
Valerie is de enige dierenpsychiater van Nederland: ‘Als honden bijten, is daar zeker iets aan te doen’
15 april 2025
Als geen enkel dier gedragsproblemen vertoont, zou de missie Valerie (47) geslaagd zijn. Maar tot die tijd behandelt ze als de enige dierenpsychiater van Nederland allerlei dieren. “Baasjes zijn soms echt wanhopig.”
Valerie: “Ik ben opgegroeid in Ierland, op het platteland. Als wij naar de basisschool liepen, moesten we een weiland oversteken. Dan was het altijd even goed uitkijken wat de stier deed en of we veilig waren. Ik kon dieren beter lezen dan anderen. Dat had ik zelf niet door, maar terugkijkend was dat wel het geval. Toen ik vier was, hadden we zo’n achttien katten om het huis. Sommigen waren verwilderd, maar ik maakte ze tam. Ze waren in het begin zo bang, dat ze bij het minste geluid wegrenden. Maar ik lokte ze met eten en liet ze in alle rust dichterbij komen. Uiteindelijk gingen ze bij me op schoot zitten; ik was al technieken aan het toepassen die ik nu ook gebruik.
We woonden niet op een boerderij, maar de buren wel. Als ik zoek was, zat ik daar – bijvoorbeeld tussen de kalfjes. In mijn familie heeft verder niemand diezelfde liefde voor dieren. Ja, mijn ene broer houdt ook wel van katten, maar dieren interesseerden mijn vader voor geen meter en mijn moeder had er zelfs een angst voor. Ik smokkelde regelmatig in de avond een katje mee naar binnen en als mijn moeder daar dan achter kwam, was het net alsof Jack the Ripper ons huis was binnengeslopen. Ik nam ook met enige regelmaat vogels mee ons huis in. Dat vond ze zo mogelijk nog erger. Och, mijn arme moeder… die had heel wat met mij te stellen!”
Geen verrassing
“Dat ik diergeneeskunde ging studeren, kwam niet als een verrassing. In Ierland kon ik mijn droombaan niet vinden, waardoor ik naar Wales vertrok om daar als veearts aan de slag te gaan. Ik wilde paardenchirurg worden. Maar tegelijkertijd was ik ook verliefd geworden op een Nederlander. Hij kreeg een baan aangeboden in Brussel en ik besloot met hem mee te gaan. Ik ben toen als vrijwilliger voor Eurogroup for Animal Welfare gaan werken. Dat was leuk, alleen daar kwam geen fysiek contact met dieren bij kijken. En dat miste ik…
We verhuisden – opnieuw voor mijn mans werk – naar India, naar Mumbai. Daar ben ik als paardendierenarts aan de slag gegaan. Het was een geweldige tijd, waarin ik ook als vrijwilliger voor de dierenbescherming werkte. In India werk je met heel andere dieren. Olifanten, bijvoorbeeld. Drie jaar na deze fantastische periode, verhuisden we naar Nederland. En daar werd ik door de Faculteit Diergeneeskunde in Utrecht gevraagd een gedragskliniek op te zetten. Ik werd daar de verantwoordelijk dierenarts. Het puzzelen naar waarom een dier bepaald gedrag vertoont, vind ik geweldig. ‘Dat doet mijn hond om mij te irriteren’, heb ik vaak gehoord. Vrijwel nooit is dat het geval. Er speelt altijd meer achter een gedragsprobleem. En als je de oorzaak vindt, kun je ermee aan de slag.”
Bijzondere patiënten
“Ik werd de eerste officiële veterinaire gedragsspecialist, dierenpsychiater, van Nederland en dat ben ik, na al die jaren, nog steeds. Nederland heeft veel dierengedragstherapeuten – veelal zelfs niet gecertificeerd – maar geen een dierenpsychiater. Daar waar de dierenarts en de gedragstherapeuten er niet meer uitkomen, word ik ingeschakeld. Het is net als bij een psychiater bij mensen; ik mag medicijnen voorschrijven.
Ik heb in de afgelopen twintig jaar al heel wat meegemaakt. Ik heb veel honden, katten en paarden behandeld, maar ook leeuwen en gorilla’s. Een leeuw bijvoorbeeld, die de leeuwinnen in zijn verblijf beet. Waar leeuwinnen een leeuw in het wild, waar ze de ruimte hebben, een tik geven, durfden deze vrouwtjes dat niet. Ze waren bang voor hem, omdat ze niets gewend en nog heel jong waren. Ik weet natuurlijk niet alles over iedere diersoort. Daarom duik ik bij een mij onbekende diersoort eerst uitgebreid in het natuurlijk gedrag en werk in nauw samen met de eigen dierenarts. Ik heb ook een gorilla geholpen, die zich afzonderde van zijn groep. Hij was niet geïnteresseerd in de anderen, terwijl hij wel de leider was. De gorilla had onderliggende gezondheidsproblemen. Hij was als jonge gorilla uit het wild gestolen door stropers en geïsoleerd opgegroeid. Zo leerde hij geen gorilla te zijn. Uiteindelijk hebben we hem met veel geduld, rust en medicatie weten te helpen. Hij heeft zelfs baby’s gekregen!”
Echt wanhopig
“Wat ik het meest zie, zijn honden die een angst- of agressiestoornis hebben, of allebei. Als honden bijten, is daar zeker wel iets aan te doen. Waar komt het bijten vandaan? Is het angst? Frustratie? Heeft het dier pijn? Je kunt niets oplossen als je niet eerst de oorzaak ontdekt. Ik heb mensen gezien die echt wanhopig waren. Er komt bij een gedragsprobleem van een dier vaak veel verdriet kijken. Ik ben niet alleen psychiater voor de dieren, maar ben er ook voor de mensen. Misschien nog wel meer zelfs.
Bij een bijtende hond is zorgen voor veiligheid het belangrijkst, zeker wanneer er kinderen in het spel. Je zult (tijdelijk) maatregelen moeten nemen, denk aan de hond in een aparte kamer houden. Het is dat óf nog een keer bijten. Een wondermiddel is er niet. Kon je zoiets maar oplossen met een pilletje. Je moet er echt in willen investeren. Een gedragsstoornis oplossen, kost tijd.
Veel mensen hebben geen idee waar ze aan beginnen als ze een huisdier nemen. In coronatijd zijn er heel wat dieren impulsief aangeschaft en daar zie ik nog steeds de honden van. Het liefst heb ik geen klanten, dat zou een goed teken zijn. Ik zet het liefst in op preventie. Hoe kun je problemen voorkomen? De helft van alle dieren die ik zie, hadden niet bij mij hoeven komen als er anders gehandeld was door de eigenaren. Maar mensen doen het niet expres fout, dat weet ik ook wel. Ze houden van hun dier en zitten zelf ook met de handen in het haar.”
Doorgedraaide hond
“Neem mensen die per se een border collie willen. Dat is een herderstype, een hond die gewoon twaalf uur per dag aan het werk gezet moet worden. Doe je dat niet, dan krijg je problemen. Ze kunnen dan mensen in hun eigen huis gaan opdrijven en heel druk worden. Of ze gaan dwangmatig gedrag vertonen, OCD. Collies ontwikkelen ook nog eens vaak een geluidsfobie, ze zijn gevoelig voor hard geluid als vuurwerk of een storm. En dan kan verlatingsangst ook nogal eens een rol in spelen.
Als iemand met zo’n collie bij mij komt, is ie al echt doorgedraaid. Dan gaan we proberen het dier, soms met medicatie, nieuw gedrag aan te leren. Als de eigenaar het dier niet de juiste omgeving kan bieden, adviseer ik toch echt om herplaatsing te overwegen. Het komt wel eens voor dat ik uitgebreid advies geef en dat mensen daar dan niets mee doen. Daar kan ik heel chagrijnig van worden.
Bij katten speelt zindelijkheid vaak een rol in de problematiek. Maar ik heb ook boze katten gezien, katten die je bijna vermoorden als ze je zien. Dat zijn dan echt vuurballen, ze hangen blazend en grommend in het gezicht. Ik schrijf regelmatig antidepressiva voor. Niet omdat de kat depressief is, maar om de angsten te remmen.”
Ten einde raad
“Er kwam eens een stel met een hond bij mij die zo druk was, die drukte je met zijn vijftig kilo zo tegen de grond. Het was echt een ramp, het gedrag dat deze hond vertoonde was gewoon gevaarlijk. De eigenaren hadden al van alles geprobeerd, ze waren ten einde raad. Ik heb overige lichamelijke oorzaken uitgesloten en we zijn aan de slag gegaan met medicatie en gedragstherapie. Er was iets niet goed in het brein van deze hond, vergelijk het met ADHD. Het stel hield zoveel van deze hond, dat was heel mooi om te zien. De behandeling sloeg gelukkig aan. Als ik zie dat mensen hun dier beginnen te begrijpen, als ze de rust en balans weten te vinden, heb ik mijn doel bereikt. Prachtig vind ik dat.
Ik word ook nogal eens ingeschakeld bij problemen met paarden. Mensen willen het niet horen, maar heel eerlijk: Nederland is geen land om paarden te houden. Paarden zijn kuddedieren, ze hebben elkaar en de ruimte, weidegang, nodig. Een paard 23 uur per dag in een box van vier bij vier opsluiten gaat gewoon niet. De problematiek die ik hier met paarden zie, zie je in Ierland bijvoorbeeld niet. Een paard zou alleen zolang op stal moeten staan als het geblesseerd is en rust nodig heeft. Mensen worden soms heel boos als ik dat zeg, als ze met een paard bij mij komen.”
Echt trots
“Er is veel veranderd in de afgelopen twintig jaar; dierenartsen weten nu veel meer van gedragsproblemen en gedragsstoornissen bij dieren. Ik ben echt trots op die ontwikkeling. Neem het aanpakken van problemen door vuurwerk; daarvoor is het geven van medicatie vaak toch echt de beste oplossing. Nederland is knettergek als het op vuurwerk aankomt, ik vind het alleen zelf stiekem ook wel leuk. Maar het zou al zoveel schelen als het beperkt bleef tot alleen afsteken op één avond.
Ik pleit voor een verplichte cursus voor mensen die een huisdier overwegen aan te schaffen. Dat zou voor aanstaande ouders ook handig zijn, trouwens! Het zou zóveel opleveren als mensen echt weten waar ze het over hebben. Het wemelt van de gedragstherapeuten, maar realiseer je dat iedereen zich dierengedragstherapeut mag noemen – het is een onbeschermde titel. Het is voor een leek bijna onmogelijk een goede therapeut te vinden, maar probeer toch te zoeken naar iemand die gediplomeerd is en negeer je onderbuikgevoel vooral niet. Toen ik net afgestudeerd was, heb ik een puppy aangeschaft. Daar ging ik mee op puppycursus en de trainer gaf mijn hond eten en vervolgens een tik om te leren dat het dier geen eten van anderen mocht aannemen. Daar had ik meteen zo’n slecht gevoel over, dat ik er niet meer ben teruggekomen.
Hoe meer we weten over dieren, hoe meer we problemen kunnen voorkomen. Ik zag ooit een kat die al ‘on death row’ zat. Hij zou geëuthanaseerd worden, omdat ie overal plaste, ondanks de vele kattenbakken in het huis. Uiteindelijk bleek hij het wel goed op één kattenbak zonder dak op een rustige plek beneden in huis te doen. En ik herinner me nog een vrouw die met een gezicht vol hechtingen bij mij kwam. Haar hond had haar gebeten toen ze hem met beide handen beetpakte en op de neus wilde kussen. Dat is het allerergste wat je bij een hond kunt doen, dat is zó dreigend. Honden houden ook helemaal niet van knuffels. En schreeuwen als je iets met je dier wil bereiken? Nooit doen. Je maakt ze alleen maar bang. Mijn ultieme tip is: ga op onderzoek uit voor je een dier neemt. Lees boeken, zoek alles over het ras op op, leen een week een hond van kennissen. Weet wat je in huis haalt, wees niet te impulsief; een puppy is niet veel anders dan een baby. En ontstaan er problemen? Ga dan meteen naar de dierenarts. Hoe langer je wacht, hoe erger het wordt. Ik zie mensen het liefst zo snel mogelijk.”
Foto: Amaury Miller
Visagie: Lisette Verhoofstad
Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.
LEES OOK
Uit andere media