Placeholder

Elise: “Inwendig gniffel ik om zijn domme keuze”

Elise had een hele goede relatie met Fred, totdat hij het uit het niets uitmaakte voor een andere vrouw. Op dat moment een klap in haar gezicht, maar later juist in dat van hem…

Elise had een hele goede relatie met Fred, totdat hij het uit het niets uitmaakte voor een andere vrouw. Op dat moment een klap in haar gezicht, maar later juist in dat van hem…

"Ik had het absoluut niet zien aankomen. Ik voelde me blij met Fred, dacht dat wij een leuke relatie hadden. We spraken nota bene vaak over een kindje. Wat mij betreft konden wij dus nog wel honderd jaar voort samen. En toen vertelde hij op een dag plompverloren dat hij verliefd was op een ander. Op een meisje dat sinds kort tot onze vriendenkring behoorde. Amelie. Ik kon praten als brugman, maar het had geen zin: Fred leek door haar betoverd en gooide alles wat wij hadden (vijf jaar relatie!) zomaar overboord.

Doordat we veel gemeenschappelijke vrienden hadden, bleef ik Fred vaak zien. In het begin was dat moeilijk, maar ik besloot het niet uit de weg te gaan. Hij had mijn hart dan wel gebroken, ik zou níet toestaan dat hij ook mijn sociale leven zou vernielen.

Het eerste halfjaar was het vreselijk om alleen naar feestjes te gaan en hem daar te zien met háár. Later wende het. Wat hielp, was dat zij, ‘zijn wonderschone Amelie’, weinig populair was in onze vriendenkring. Ze kon namelijk nogal driftig uitvallen en chagrijnig doen. Sommigen van ons vroegen zich af hoe Fred het met haar uithield.

Inmiddels zijn we een paar jaar verder. Ik heb allang een andere vriend: iemand die véél leuker is dan Fred. Mijn nieuwe lief heeft het er even moeilijk mee gehad dat ik mijn ex nog zo vaak zag, maar hij weet dat ik Fred nooit meer terug zou willen. En dat is ook echt zo.

Zelf vind ik het after all wel erg leuk dat Fred nog steeds in mijn leven is. Ik bezie namelijk met leedvermaak dat hij indertijd een erg domme keuze heeft gemaakt. De afgelopen jaren heeft Amelie zich tot een echte heks ontpopt. Ze is vreselijk dominant en gunt Fred haast geen ruimte. Ik snap niet dat hij dit pikt. Ze doet namelijk ook regelmatig onaardig tegen hem. Als hij iets doms zegt in gezelschap, is zij de eerste om hem daarop te wijzen – of om hem uit te lachen. Anderen kijken dan gegeneerd weg, ik moet inwendig gniffelen. Soms zie ik Fred hulpeloos naar mij kijken. En dan denk ik: ja jongen, dit is je straf. Met mij had je het toch veel leuker?! Ik weet wel zeker dat Fred dat zelf ook denkt. Ik voel dat hij mij vaak in de gaten houdt als hij mij ziet. Soms probeert hij mij onder vier ogen te spreken te krijgen. Altijd als hij het over vroeger wil gaan hebben, kap ik het gesprek af. Hij bekijkt het maar, het verleden is voorbij.

Sinds kort ben ik zwanger. Ik heb er speciaal mee gewacht om het pas in onze vriendenkring te vertellen tot Fred er ook bij was. Net toen hij weer eens afgesnauwd was door Amelie, vertelde ik mijn heugelijke nieuws. Mijn nieuwe lief en ik glommen van  trots; Fred zag ik ineenkrimpen. Gemeen misschien, maar ik genoot er intens van. Het is mijn stille wraak om hoe argeloos hij mij ooit heeft laten vallen."

Tekst: Lydia van der Weide