Monika: ‘Ik deelde het bed met de zoon van mijn overleden man’
21 februari 2024
Toen de grote liefde van Monika (44) overleed, vond ze steun bij zijn zoon Lars (nu 32). In hun verdriet vonden ze elkaar één weekend op een manier waarover ze nooit meer praten, “Maar spijt heb ik er geen seconde van gehad.”
‘Soms nog contact’
Monika: “Heel soms heb ik nog contact met Lars. Er zijn dagen waarop ik hem in een opwelling bel, als ik somber ben of alles even niet lekker loopt. Dan is het fijn om zijn stem te horen. Op de sterfdag van zijn vader Thom, mijn grote liefde, drinken we koffie in een café tussen onze woonplaatsen in. Dan praatten we wat, niet eens altijd over Thom. Wel lezen we in elkaars ogen hoe erg we hem nog steeds missen. Na zeven jaar is het verdriet is wel beter hanteerbaar, maar niet minder erg geworden. Daarna nemen we weer afscheid, gaan terug naar het leven dat wij na Thoms dood los van elkaar hebben opgebouwd. Ik naar een nieuwe partner, van wie ik ook veel ben gaan houden. Lars gaat naar zijn vriendin en kind, die ik nog nooit heb ontmoet. En dat is oké. We hoeven geen onderdeel van elkaars dagelijks leven te zijn om ons verbonden te voelen met elkaar. Dat zijn we toch wel, onverbrekelijk. En niet alleen door Thom. Ook door wat er daarna is gebeurd.”
De weg kwijt
“Thom overleed op een donkere dinsdagnamiddag. Ik zal het moment waarop zijn ademhaling stopte nooit vergeten. Ik was versteend, kon niet huilen. Dat bleef de dagen erna zo. ‘Wat was het mooi,’ zeiden alle gasten die mij de hand schudden na afloop van de begrafenis die Thom zelf had uitgestippeld. ‘Helemaal in de geest van Thom.’ Ik knikte, maar voelde me bevroren. De enige bij wie ik me veilig voelde was Lars, die naast me stond, en wiens hand ik af en toe vastgreep. ’s Avonds kwam de klap. Twee vriendinnen waren met me meegegaan. Ze hadden erop aangedrongen te blijven logeren, maar dat wilde ik niet. Ik verlangde naar stilte en rust. En ik was moe, zo moe van me vier maanden sterk houden. Toch kon ik de slaap niet vatten. De tranen bleven maar komen. Om vier uur ’s nachts wist ik het echt niet meer, ik was totaal de weg kwijt. Ik zocht mijn mobiel en belde Lars. Toen ik zijn stem hoorde, werd ik weer rustig. Omdat hij exact hetzelfde voelde als ik. Ook hoorde ik in zijn stem iets van Thom. Dat was me tot dat moment nooit opgevallen, maar het was zó fijn.”
De periode erna trok ik meer en meer naar hem toe. Verder voelde ik me overal verloren. Ik had het gevoel dat niemand me
begreep. Alleen Lars. Alleen met hem kon ik dit verdriet delen. Hij ervoer dat net zo. In plaats van zijn eigen leven te leven, dat van een vlotte vrijgezel van 24 in de grote stad, zat hij elk weekend bij mij. Dan praatten we, kookten we samen, keken naar een film – of deden alsof, want onze concentratie was ver te zoeken. En telkens spraken we over Thom. Of het gek was dat we elkaar elk weekend opzochten, bijna alsof we een latrelatie hadden, daarover hadden we het niet. Het voelde gewoon goed en als iets wat nodig was, simpel.”
Lees ook: Jeanette: ‘Mijn man overleed, niemand wist dat we in scheiding lagen’
Elkaar liefkozen
“Het gebeurde op een vrijdagavond. Lars stond in de keuken in pannen te roeren. Ik liep naar de koelkast om wijn te pakken,
botste tegen hem op en plotseling stonden we te zoenen. Ik schrok er niet eens van. Het voelde ook niet vreemd. Na een paar minuten keek hij me diep in de ogen en pakte mijn hand. Langzaam leidde hij me mee de keuken uit, naar de slaapkamer. Daar kleedden we elkaar uit, terwijl we continu oogcontact hadden. De jongen die ik op zijn dertiende had leren kennen, leek ook fysiek meer op zijn vader dan ik eerder had geweten. Zelfs zijn geur was meteen vertrouwd voor me. We gingen op bed liggen en liefkoosden elkaar. Alles ging als vanzelf. En nee, na afloop lagen we niet met een blik van ‘wat hebben we gedaan’ naar het plafond te staren. Ik voelde me prettig in Lars’ armen en had geen enkele spijt.
Hij hield me stevig vast en gaf me zachte kusjes op mijn hoofd. Later hebben we alsnog gegeten en die nacht sliep hij als vanzelf bij mij in bed, in plaats van op zijn oude kamer. Dat weekend was de pijn om Thom heel even minder. En dat was zo’n verademing. Toch denk ik dat we allebei al wisten dat het voorbij was toen hij op maandagochtend vertrok. We stonden lang in mijn hal, met onze armen om elkaar heen. Telkens als een van ons zich wilde losmaken, klampte de ander zich weer vast. Ik kwam uiteindelijk veertig minuten te laat op mijn werk.”
Klaar met vluchten
“Die avond rinkelde de telefoon voor het eerst niet. Ook ik voelde geen aandrang om te bellen. Het was alsof deze vrijpartij me kracht had gegeven om alles weer aan te kunnen. Alsof vrijen met een andere man – en niet zomaar een man, juist Thoms zoon – en me weer even echt ‘levend’ voelen, me had getoond dat er nog een toekomst was. Toen Lars na vier dagen belde, vertelde hij dat hij voor komend weekend andere plannen had. Even voelde ik mijn tranen prikken. Maar ik begreep het. Als hij weer zou komen, zouden we ons ongetwijfeld weer twee dagen lang onderdompelen in een fantasiewereld en daarmee onze pijn van ons afduwen. Maar dat was enkel vluchtgedrag. We moesten verder met ons rouwproces – apart van elkaar.
Ik zag hem pas drie weken later weer. Aan de keukentafel hebben we uren gepraat en het was net zo vertrouwd als anders. Ik werd afgeleid door één gedachte: hoe kon ik hem vertellen dat ik niet wilde dat hij opnieuw bij me zou slapen? Dat bleek niet nodig. Tegen elven zei Lars luchtig dat hij naar zijn oude jongenskamer ging. Daarmee was het voorgoed uit de lucht. Het jaar erna heb ik Lars nog regelmatig gezien. Alle moeilijke dagen, zoals Thoms verjaardag, zijn sterfdag en de dag van het fatale nieuws: we beleefden ze samen. Daarna begonnen we elkaar los te laten. Lars kreeg een nieuwe baan, aan de andere kant van het land. We zagen elkaar minder, ook onze telefoontjes namen af. Zeker toen ik een nieuwe geliefde vond. Een man die ook zijn partner is verloren aan kanker. Ik kan met hem delen hoeveel ik van Thom heb gehouden zonder dat hij zich bedreigd voelt. Dat is fijn. Ik heb hem alles over mijn band met Lars verteld, behalve wat er dat ene weekend is voorgevallen. Ik vermoed dat Lars het evenmin aan iemand heeft verteld. Het is zo’n breekbare gebeurtenis, waar mensen zo makkelijk een mening over kunnen hebben. Daar heb ik geen zin in. Want het was juist zo mooi. De ultieme manier van elkaar troosten. En elkaar hoop geven dat het leven ook weer léuk kon worden. Nee, ik heb er absoluut geen spijt van. Het was een heel waardevol weekend. ”
Lees ook: Angela (52): ‘Ik betrapte mijn man met de buurvrouw’
Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.