Canva1 2022 08 23t113647.742

Remona vond opnieuw liefde, na de dood van haar man Marc de Hond

Twee jaar geleden verloor Remona (36) haar man schrijver en theatermaker Marc de Hond (42). Ze schreef het boek Laat je tranen vloeien tot een vijver waarin ze vertelt hoe het haar en de kinderen Livia (5) en James (4) sindsdien vergaat en hoe ze opnieuw liefde vond. ‘Sil kreeg niet alleen mij, maar ook twee kinderen en Marc erbij.’

Remona: “Hoeveel tegenslag kan een mens hebben? Die gedachte schiet weleens door mijn hoofd als ik terugdenk aan wat Marc medisch gezien is overkomen. Als twintiger belandde hij in een rolstoel met een dwarslaesie nadat er een tumor in zijn ruggenmerg was verwijderd. In 2018 werd bij hem opnieuw kanker geconstateerd. Dit keer in de blaas. Die moest eruit en we dachten echt dat hij schóón was na de operatie. Maar ik herinner me nog goed hoe we met Livia en James, toen 3 en 1 jaar oud, door attractiepark Toverland liepen en Marc toch nog even op zijn telefoon in zijn medisch dossier ging kijken omdat de uitslag van zijn laatste CT-scan binnen was. Het bleek foute boel. Er zat wederom een flinke tumor in de buikholte. Vette pech. Er was niets meer aan te doen.
De palliatieve zorg werd vanaf dat moment gestart. Marc kreeg immunotherapie. Het drong toen nog niet goed tot me door wat dit betekende. Ik hoorde wel wat de dokter zei, en rationeel weet ik dat een palliatieve behandeling alleen is bedoeld als levensrekkend, maar gevoelsmatig wilde ik er niet aan dat Marc zijn laatste levensfase inging.”

Kop in het zand

“Marc was altijd heel openhartig over zijn ziekte en behandeling. Maar dit keer wilde hij het met zo min mogelijk mensen delen. Hij had zijn leven net weer op de rit, genoot van optredens en had mooie plannen in het vooruitzicht. ‘Als iedereen weet dat ik bijna doodga, stopt dat allemaal’, zei hij. Bovendien vond hij het ongeloofwaardig om als terminale kankerpatiënt op het podium grapjes te maken. Hij wilde niet continu geconfronteerd worden met het ziekzijn. Niet constant horen hoe erg het allemaal voor hem was. Ik begreep dat helemaal. Het is al zwaar genoeg. Samen besloten we gewoon door te leven en onze kop – min of meer – in het zand te steken. Gewoon zo veel mogelijk leuke dingen te doen. We zijn nog getrouwd, Marc deed mee aan De Slimste Mens en met de kinderen maakten we gezellige uitstapjes. Ons leven leek bijna normaal. Alleen moest Marc eens in de drie weken naar het ziekenhuis voor medicatie en eens in de drie maanden kreeg hij een nieuwe scan. In maart brak corona uit, begin april hoorden we dat de kanker helemaal was uitgezaaid. De immunotherapie stopte. Marc kon nog wel wat andere palliatieve behandelingen volgen, maar hij zei heel stellig: ‘Of ik word 82, of ik word 42 jaar. Ik wil geen dagen aan mijn leven toevoegen, maar leven aan mijn dagen.’ We deelden het slechte nieuws met een iets grotere kring rondom ons. Maar nog niet met de rest van de wereld. Marc wilde het stilhouden. Hij was vooral bezig met ons. Hij zette alles op alles om nog dingen te regelen voor mij en de kinderen. Hij kocht een huis dichtbij mijn familie, daar konden we straks naartoe verhuizen als we dat wilden. Hij voerde gesprekken met mensen die hij nog wilde zien, haalde herinneringen op, keek zijn hele leven terug op familiefilmpjes. Dat deed hem goed. Hij was realistisch. Al kon hij nog niet accepteren dat hij doodging, hij kon wel accepteren dat hij wist dat hij doodging. Bij doodgaan kon hij zich niks voorstellen. Maar dat stukje daarvoor, dat afscheid nemen, hij wist dat hij dat kon en wilde dat zo goed mogelijk doen.”

Vertrouwen in leven zonder hem

“Ik denk nu dat één van zijn belangrijkste doelen was mij vertrouwen geven in een leven zonder hem. Daar hebben we veel over gepraat. Dat was waardevol, ik gun dat iedereen. Wij hebben ook samen verdriet gehad om de toekomst die we niet meer hebben. Marc probeerde ook gesprekjes tussen mij en zijn familie tot stand te brengen. Hij vroeg zich hardop af hoe we na zijn dood verder zouden gaan. ‘Jullie hoeven de vloer niet bij elkaar plat te lopen. Maak het elkaar makkelijk. Geen hoge verwachtingen, geen eisen, maar blijf elkaar wel zien. Het is belangrijk dat mijn kinderen bij opa en oma komen. Daar moet jij ze bij helpen, dat kunnen ze niet zelf.’ Ik begreep dat helemaal. Het contact met Marcs familie is warm en gaat ook nu nog helemaal vanzelf. Maar het is goed dat hij het aanstipte. Marc heeft nog acht weken geleefd. Twee dagen voor zijn dood waren de rollen omgedraaid en heb ik hem het vertrouwen kunnen geven dat alles goed zou komen. Hij mocht het leven loslaten en rustig gaan.
Die eerste weken na zijn dood werd ik geleefd. Samen hadden we nog een soort van draaiboek gemaakt. Dat gaf houvast. Marc is volgens de Joodse traditie al een dag na zijn overlijden, begraven. Hij had een boek geschreven dat twee weken later uit kwam. Ter promotie gaf ik een interview bij OP1. En zo stonden er nog wat dingen gepland tot aan zijn afscheidsceremonie met intimi die live gestreamd werd naar familie en vrienden. Daarna moest ik zelf uitvinden hoe ik verder wilde zonder Marc. Ik ben een doorpakker. Wat mij betreft verhuisde ik zo snel mogelijk en begon ik meteen met het opbouwen van ons nieuwe leven. In al mijn naïviteit dacht ik: dit klusje klaar ik wel even. Ik kan dit, alleen, zonder Marc. Maar dat viel tegen. De eerste maanden heb ik elke dag gehuild. Ik liep tegen het alleen zijn aan. Alleen op de bank, alleen naar bed, alleen naar feestjes, alleen beslissingen nemen, alleen de kinderen troosten, alleen bedenken wat het beste voor hen is. Tuurlijk zijn er genoeg mensen die met me mee wilden denken. Maar ik zeg altijd: als je alle hulp, alle support bij elkaar stopt, hoe lief ook, het haalt het niet bij wat Marc voor me zou doen. Het vult nooit de leegte helemaal op die hij heeft achtergelaten. Dat is iets wat ik moest leren accepteren. Ik moet het alleen doen. Soms kon ik nog wel horen wat hij zou zeggen. Vooral in het begin borduurde ik verder op ons plan, onze gesprekken. Daar kon ik nog een tijdje op leunen.”

Meester in omdenken

“Marc was mijn baken. Mijn klankbord. Dat mis ik nog wel het meest. We vulden elkaar blindelings aan. Ik doe dit, jij doet dat. Hij kende en snapte mij het beste. Hij heeft verschillende Remona’s gezien. Van heel blij, tot boos en verdrietig. En hielp me altijd. Ik kende hem ook goed, maar hij had minder sturing nodig. Kon dingen goed alleen oplossen. Ik bleef nog weleens hangen in dingen. Dan gooide hij er wat humor in. Hij was ook een meester in omdenken. Positief denken. Het was zijn manier om met tegenslag om te gaan. Daarover zei hij bijvoorbeeld: ‘Je kunt tegenslag een plek geven. Je kunt het ook een mooie plek geven. Je kunt je situatie accepteren, maar je kunt hem ook omarmen. Je kunt je wonden verbergen, of er trots op zijn. Ze genezen beter in de zon. En je er zeker nóóit voor schamen.’ Prachtig toch? Marc was goed met woorden. Ik merk aan mezelf dat ik nu ook op die manier tegen het leven aankijk. Waar je mee omgaat, word je mee besmet. Het is niet iets wat je van de één op de andere dag kunt. Het is een proces. Zoiets gaat met vallen en opstaan. Net toen ik dacht dat ik qua rouw het moeilijkste had gehad – slechter dan dit wordt het niet zei ik tegen een vriendin – kreeg ik drie keelontstekingen in een maand tijd. Het verdriet uitte zich ineens in fysieke malaise. Ik voelde me zo beroerd, zo ellendig. Gelukkig weet ik nu: het gaat allemaal over. Die gedachte geeft lucht.”

Papa is de zon

“Livia was drie, James één jaar toen hun vader overleed. Met Livia kon ik erover praten. Ik kon haar dingen uitleggen. Vertellen dat papa nu een sterretje is en in ons hart zit. Livia had er zo haar eigen ideeën over. Ik weet nog goed dat ik over de snelweg reed naar het huis van mijn schoonouders. De zon scheen fel in de auto. ‘Papa stop, pijn aan mijn ogen’, riep Livia ineens. Ik twijfelde nog of ik het wel goed hoorde en vroeg haar: ‘Wat is er?’ Ze zei dat haar vader in haar ogen scheen. ‘Papa is de zon.’ Livia kan af en toe nog steeds verdrietig zijn. Dat mag. James heeft helaas geen herinneringen aan zijn vader. Hij was te jong. Toch denk ik dat er een sterke band is met Marc. James kan zo ineens over hem beginnen. We kijken samen foto’s, filmpjes en hebben het over hem.
Marc heeft zich een jaar lang laten interviewen in het theater. Die gesprekken zijn allemaal opgenomen en straks een prachtig cadeau voor de kinderen. Ze krijgen echt de kans hun vader goed te leren kennen. Er is ook een herinneringsdoos die Marc vulde met zijn spulletjes en verjaardagskaarten voor Livia en James. Zo is hij er toch een beetje bij als ze jarig zijn. In elk geval de eerstkomende jaren. Ik vind het heel verdrietig voor Marc dat hij onze kinderen niet meer groot ziet worden. Dat hij vanaf nu alle belangrijke momenten in hun leven mist. Marc was niet verbitterd. Hij gunde mij en de kinderen nog een mooi leven na zijn dood. ‘Laat je tranen vloeien tot een vijver om er zomers in te zwemmen en ’s winters op te schaatsen.’ Nog zo’n prachtige volzin van Marc. Pas later, na zijn dood, hier huilend op de bank, begreep ik wat hij er precies mee bedoelde. Wat hij me eigenlijk wilde meegeven, is dat alles er mag zijn. Verdriet, geluk… het gaat echt hand in hand. Dat sterkte me. We hebben het gelukkig ook gezellig met elkaar, doen precies dezelfde leuke dingen die we ook deden toen hij er nog was. Tegelijkertijd missen we hem enorm. Dat kan naast elkaar bestaan.”

Een gelukkig leven

Doordat ik weet dat Marc mij een gelukkig leven gunt, heb ik me nooit schuldig gevoeld. Niet als ik huilde, niet als ik lachte. En eigenlijk ook niet toen ik verliefd werd op Sil. Ik had me ingeschreven bij een datingbureau, wilde me alweer bijna uitschrijven toen Sil voorbijkwam. We hadden meteen een klik. Hij is leuk. Sommige mensen vragen of dat niet complex is: verliefd worden op een ander. Niet dus. Dat ik nu met Sil ben, heeft niets te maken met mijn liefde voor Marc. Het gaat ook niet ten koste van mijn liefde voor hem. Ik ben ervan overtuigd dat ik van Marc kan blijven houden en toch verliefd kan zijn op Sil. Daar moest Sil natuurlijk ook voor openstaan. Hij krijgt niet alleen mij, maar ook twee kinderen en Marc erbij. Ik heb meteen op onze eerste date tegen hem gezegd: ‘Mijn trouwring doe ik niet af.’ Dat begreep hij. Hij is heel relaxed. Dat heb ik ook nodig, anders werkt het niet.
Sil is anders dan Marc. Maar ik wilde ook niet een nieuwe Marc. Dat zou alleen maar een teleurstelling worden. Sil staat avontuurlijk in het leven, hij houdt van zijn vrije bestaan en neemt het leven zoals het komt. We plannen minder. Hebben we zin om te surfen, dan gaan we surfen. Willen we liever wandelen of fietsen, dan kan dat ook. In korte tijd zijn we snel naar elkaar toegegroeid. Uiteraard hebben wij ook onze struggles, want we verschillen behoorlijk. Maar dat mag geen reden zijn om het maar op te geven. Het belangrijkste is, dat het goed voelt bij Sil. Hij is ook dol op de kinderen en zij op hem. Ik ben hartstikke blij dat we nu al een soort van balans hebben gevonden met z’n vieren. Waarin ook ruimte is voor het verdriet om Marc. Dat mag er gewoon zijn als onderdeel van mijn leven. In het begin hoopte ik nog dat het verdriet op een gegeven moment zou verdwijnen. Maar nu wil ik helemaal niet meer dat het weggaat. Want op die momenten ben ik het dichtstbij Marc. Ik hoop dat ik over twintig jaar nog steeds om hem huil. Het betekent toch, dat je intens van iemand hebt gehouden.”

Meer lezen? Remona schreef Laat je tranen vloeien tot een vijver, € 20,99 (Lev boeken).

Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.