Ervaring: Ik ben zijn Maitresse
3 augustus 2011
Babs heeft al negen jaar een verhouding met een getrouwde man. Nadat hij twee keer bij haar is ingetrokken, woont hij inmiddels weer bij zijn gezin. Maar hij blijft Babs wel stiekem ontmoeten.
Babs heeft al negen jaar een verhouding met een getrouwde man. Nadat hij twee keer bij haar is ingetrokken, woont hij inmiddels weer bij zijn gezin. Maar hij blijft Babs wel stiekem ontmoeten.
“Al negen jaar wacht ik op mijn minnaar”
“Ik ben zo verdrietig. Het is nu zes maanden geleden dat Jeroen voor de tweede keer terug is gegaan naar zijn vrouw. Hij miste zijn kind. Het deed zo’n pijn toen ik hem met zijn koffers weer zag vertrekken. Iedere dag voel ik die pijn nog alsof hij net weg is. Ook al zie ik hem nog regelmatig, ik blijf me rot voelen. Er een punt achter zetten kan ik gewoon niet, ik hou zielsveel van die man! Hoewel hij toch voor zijn thuissituatie heeft gekozen, kan hij mij ook niet loslaten. Ooit zullen we echt definitief samen zijn beloofde hij, maar nu was de tijd er nog niet rijp voor. Wanneer dan wel?”
Lichte paniek
“Jeroen en ik hebben elkaar op de werkvloer ontmoet. Hij is mijn baas, of eigenlijk hij wàs mijn baas. Na de wekelijkse borrel op vrijdagmiddag bleven we wat langer zitten dan de anderen. Dat we elkaar opeens kusten, kan ik niet verklaren. We konden het altijd prima met elkaar vinden, maar er was nooit sprake geweest van flirten of avances. Misschien hadden we allebei een wijntje te veel op. Na die kus hebben we nog een tijdje zitten kletsen en daarna ben ik naar huis gegaan. Het hele weekend heb ik er niet meer aan gedacht. Het betekende niets. Ik was niet verliefd, het was gewoon gebeurd. Pas op maandagmorgen toen ik weer naar kantoor ging, stond ik er bij stil wat er gebeurd was. Jeetje, als hij maar nergens over begint, dacht ik nog. Maar hij riep me al snel in zijn kamer om het er over te hebben. Het had niet mogen gebeuren. Hij wist ook niet wat hem bezielde, want hij hield van zijn vrouw. Ik lachte om de lichte paniek in zijn stem en overtuigde hem ervan dat hij zich nergens druk om hoefde te maken, dat ik het incident allang weer vergeten was. De hele week hebben we gewoon weer fijn met elkaar kunnen werken, niks aan de hand. Totdat het op vrijdag na de borrel weer gebeurde. Echt, het was niet gepland, maar er heersde wel een bepaalde spanning tussen ons die middag. Waarschijnlijk dachten we beiden onbewust terug aan wat er die week ervoor gebeurd was.”
Smoorverliefd
“De eerste maanden bleef het bij een beetje zoenen op de vrijdag na werktijd, maar daarna kwam hij ook bij mij thuis. We vreeën de sterren van de hemel, het was één en al passie. Ik was nog niet verliefd, maar ik voelde me wel prettig bij hem. We hadden het niet over een toekomst samen, we spraken eigenlijk nooit over onze gevoelens. Pas toen hij in de zomervakantie drie weken met zijn vrouw naar Griekenland ging, besefte ik dat ik hem enorm miste. Na drie lange weken was het geweldig om hem weer te zien op kantoor. Hij zag er zo goed uit met zijn bruine gezicht, ik kon hem wel opvreten. Maar ik moest me natuurlijk inhouden. Niemand op kantoor had in de gaten wat er speelde tussen ons. Toen hij ’s avonds met me mee naar huis ging, vertelde hij dat hij mij ook zo gemist had. Hij stelde voor de verloren tijd in te halen en dat weekend lekker een hotelletje te pakken in Scheveningen. Het waren heerlijke dagen. Van onze plannen om lange strandwandelingen te maken en lekker te gaan stappen, kwam niets terecht. We zijn de hotelkamer bijna niet uitgekomen. Na dat weekend was er geen houden meer aan, we waren smoorverliefd. Hij kwam steeds vaker stiekem even langs, al was het soms maar voor een halfuurtje. We belden veel en schreven ellenlange liefdesverklaringen.”
Voor het blok
“Onze verhouding duurde al drie jaar toen het aan me begon te knagen. Ik zou hem zo nooit voor me alleen hebben. Als hij zo verliefd op me was, waarom verliet hij zijn vrouw dan niet? Hoe kon hij zeggen dat hij van haar hield als hij haar zo belazerde? Steeds vaker liet ik Jeroen weten dat ik het op deze manier niet meer zag zitten. Ik heb hem uiteindelijk zelfs voor het blok gezet. Dat, als hij met de kerstdagen nog bij zijn vrouw zou zitten, ik ermee zou kappen. Hij moest enorm geschrokken zijn, want binnen een week stond hij met z’n koffers op de stoep. Hij had voor mij gekozen! God, wat was ik gelukkig. En wat waren we de eerste weken door het dolle heen. Een maand later zou het kerst zijn en ik keek er zo naar uit om dit met mijn grote liefde te vieren. Het werd echter mijn ergste Kerstmis ooit! Een week ervoor begon hij steeds meer op mij te vitten. Mijn flat was te klein, mijn koffiebekers dronken niet lekker, de handdoeken thuis waren veel zachter… Het was te belachelijk voor woorden waar hij zich druk om maakte. Een dag voor kerst vertelde hij dat hij zijn vrouw en zijn mooie, grote huis miste. Hij hield wel van mij, maar hij trok het gewoon niet meer. En weg was hij. Ik was des duivels, hoe kon hij me dit aandoen?”
Ik heb me na de feestdagen ziek gemeld. Ik was tot niets in staat en wilde hem niet zien. Toch maakte mijn hart een sprongetje toen hij na een paar dagen belde dat hij langs wilde komen. Zie je wel, hij had zich vergist. Hij zou terugkomen. Helaas kwam hij vertellen dat ik overgeplaatst kon worden naar een andere afdeling. Het zou beter zijn, zo konden we afstand van elkaar nemen. Het was te pijnlijk om elkaar dagelijks op kantoor te moeten zien. Bovendien stond zijn vrouw erop dat ik ontslagen zou worden. Dat kon hij natuurlijk niet maken, dus dit leek hem de beste oplossing. Het was alsof ik een klap in m’n gezicht kreeg. Ik was niet alleen mijn grote liefde kwijt, maar verloor ook mijn vaste werkplek. Er tegenin gaan had weinig zin, hij was immers de baas en zijn wil was wet. Toen ik zo’n drie weken aan mijn nieuwe bureau zat en hem alleen af en toe in de gang was tegengekomen, stond hij opeens voor m’n deur. Hij huilde en had enorm spijt van wat er gebeurd was. Hij had me zo gemist en kon niet zonder mij. Toen hij me knuffelde, was ik als was in zijn handen. Mijn hart smolt, ik kon hem gewoon niet weerstaan.”
Moeilijke periodes
“We gingen op de oude voet verder, maar het werd steeds lastiger om elkaar te zien. Zijn vrouw vertrouwde hem voor geen meter en belde bij wijze van spreken iedere minuut van de dag om te vragen waar hij uithing. Soms lukte het om ongestoord een paar uurtjes van elkaar te genieten, maar het kwam ook regelmatig voor dat ik hem maar een halfuurtje per week zag. Natuurlijk, het was niet ideaal, maar ik wilde hem ook niet kwijt. In moeilijke periodes vroeg ik me af waar deze affaire ooit naartoe zou gaan… Waarschijnlijk naar niets, maar ik accepteerde de situatie zoals die was. Want ik hield van hem. En ik hou nog van hem. Toen hij vertelde dat zijn vrouw zwanger was, stortte mijn wereld in. Maar de deur wijzen kon ik hem niet, ik weet het, het is slap. Maar liefde maakt blind en ik geloofde hem wanneer hij mij beloofde dat hij op den duur toch weg zou gaan bij haar. Hij kon niet aangeven wanneer dat was, maar hij zou het echt doen. En toen hij op een dag weer met zijn koffers aan kwam zetten, wist ik dat ik er goed aan had gedaan om op hem te wachten. Mijn geduld werd eindelijk beloond. Dit keer zou het goed gaan. Hij had er nu zèlf voor gekozen, want de vorige keer had ik hem min of meer gedwongen. We gingen op huizenjacht, we maakten wilde plannen voor de toekomst… Wat hadden we het geweldig!
Na vijf maanden hield hij het voor gezien. Hij miste zijn zoontje, want zijn vrouw deed er alles aan om het contact tussen hen zo beperkt mogelijk te houden. Ik heb hem nog proberen over te halen. Hij moest doorbijten, het zou heus wel goed komen met een bezoekregeling. Maar hij was vastberaden. Hij stelde voor om gewoon verder te gaan zoals we altijd hadden gedaan. De tijd was er nu nog niet rijp voor, maar het zou ooit goed komen tussen ons. Ik was ontroostbaar en tegelijkertijd ontzettend kwaad. Ik wilde niet als zijn minnares door het leven gaan, maar als zijn vrouw. Nee, dit zou een definitief einde betekenen van onze relatie.”
Nog even geduld
“Drie weken lang heb ik niets van hem gehoord. Het was akelig stil in huis. ’s Avonds werd ik gek van de gedachte dat hij nu met haar knusjes op de bank zou zitten, dat hij haar in zijn armen zou nemen en berouw zou tonen. Ik voelde me afschuwelijk en vreselijk misbruikt. Maar toen hij plotseling weer langskwam, won mijn liefde het van mijn boosheid. Zijn situatie thuis was er niet beter op geworden. Hij hield van mij en was alleen maar terug naar huis gegaan voor zijn kind, met zijn vrouw zou het toch nooit meer wat worden. Of ik nog even geduld kon hebben totdat zijn zoontje wat ouder zou zijn? Of ik alsjeblieft nog op hem wilde wachten? Natuurlijk wilde ik dat. En we pakten de draad van onze relatie weer op. Hoe moeilijk het ook was, want hij kon nauwelijks thuis wegkomen. Hoe hij het voor elkaar heeft gekregen dat hij toch nog een weekje met mij naar Spanje kon, weet ik echt niet.
We genoten van een heerlijke vakantie en bespraken uitvoerig hoe wij straks onze toekomst zouden invullen. Maar toen zijn vrouw hem op het vliegveld stond op te wachten, schrok hij zich kapot. Hij siste dat ik niet naast hem mocht lopen en maar met de trein naar huis moest gaan. Het was te gek voor woorden. Zijn vrouw had ons toch gearmd bij de bagage zien staan, ze wist toch dat hij haar al die tijd bedrogen had met mij. Liet hij me nu weer in de steek? Pas een week na onze liefdesvakantie hoorde ik weer wat van hem. Hij moest even de chaos thuis op orde brengen, maar hij was bezig met zijn definitieve vertrek. Echt, alles zou goed komen. Hoewel ik de hoop eigenlijk heb opgegeven dat hij écht voor mij kiest, kan ik geen weerstand bieden aan zijn bezoekjes. Ik geloof echt dat hij van me houdt, maar heb ook sterk het gevoel dat hij het eigenlijk wel best vindt zo. Thuis is de situatie niet ideaal, maar dankzij de romantische uurtjes met mij kan hij het er uithouden. Ik weet dat het beter is om er mee te stoppen, maar ik kan het gewoon niet. Nog niet. Ik hou van hem, hij is mijn droomman. En wat als hij het echt meent dat hij in de toekomst bij zijn vrouw weggaat? Het zou zonde zijn als ik er nu de brui aan geef terwijl zijn bedoelingen wel serieus zijn.”
Tekst: Lydia van der Weide