Zij hebben álles over voor hun huisdier: ‘Noodgedwongen een LAT-relatie’
16 december 2021
Van noodgedwongen een LAT-relatie tot nooit op vakantie gaan: deze 9 vrouwen hebben écht alles over voor hun huisdier.
Olivia (40) heeft noodgedwongen een LAT-relatie
Olivia: “Gek werd ik ervan. Na mijn scheiding ontmoette ik alleen maar stumperds, seksverslaafden of mannen die een huishoudster zochten. Nooit zat er gewoon eens een leuke vent tussen. Tot ik via een vriendin in contact kwam met Bas. Na een paar dates waren we smoorverliefd en niet lang daarna kwam hij voor het eerst slapen. Met Reus, zijn Rhodesian ridgeback van drie jaar, want onze liefde voor honden hadden we gemeen. Dan kon Reus meteen kennismaken met mijn zevenjarige Stafford terrier Willem.
Dat werd, op z’n zachtst gezegd, geen succes. We spraken af in het bos zodat de honden op neutraal terrein aan elkaar konden wennen voordat we naar mijn huis gingen. In het bos ging het nog wel, al merkte ik dat de honden geen klik hadden. Maar eenmaal thuis bleek Willem absoluut niet van plan om Reus in zijn territorium te accepteren. Het gevolg: de een zat op de gang, de ander in de kamer. En maar blaffen en grommen. Misschien lukt het andersom wel, dachten Bas en ik nog hoopvol. Maar helaas, bij hem thuis ging het er niet beter aan toe. Eerder slechter, omdat de honden elkaar voortdurend in de haren vlogen, tot bloedens aan toe.
Nu, meer dan een jaar later, is het niet beter. We hebben er een gedragsdeskundige bij gehaald, we hebben eindeloos getraind, we hebben echt alles geprobeerd, maar Willem en Reus blijven elkaar aanvallen. Tussen Bas en mij gaat het intussen zo goed dat we het liefst zouden samenwonen. Maar dat gaat niet, want een van de honden wegdoen is gewoon geen optie. Gelukkig denken we daar hetzelfde over, wat voor mij maar weer eens bewijst hoe goed wij bij elkaar passen. Noodgedwongen LATten we nu dus, tot een van de honden doodgaat.”
Wendy (29) blijft te klein en te duur wonen
Wendy: “Ons huis zou ik weinig vleiend omschrijven als een te dure bezemkast op een slechte plek. Het is klein en niet erg goed geïsoleerd, en dat tegen een huur waarvoor je, als je het omrekent naar de maandlasten van een hypotheek, een behoorlijk huis kunt kopen. Om het nog maar niet te hebben over de wijk, die steeds verder weg lijkt te zakken op de sociale ladder. Maar in de huidige markt is kopen geen optie en de huurhuizen liggen ook niet voor het oprapen.
Behalve die ene etage die we onlangs via via aangeboden kregen. In een leukere wijk, groter, nieuwer en voor hetzelfde geld. Alles klopte, behalve dat het huis op de tweede verdieping lag. Onze hond Moos, een labrador van zes jaar, kan vanwege een heupprobleem geen trappen lopen. En hem tillen is met z’n drieëndertig kilo geen optie. Lang verhaal kort: we wonen nog steeds klein, duur en tochtig, want als we verhuizen, dan is het met z’n drieën.”
Finette (38) gaat niet op vakantie
Finette: “Later wil ik heel veel dieren. Ik was vijf toen ik dit al zei en ik heb het waargemaakt. Het is zelfs een beetje uit de hand gelopen. Inmiddels hebben we acht konijnen, vier katten, een hond en twee geiten en ik geniet daar enorm van. Alleen is het dagelijks een heel karwei om de dieren te verzorgen en de hokken schoon te maken. Ik doe het met liefde, maar ik moet er zo twee uur of langer voor uittrekken. En dat kan ik niet aan iemand anders vragen, vind ik.
Het gevolg is dat mijn man en ik nog nooit met onze kinderen van vijf en drie op vakantie zijn geweest. Zelfs een weekend weg zit er niet in. Mijn man baalt er weleens van, maar ik ben heel duidelijk: ik laat mijn schatjes niet alleen.”
Linda (32) kiest voor weinig luxe
Linda: “Ik hoef geen nieuwe kleding, geen dure auto en al helemaal geen verre vakanties. Dat kan ik ook helemaal niet betalen, bijna al mijn geld gaat naar Phaedra, mijn paard. Aan stalling, lessen, spullen en de hoefsmid ben ik al snel zevenhonderd euro per maand kwijt en daar komen eventuele dierenartskosten nog bij. Naast mijn normale vaste lasten schiet er dan maar weinig over voor luxe. Maar het kan me echt niet schelen. Op de rug van Phaedra ben ik het allergelukkigst.”
Jojanne (34) verhuisde van het platteland naar een woonerf
Jojanne: “Het leek zo’n goed idee: lekker buiten wonen en daarmee alle ruimte hebben voor onze vier katten. Bovendien sprak het me erg aan dat onze kinderen zouden opgroeien aan een buitenweg met een grote tuin en de natuur om zich heen. En dus verhuisden mijn vriend en ik tijdens de zwangerschap van de eerste naar een oude arbeiderswoning op het platteland.
De tuin van negenhonderd vierkante meter was een droom. Maar helaas, binnen een jaar werd een van onze katten bij het oversteken doodgereden op de weg voor ons huis. Verschrikkelijk. Anderhalf jaar later overkwam haar zusje hetzelfde. ‘Ik wil hier weg’, zei ik tegen mijn vriend, nadat ik snikkend aan dat tweede kattengrafje had gestaan. En eerlijk gezegd ging er ook door me heen: dit kan mijn kind ook overkomen. Het voelde gewoon niet goed daar.
Nu wonen we heerlijk aan een woonerf en zitten de katten voornamelijk binnen, waar ze niet onder lijken te lijden. De tuin bestaat uit slechts tachtig vierkante meter, maar veilig voelt het hier wel.”
Sandra (50) zette haar nieuwe relatie aan de kant
Sandra: “Ik hou zo veel van katten, ik moet er altijd een om me heen hebben. Of drie, zoals nu het geval is. Ik kan het niet goed uitleggen, maar de liefde voor katten zit onder mijn huid, is gewoon een onderdeel van mij. Ik trek ook overal katten aan, op vakantie, op straat en zelfs op mijn werk: een katje uit de buurt dat een tijdje geleden tijdens de lunchpauzes buiten met me meeliep. Liever een kat dan een kerel, grapte ik vaak tegen mijn vriendinnen nadat ik was gescheiden. Ik had alleen niet kunnen vermoeden dat ik letterlijk voor die keuze zou komen te staan.
Toen ik Marc ontmoette, leek alles geweldig. Ik was echt verliefd. Tot het moment dat hij bij me thuiskwam en enorm begon te niezen. Kattenallergie. Van pure schrik begon ik te lachen, maar toen biechtte Marc op dat hij ook helemaal niet van katten hield. Door die allergie, zei hij, maar ik luisterde al niet meer. Een man die niet van katten houdt, is een ‘no go’ voor mij. Daarmee kan ik niet samen zijn.
Marc vond het nogal een vreemde keuze dat ik hem aan de kant zette en niet mijn katten, maar voor mij was het niet meer dan logisch. Inmiddels heb ik op alle datingsites mijn profielfoto veranderd in een foto waar ik met mijn drie katten op sta. Het kan maar beter duidelijk zijn.”
Vera (40) vertrok naar het platteland
Vera: “Dat dit nu uitgerekend ons moest overkomen. Mijn man en ik zijn enorme hondenliefhebbers. Voordat we kinderen kregen hadden we al onze Berner sennen Jojo en Duitse herder Kim. Nadat eerst onze zoon Tristan werd geboren en twee jaar later zijn zusje Lieke, konden we ons geluk niet op. Behalve dan dat Tristan wel erg vaak ziek was. Verkouden, oorontsteking, ontstoken oogjes, een chronische loopneus, een dreigende longontsteking – er was altijd wel wat.
Na heel wat doktersbezoeken bleek de oorzaak een enorme klap in ons gezicht: Tristan was allergisch voor honden. Dagenlang heb ik gehuild, ik wist gewoon echt niet hoe het verder moest. De honden wegdoen, dat kon gewoon niet. Maar ja, ons kind dan maar ziek laten zijn, dat was natuurlijk ook geen optie. Na lang dubben en praten hakten mijn man en ik de knoop door: we zouden ons fijne huis in Amersfoort verruilen voor een boerderij in de Achterhoek. Op die manier konden de honden buiten leven en ’s nachts of bij slecht weer in een grote, verwarmde bijkeuken. Tristan zou dan geen last hebben van de haren in huis.
Het had heel wat voeten in de aarde om een huis te vinden en naar onze smaak te verbouwen, maar het is gelukt. Tristan heeft geen last meer van zijn allergie, en wij hebben onze honden nog. Het was niet altijd makkelijk, maar ik ben zo blij dat we dit hebben gedaan.”
Inge (46) accepteert het slechte contact met haar buren
Inge: “Mijn drieling, noem ik ze liefkozend. Mijn drie jack russells, een moeder en twee van haar pups die ik zelf heb gefokt, betekenen alles voor me. Ik kan me geen leven zonder deze heerlijke wezentjes voorstellen. Elke avond liggen ze bij me op de bank, elke ochtend komen ze me vrolijk begroeten. Ik krijg zo veel liefde van ze, meer dan een mens ooit kan geven. Ja, ze kunnen luidruchtig zijn en ja, het is veel, drie honden in een rijtjeshuis, maar ik doe er alles aan om de overlast voor de buren te beperken.
Mijn buren zijn echter van mening dat het hebben van drie honden ronduit asociaal is en doen er alles aan om me dat te laten merken, tot aan het bellen van de politie aan toe – die daar gelukkig niets mee doet. Helaas praten de buren al meer dan een jaar niet meer tegen mij en proberen ze andere buren tegen me op te stoken. Gelukkig doet niemand daar aan mee, maar toch, vervelend is het wel. Maar mijn honden wegdoen, dat nooit. Dan maar een boze buurman.”
Renate (56) zei ‘nee’ tegen een droombaan
Renate: “Op mijn leeftijd nog een droombaan aangeboden krijgen, dat gebeurt niet iedereen. Mij wel, maar ik heb hem laten schieten. Mijn huidige werk – ik ben planner bij een grote zorginstelling – kan ik voornamelijk vanuit huis doen. De keren dat ik naar kantoor moet, regel ik oppas voor Hunter, mijn Engelse springer spaniel van zes jaar. Verder zit ik thuis aan de telefoon of achter de computer en mijn werkgever vindt het prima, zolang ik mijn werk maar doe.
Onlangs kwam er intern de vacature van teamleider vrij, en die baan was me op het lijf geschreven. Ik wilde het echt heel graag en mijn leidinggevende had al met HR gepraat. Als ik wilde, was de baan voor mij. Maar helaas, 32 uur per week fysiek op kantoor aanwezig zijn, dat gaat niet. Het deed wel een beetje pijn om nee te zeggen, maar toen Hunter, alsof hij het aanvoelde, zijn kop op mijn knie legde en me met zijn grote fluwelen hondenogen trouw aankeek, wist ik dat ik de juiste keuze had gemaakt.”
Tekst: Mariëtte Middelbeek.