten gehouden. Als ouder wil je graag de controle houden over alles en meebeslissen. Maar dat kan helemaal niet. Ik besefte al snel: loslaten is de sleutel om alles makkelijker te maken. Gelukkig deden ze het goed, Aemilia, Sue en Jacky. Bewust
hebben we ze alle drie een heel andere naam gegeven. Zodat ze meteen iets eigens hebben, iets wat hun uniek maakt.”
Roze feest
“Na drie weken waren ze sterk genoeg om naar huis te gaan. Dat was één roze feest! Al toen we de snelweg af reden, zagen we overal roze vlaggen en ballonnen hangen. Het hele dorp was versierd en onze vrienden stonden ons op te wachten. Wat een warm welkom. Ze hadden een roze vriezer vol eten gebracht, zodat we de eerste dagen niet hoefden te koken.
Voor de meisjes hadden we vanuit het ziekenhuis een heel voedingsschema meegekregen. Eigenlijk moest om het uur wel een baby worden gevoed en tussendoor kon ik kolven. Was de één net gevoed, moest de ander weer. Slapen deden we nauwelijks. Hier en daar een uurtje misschien. Chrisje kon net kruipen. Dus ook haar moesten we in de gaten houden. Door de vermoeidheid kregen Michiel en ik vaak de slappe lach. Het is ook zo surrealistisch. Ineens drie van die kleintjes in huis. Sue en Jacky zijn een eeneiige tweeling en lijken ontzettend op elkaar. We haalden ze dus nog weleens door elkaar. Dan pakte ik Sue op voor een flesje en bleef Jacky maar huilen. ‘Jij hebt haar toch een fles gegeven?’ vroeg ik dan aan Michiel, wijzend op Jacky. Bleek hij zich te hebben vergist en per ongeluk Sue een fles te hebben gegeven. Dat soort dingen.
Ze zeggen weleens: it takes a village to raise a child. Die vlieger gaat bij ons zeker op. Iedereen stond en staat nog steeds voor ons klaar of dacht en denkt mee. Zo lief. De eerste paar weken kwamen vriendinnen elke dag eten brengen. En in het weekend pasten vrienden en familie twee aan twee een paar uurtjes op, zodat wij even konden slapen of samen iets konden ondernemen. Een keer wilden we een terrasje pakken. Het was zulk mooi weer. We hadden de auto geparkeerd, maar waren allebei te moe om uit te stappen. Toen hebben we de stoelen maar naar achteren geklapt en zijn we gaan slapen tot de wekker weer ging. Je bent intens moe. Elke maand was er wel iets nieuws aan de hand wat slaapgebrek opleverde. De ene keer buikkrampjes, dan een verkoudheidsvirus of tandjes. En alles keer drie.”
Bij twijfel: wel doen
“De drieling is nu anderhalf, Chrisje elf maanden ouder. Iedereen loopt inmiddels, waardoor het allemaal wel wat makkelijker is dan in het begin. Hoewel… als ik alleen met ze op pad ga, houd ik ze in de bolderkar, anders lopen ze alle vier een andere kant uit. In dat opzicht zijn het echt vier individuen. Ik werk weer vijftig procent als fertiliteitsarts en ben daarnaast stemactrice. Wanneer wij werken, zorgen er altijd twee oppassers voor de meisjes. Het is één en al lichtheid, lol, leven en een gezellige chaos in dit huis. De meiden brabbelen, lachen en dansen. Zo leuk om te zien. Michiel houdt regelmatig racewedstrijden met ze door de kamer. Een dolle boel. Vervelen doen ze zich nooit. Ze hebben immers altijd elkaar om mee te spelen.
Mensen vragen of ik nog wel aan mezelf toekom. Nee dus. Maar dat vind ik niet zo belangrijk. Ik wil nu juist genieten van de kinderen. Hun komst heeft me veranderd. Ik ben me veel meer bewust van waar het om draait in het leven. Ik weet, denk ik, nog beter wat belangrijk is en wat niet. Vroeger vond ik schone kleren een must, nu ben ik al blij als iedereen überhaupt kleren aan heeft. Het grote geluk zit vaak in de kleine momenten. In optocht lopen naar het speelplein iets verderop met gekke
verkleedkleren aan, of muziek maken met pannen en pollepels. Eigenlijk kan alles hier. En bij twijfel, zeg ik: ‘Wel doen.’ Want ons motto is: zo veel mogelijk herinneringen maken met elkaar.”
Tekst: Jolanda Hofland
Foto: Amaury Miller
Visagie: Wilma Scholte
Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.