Zij verbergen een groot geheim: ‘Het is meer dan een massage’
14 november 2023
Op het schoolplein, op Instagram of zelfs gewoon thuis doen ze alsof alles van een leien dakje gaat, maar deze vier vrouwen en één man verbergen een groot geheim.
‘De opwinding die ik voel als er een berichtje binnenkomt, wil ik niet meer missen’
Laura (39): “Dat heerlijke moment dat mijn scherm oplicht en ik zie dat ‘Jasmijn Nieuw’ heeft geappt, dat kan echt mijn dag maken. Jasmijn heet natuurlijk geen Jasmijn, maar Joris en Jasmijn is ook niet mijn vriendin van de middelbare school met wie ik onlangs weer contact heb gekregen. Tenzij je het mijn vriend Gijs vraagt, dan is dat wel het verhaal. Joris is een brandweerman met wie ik in contact ben gekomen toen hij op mijn werk voorlichting kwam geven over preventie. Ik ben facility medewerker en had de voorlichting geregeld, waardoor Joris en ik contact hadden per mail en app. Maar nu, bijna een jaar later, hoef ik hem natuurlijk niet per se meer te spreken en de appjes zijn ook niet erg professioneel van aard. Ik app bijvoorbeeld dat dat uniform wel uit mag, hij appt terug wat hij dan allemaal met mij zou doen. Zo fout, maar zó opwindend. Ga ik het echt doen? Nee. Joris en ik zitten allebei in een relatie, we hebben kinderen. We willen niet kapotmaken wat we hebben. Maar we missen opwinding die we bij elkaar wel vinden.
Het is mijn antisleurmiddel, zo zie ik het. Het leven met een baan, een kind op de basisschool en een relatie van zeventien jaar ís gewoon niet zo spannend meer. Op rationeel niveau denk ik: mens, accepteer dat gewoon. En ook: wees blij met wat je hebt. Want die saaiheid waar ik soms moeite mee heb, is het geluk waar een ander alleen maar van kan dromen. Maar ja, als een mens uitsluitend door ratio werd bestuurd, zou de wereld er anders uitzien. Emotioneel is het een heel ander verhaal. Mijn hart dat in mijn keel klopt als er een berichtje binnenkomt, de opwinding die ik voel, de fantasieën die ik heb – ik wil dat niet meer missen. Ik voel me bijzonder, begeerd en aantrekkelijk en dat is verslavend.
Natuurlijk voel ik me schuldig naar Gijs. Hij doet niets verkeerd, hij is lief, hij steunt me, we hebben het goed. Vaak plaats ik, mede uit schuldgevoel, allemaal van die heppie-de-peppie foto’s van ons op Instagram. Ik weet zeker dat meer mensen dat doen trouwens, ook al is het natuurlijk best wel sneu. Het beste wat ik kan doen, is stoppen met Joris en ook stoppen met de buitenwereld laten zien hoe perfect Gijs en ik het hebben. Maar dan pingt mijn telefoon weer en voel ik die rush en is stoppen het laatste wat ik wil.”
‘Mijn vriend waarschuwde me nog, maar ik luisterde niet’
Pauline (33): “Daar zat ik dan, net moeder geworden, vreselijk hormonaal en misselijk bij het idee dat ik moest terugkeren naar mijn baan in de verzekeringswereld. Die wereld stond zó ver bij me vandaan, daar kon ik me niet meer voor motiveren. Dus toen ik via via in contact kwam met iemand die van plan was een webshop voor babyspullen op te zetten, wist ik niet hoe snel ik mijn baan moest opzeggen om samen met haar in dit avontuur te stappen. Achteraf zie ik ook wel in hoe verzadigd de markt voor babyspullen is en hoe ongelooflijk groot de concurrentie van megaspelers als Prénatal en Babypark. Maar ik was verliefd geworden op de schattige dekentjes, pakjes met berenoren en speenkoordjes in aardetinten die mijn compagnon in het buitenland had gevonden en waarvan wij op de Nederlandse markt de enige reseller zouden zijn. Wie wilde dit nou niet voor z’n kind? Dus we besloten ervoor te gaan. Alleen hadden we geld nodig. Mijn compagnon had wat spaargeld, ikzelf had een paar duizend euro, maar dat was niet genoeg. Gelukkig heb ik een neef die net zijn bedrijf had verkocht en die wel wilde investeren. Honderdvijftigduizend euro leende ik bij hem. Onderhands, op persoonlijke titel. Slim? Nee, natuurlijk niet. Maar dat was de voorwaarde en ik geloofde in ons bedrijf.
Het lijkt veel, anderhalve ton. Maar als je bezig bent een onderneming op te zetten, is het echt zo op. Je moet leveranciers aan je binden, producten voorfinancieren, transport- en invoerkosten betalen en opslag. Alleen al de kosten om de spullen naar Nederland te halen, waren echt bizar hoog. En dan moesten we nog investeren in marketing en verkoop. Mijn vriend zag het met lede ogen aan en adviseerde me om geen grote financiële verantwoordelijkheden aan te gaan. Maar ja, hij neemt nóóit eens een risico. Dus zei ik voor het gemak dat de lening vijftigduizend euro betrof én op het bedrijf stond, wat in het geval van een faillissement zou betekenen dat ik niet persoonlijk aansprakelijk was. Inmiddels denk ik: wat bezielde me? Maar op dat moment koos ik de makkelijke weg.
Lang verhaal kort: het bedrijf was binnen twee jaar failliet. De verkoop liep wel, maar niet zo goed als gehoopt. Leveranciers kwamen hun afspraken niet na, mijn compagnon en ik hadden onenigheid, alles wat mis kon gaan, ging mis. En nu zit ik met die lening, waarvan ik elke maand een stukje afbetaal. Gelukkig hebben mijn vriend en ik gescheiden rekeningen. En heb ik inmiddels weer een goede baan. Maar pijn doet die maandelijkse afschrijving wel.”
‘Falen is geen optie in mijn familie, dus ik vertel niet dat ik ontslagen ben’
Yvet (49): “Mijn familie is te gek. Echt zo’n club waar je van de buitenkant bij wil horen: Brabants, bourgondisch, gezellig, altijd in voor iets spontaans. Er kan ook veel, want geld is er genoeg. Mijn vader en moeder hebben een aantal succesvolle horecazaken opgebouwd en na de verkoop daarvan, konden ze enkele miljoenen op hun rekening bijschrijven. Mijn twee broers en ik hebben het harde werken van huis uit meegekregen. Dat klinkt goed en gezond en dat is het ook wel, maar de keerzijde is: bij ons wordt niet gefaald. Dat staat niet in het familiewoordenboek. Dus toen ik een geweldige baan als growth manager bij een grote, Amerikaanse onderneming kreeg, paste dat wel zo’n beetje in het verwachtingspatroon dat mijn ouders en broers van mij hebben. En waaraan ik maar al te graag voldoe, want ook in míjn woordenboek is falen een ontbrekend woord. Mijn man vindt dat zo’n onzin. Hard werken, ja, maar het kan ook tegenzitten. Je kan fouten maken, het kan af en toe minder gaan – lekker belangrijk. Die – veel gezondere – houding heeft híj meegekregen van huis uit.
In het begin ging het allemaal prima in mijn baan, maar na ongeveer een jaar begonnen de resultaten terug te lopen. Het bedrijf had het moeilijk, de groei (mijn verantwoordelijkheid) bleef achter en dan is het bij Amerikaanse ondernemingen heel simpel: je vliegt eruit. Een grote klap voor mij, want: ik had gefaald. Of dat echt zo is, daar kan je over discussiëren, maar het voelt wel zo. Een week later hadden we een familiediner en het was natuurlijk logisch geweest als ik daar had verteld dat ik niet langer bij het bedrijf werkte, maar mijn broer had net een heel verhaal over een succesvolle investering die hij had gedaan en toen zei ik ineens dat het bij mijn bedrijf ook zó goed ging. Mijn man keek me aan met een blik vol ongeloof, maar verraadde me gelukkig niet. Tot overmaat van ramp vertelde mijn vader dat hij op de golfclub – ja, zo cliché is het – een heel verhaal over mij had afgestoken, over mijn goede baan, en mijn succes en ik voelde me kleiner en kleiner worden. Vanaf dat moment kon ik niet meer terug. Naarstig zoek ik nu naar een andere baan en in de tussentijd vertel ik op elke familiesamenkomst over Zoom-meetings en heidedagen en niemand heeft een idee dat het enige wat ik op hei doe, de hond uitlaten is. Uren per dag, ik heb verder toch niets te doen.”
‘De kinderen gaan uit school aan de thee, terwijl in mijn beker witte wijn zit’
Marike (36): “Met mij gaat het altijd goed. Zorgeloos, dat ben ik. Mijn leven is op orde, mijn gezin zo goed als perfect, mijn werk als tuinarchitect loopt als een malle, mijn huwelijk is vlekkeloos. Ik ben zo’n moeder waar anderen op het schoolplein met afgunst naar kijken. Nou, laat me je één ding vertellen: niets is wat het lijkt. Perfectie spelen is topsport, dat houd je niet vol. Althans, ik niet. Daar heb ik een heel belangrijk hulpmiddel bij nodig.
Het begon een jaar of drie geleden. Mijn oudste zoon was zes, mijn jongste vier. Met twee kinderen op de basisschool wilde ik mijn werkuren opschroeven en voor ik het wist, zat ik op veertig tot vijftig uur per week. Ik hou van wat ik doe – ik ben tuinarchitect – en ik vind werken dan ook geen straf, maar de combinatie van al die uren én mijn gezin én mijn relatie én mijn sociale leven én sporten én noem maar op, dat was wel wat veel. Aan mij zie je aan de buitenkant alleen nooit wat, dus ik merkte dat anderen vaak bewonderend naar mij keken: hoe dóé jij dat allemaal? Want ik wil ook geen nee zeggen, niet tegen klanten, niet tegen speelvriendjes, niet tegen vriendinnen. Dus lijkt het alsof álles kan en alsof alles van een leien dakje gaat. En dat beeld, daar raak je ergens ook wel aan verslaafd, het voelt goed. Terwijl ik vanbinnen af en toe kapot ga van de stress. Dan ben ik zo moe en voel ik me zo leeg, maar ik wil dat niet toegeven.
Het begon met laat in de middag drinken. Mijn man spuugt ook niet in de alcohol, dus namen we vaak om vijf uur een wijntje. En bij het eten nog eentje. Eerst op vrijdag en in het weekend, toen pakten we ongemerkt de donderdag en woensdag erbij en ach, waarom niet, de dinsdag en maandag. Dat doen we nog steeds, maar wat ik mijn man niet vertel, is dat ik vanaf de ochtend al verlang naar de alcohol. Het maakt me rustig, ik overzie alles weer, de stress neemt af. Dus terwijl hij op zijn werk zijn broodtrommeltje opent, lunch ik met een cracker en een aperol of gin-tonic. Als de kinderen uit school komen, maak ik thee, maar vaak zit in mijn beker witte wijn of nog een mixdrankje. Ik zorg dat ik niet merkbaar dronken word, maar blijf in die aangeschoten flow. Dat klinkt alsof ik het onder controle heb, maar gezond is dit natuurlijk niet. Ik neem me dan ook elke week voor om voor vijven niet te drinken, maar dan komt die maandag en zie ik als een berg op tegen de week en denk ik: eentje dan. Waarna mijn hele voornemen instort. Tot zover het perfecte plaatje, en de perfecte moeder.”
‘Meestal gaat het verder dan alleen maar een massage’
Wim (64): “Achttien was ik toen ik mijn vrouw ontmoette, negentien toen we trouwden. Ik heb altijd van haar gehouden en dat doe ik nog, maar was ik decennia later geboren, dan zouden we misschien wel nooit samen zijn gekomen. Dan was ik misschien wel met een man gaan samenleven, want inmiddels weet ik dat ik biseksueel ben. Dat wist ik op mijn achttiende misschien ook wel, maar toen heette dat nog ‘raar’. Althans, in mijn hoofd heette het zo.
Jarenlang heb ik niets met mijn gevoelens voor mannen gedaan. Ik was immers met Judith, we kregen onze kinderen en later kleinkinderen en dat ik gevoelens had voor een mannelijke collega of iemand uit de straat, hield ik natuurlijk voor mezelf. Dat hoorde niet, ik kom uit een streng christelijk milieu. Het geloof heb ik zelf vaarwel gezegd, maar zo’n opvoeding zit diep in je. Nog steeds hoor ik weleens de stem van mijn vader of van de dominee in mijn hoofd, ook al zijn beiden allang overleden.
Maar hoe je het ook probeert, gevoelens wegstoppen kan niet. In de huidige tijd is er veel meer ruimte en aandacht voor biseksualiteit en daarom ben ik er weer meer over gaan nadenken. Inmiddels durf ik aan mezelf wel toe te geven dat ik biseksueel ben en ook mijn vrouw weet dat. Ik wil niet bij haar weg, ik wil geen relatie met een man ernaast en ik wil al helemaal niet vreemdgaan. Maar ik kan ook niet negeren wat ik voel. En dus ben ik een opleiding massagetherapie gaan doen en heb ik ons tuinhuis omgebouwd tot praktijkruimte. In theorie geef ik massages voor het verlichten van gezondheidsklachten. In de praktijk zijn mijn patiënten uitsluitend mannen en hebben ze geen gezondheidsproblemen. Want in chatrooms voor homo’s en bi’s heb ik heel andere advertenties geplaatst: erotische massages, alleen voor mannen.
Ik geef vier of vijf massages per maand, soms wat minder, en heb inmiddels een vaste klantenkring. Daar zitten jonge mannen tussen of mensen van mijn eigen leeftijd. Ik vind het heerlijk om te masseren. Soms blijft het daarbij, ook prima. Maar meestal gaat het verder dan alleen maar die massage. Mijn vrouw weet het en accepteert het. Leuk vindt ze het niet, maar ze begrijpt me wel. Kijk, alleen al daarom heb ik op mijn achttiende de juiste keuze gemaakt. Mijn vrouw is geweldig, omdat ik dankzij haar ook aan deze gevoelens kan toegeven. En omdat ze het aan niemand vertelt. Nee zeg, ze moesten eens weten allemaal.”
Tekst: Marieke van Wijk
Foto: Getty Images
Om privacyredenen zijn alle namen veranderd. De echte namen zijn bekend bij de redactie.
Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.