Tv-kok Yvette van Boven komt tot rust in haar keuken
23 april 2018
Schrijfster en tv-kok Yvette van Boven (49) is bezig met haar laatste seizoen Koken met Van Boven. Maar stoppen met koken? Nooit.
Schrijfster en tv-kok Yvette van Boven (49) is bezig met haar laatste seizoen Koken met Van Boven. Maar stoppen met koken? Nooit. “Koken is zó onderdeel van mij. Ik kan me niet voorstellen dat ik ooit iets anders kan doen.”
Anderhalf jaar geleden verruilde tv-kok Yvette van Boven haar etage in het centrum van Amsterdam voor een dijkhuisje aan de rand van de stad. “Het voelt alsof we hier al ons hele leven wonen”, vertelt ze, terwijl ze me voorgaat naar haar keuken. Dé keuken, die we altijd zien in haar programma Koken met Van Boven. Marie loopt met ons mee. Marie, dat is Yvettes hondje en trouwe metgezel. Ze is op tv vaak in beeld en is misschien wel het bekendste hondje van Nederland.
We gaan in de keuken zitten, Marie gaat in haar mandje liggen. Yvette: “Toen ik hier met Oof kwam kijken, had ik meteen het gevoel dat ik thuis was. Precies zoals het hoort als je een huis koopt. Het voelt nog steeds als een vakantiehuis. We denken weleens: wanneer komen de mensen van de Airbnb terug?”
Je bent in Ierland opgegroeid: je ouders emigreerden op de dag na hun bruiloft.
“Ja! Mijn moeder zat niet met haar trouwjurk in het vliegtuig hoor, mijn vader had daar al een baan. Mijn ouders waren op zoek naar meer vrijheid. Het waren de jaren zeventig en ze kwamen uit een conservatief Limburgs milieu. Die vrijheid vonden ze in Ierland. We woonden in een huisje aan de rand van de natuur, er waren geen hekken of grenzen. Mijn zusje en ik speelden altijd buiten. Ik sprak een tijd geleden onze vroegere buurjongen, die vertelde dat hij ons altijd bezig zag. We wandelden of verzamelden veren, schelpen en blaadjes. Die sleepten we dan naar binnen om ze na te tekenen, ergens op te plakken of te beschilderen. We zaten nooit stil.”
Heb je dat nog steeds?
“Ja, ik ben altijd iets aan het doen. Nu ik het minder druk heb, dwing ik mezelf soms om een boek te lezen. Ik vind het lastig om rust te vinden, dus dan probeer ik mezelf ervan te overtuigen dat lezen, behalve leuk, ook goed voor je is. Als ik iets doe, moet het namelijk wel nuttig zijn. Klinkt dat dwangmatig? Haha, ik speel dus ook de hele dag Wordfeud met mijn moeder. Ik probeer altijd te winnen, maar dat lukt weinig.”
Marie ligt intussen luid te snurken in haar mandje vlak bij de verwarming. Hoe oud is Marie eigenlijk?
“Ruim dertien, een dame op leeftijd. Omgerekend naar mensenleeftijd zou ze nu ongeveer 65 zijn. Een jongbejaarde, zeg maar.”
In hoeverre komt je liefde voor koken voort uit jouw jeugd in Ierland?
“Het land waarin je opgroeit, vormt je. Dus die liefde komt daar zeker uit voort. Ieren zijn royaal, open en heel gastvrij. Wij werden opgenomen in de straat. Mijn zus en ik speelden bij iedereen en bleven soms logeren, dus dan ontbeten we daar ook. Thuis kregen we muesli of een boterham, maar bij anderen hadden ze een grill boven het fornuis, waarin spek, worstjes, tomaatjes en champignons lagen te roosteren terwijl er op het fornuis eieren werden gebakken.”
Wat zie je bij jou terug van de Ierse manier van koken?
“Veel. Ik gebruik de oven vaak, en bak snel een cake als iemand langskomt. Dat is typisch Iers, dat er altijd iets zelfgebakkens op tafel komt. Ze maken ook veel dingen zelf. Dat kwam ooit voort uit gebrek, lang was er weinig te krijgen. Ze maken jam en plukken dingen uit de natuur, dat kost natuurlijk niks. Wildplukken mag daar, het is onderdeel van de cultuur. Veel Ieren zoeken kokkels op het strand, soms doen ze zeewier door hun boter. Buiten en binnen zijn meer met elkaar verweven dan bij ons, je leeft met de seizoenen. Op mijn tiende verhuisden we met ons gezin weer terug naar Nederland. Toen Oof en ik anderhalf jaar geleden naar een ander huis gingen kijken, wilde ik eigenlijk buiten de stad wonen. Maar ik ben getrouwd met een man die dat minder aanspreekt. Dus is het een compromis geworden, een dijkhuisje met een tuin aan de rand van de stad.”
Lees het hele interview in Vriendin.